What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Week 42 1 HV Frans
Programme
recapitulation
Lire
excercises
Log alvast in met de code linksonder
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Programme
recapitulation
Lire
excercises
Log alvast in met de code linksonder
Slide 1 - Slide
récapitulation
Slide 2 - Slide
De lidwoorden
De lidwoorden ‘
de
’ en ‘
het
’ vertaal je met
le
of
la
.
le garçon
= de jongen
le collège
= de school
la fille
= het meisje
la classe
= de klas
Slide 3 - Slide
De lidwoorden
Voor een
klinker
of
stomme h
veranderen
le
en
la
in
l’
l’
ami (m) = de vriend
l’
amie (v) = de vriendin
l’
hôtel (m) = het hotel
l’
adresse (v) = het adres
Slide 4 - Slide
De lidwoorden
In het Frans heb je
mannelijke
en
vrouwelijke
zelfstandige naamwoorden.
Bij personen kun je vaak zien of het woord
mannelijk
of
vrouwelijk
is.
Bij andere woorden moet je het uit je hoofd leren!
Slide 5 - Slide
De lidwoorden
Bij meervoud gebruik je het lidwoord
les
les
garçon
s
= de jongens
les
fille
s
= de meisjes
les
arbre
s
= de bomen
les
hôtel
s
= de hotels
Slide 6 - Slide
De lidwoorden
Het lidwoord ‘
een
’ vertaal je met
un
of
une
un
garçon = een jongen
un
hôtel = een hotel
une
fille = een meisje
une
adresse = een adres
Slide 7 - Slide
De lidwoorden
In het
meervoud
gebruik je in het Nederlands
geen
lidwoord.
In het Frans gebruik je
des
.
des
amis = x vrienden
des
filles = x meisjes
Slide 8 - Slide
De lidwoorden
Ook bij dingen gebruik je
il/ils
en
elle/elles
.
Le camping
est grand.
Il
est grand.
De camping is groot. Hij is groot.
Les campings
sont grands.
Ils
sont grands.
De campings zijn groot. Ze zijn groot.
Slide 9 - Slide
De lidwoorden
Ook bij dingen gebruik je
il/ils
en
elle/elles
.
La chambre
est grande.
Elle
est grand.
De kamer is groot. Hij is groot.
Les chambres
sont grandes.
Elles
sont grandes.
De kamers zijn groot. Ze zijn groot.
Slide 10 - Slide
un hoort bij ....... woorden
A
vrouwelijke
B
mooie
C
mannelijke
D
rare
Slide 11 - Quiz
une hoort bij......woorden
A
mannelijke
B
vrouwelijke
C
verkeerde
D
Nederlandse
Slide 12 - Quiz
'la' betekent:
A
de, een
B
een, en
C
één, twee
D
de, het
Slide 13 - Quiz
la staat voor ..... woorden
A
mannelijke
B
korte
C
vrouwelijke
D
lange
Slide 14 - Quiz
'le' betekent:
A
1e
B
de/het
C
un
D
een
Slide 15 - Quiz
'le' staat voor .... woorden
A
oneerlijke
B
Duitse
C
vrouwelijke
D
mannelijke
Slide 16 - Quiz
wat betekent l'
A
de/het
B
black-out
C
kort woord
D
een
Slide 17 - Quiz
l' staat voor ..... woorden
A
mannelijke
B
vrouwelijke
C
mannelijke & vrouwelijke
D
feestelijke
Slide 18 - Quiz
wanneer gebruiken we een l'
Slide 19 - Open question
les excercises
opdr. 31bcd blz. 29
opdr. 32 blz. 29
opdr. 33 blz. 30
Slide 20 - Slide
https://LessonUp.app/invite/h/zmRyPwPtT4dbTSixd
Slide 21 - Slide
More lessons like this
Week 44 1 HV Frans
October 2019
- Lesson with
25 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
De lidwoorden 1(m)h GL
September 2022
- Lesson with
12 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
B1TH1 - Mercredi 2 novembre 2022
November 2022
- Lesson with
11 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Het lidwoord les 2 - unité 1 -
November 2022
- Lesson with
25 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1 havo unité 1 Lidwoorden
September 2023
- Lesson with
33 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
23-24 week 4 les 1
September 2023
- Lesson with
38 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1MHV1 Frans 02-11-20
October 2020
- Lesson with
33 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
2425 week 4
September 2024
- Lesson with
43 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1