What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Grammatica: onderwerp en lijdend voorwerp
Welkom!
Doe je telefoon in de telefoontas,
doe je jas en oortjes uit,
pak je spullen op tafel....
Dan kunnen we beginnen.
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1
This lesson contains
21 slides
, with
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welkom!
Doe je telefoon in de telefoontas,
doe je jas en oortjes uit,
pak je spullen op tafel....
Dan kunnen we beginnen.
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen deze les?
Grammatica: onderwerp en lijdend voorwerp
Herhalen: pv + ww.gez.
Nieuwe theorie: onderwerp en lijdend voorwerp
Aan het einde van de les
: kun je het onderwerp en
het lijdend voorwerp vinden in een zin.
Slide 2 - Slide
1. Evi moet bij haar kleine broertje blijven.
pv = ............... ww.gez. = ...............
2. Ik hoor de klok tikken op mijn slaapkamer.
pv = ............... ww.gez. = ...............
3. Vorige week kwam tante Khadija bij ons.
pv = ............... ww.gez. = ...............
Slide 3 - Slide
1. Evi moet bij haar kleine broertje blijven.
pv =
moet
ww.gez. =
moet blijven
2. Ik hoor de klok tikken op mijn slaapkamer.
pv = ............... ww.gez. = ...............
3. Vorige week kwam tante Khadija bij ons.
pv = ............... ww.gez. = ...............
Slide 4 - Slide
1. Evi moet bij haar kleine broertje blijven.
pv =
moet
ww.gez. =
moet blijven
2. Ik hoor de klok tikken op mijn slaapkamer.
pv =
hoor
ww.gez. =
hoor tikken
3. Vorige week kwam tante Khadija bij ons.
pv = ............... ww.gez. = ...............
Slide 5 - Slide
1. Evi moet bij haar kleine broertje blijven.
pv =
moet
ww.gez. =
moet blijven
2. Ik hoor de klok tikken op mijn slaapkamer.
pv =
hoor
ww.gez. =
hoor tikken
3. Vorige week kwam tante Khadija bij ons.
pv =
kwam
ww.gez. =
kwam
Slide 6 - Slide
Grammatica voor de toetsweek
Persoonsvorm
Werkwoordelijk gezegde
Onderwerp
Lijdend voorwerp
Slide 7 - Slide
Grammatica voor de toetsweek
Persoonsvorm
Werkwoordelijk gezegde
Onderwerp
Lijdend voorwerp
Slide 8 - Slide
Onderwerp
Slide 9 - Slide
Onderwerp
Je vindt het onderwerp door te vragen:
wie of wat + werkwoordelijk gezegde?
Slide 10 - Slide
Onderwerp
Je vindt het onderwerp door te vragen:
wie of wat + werkwoordelijk gezegd
e?
Met een bal heeft Frank twee ramen gebroken.
Slide 11 - Slide
Onderwerp
Je vindt het onderwerp door te vragen:
wie of wat + werkwoordelijk gezegde?
Met een bal
heeft
Frank twee ramen
gebroken
.
Slide 12 - Slide
Onderwerp
Je vindt het onderwerp door te vragen:
wie of wat + werkwoordelijk gezegde?
Met een bal
heeft
Frank twee ramen
gebroken
.
Wie of wat heeft gebroken? Frank.
Slide 13 - Slide
Onderwerp
Je vindt het onderwerp door te vragen:
wie of wat + werkwoordelijk gezegde?
Met een bal
heeft
Frank twee ramen
gebroken
.
Wie of wat heeft gebroken? Frank.
Onderwerp = Frank
Slide 14 - Slide
Lijdend voorwerp
Met een bal
heeft
Frank
twee ramen
gebroken
.
pv/ww.gez.
-
ond
-
ww.gez.
Slide 15 - Slide
Lijdend voorwerp
Met een bal
heeft
Frank
twee ramen
gebroken
.
pv/ww.gez.
-
ond
-
ww.gez.
Je vindt het lijdend voorwerp door te vragen:
wie of wat + werkwoordelijk gezegde + onderwerp?
Slide 16 - Slide
Lijdend voorwerp
Met een bal
heeft
Frank
twee ramen
gebroken
.
pv/ww.gez.
-
ond
-
ww.gez.
Je vindt het lijdend voorwerp door te vragen:
wie of wat + werkwoordelijk gezegde + onderwerp?
Frank heeft
twee ramen
gebroken. Dus lv = twee ramen.
Slide 17 - Slide
Twee oefenzinnen
1. Sylvie pakte de verkeerde fiets uit het fietsenrek.
2. Tomatensoep wil Rosa elke dag wel eten.
onderwerp
|
lijdend voorwerp
Slide 18 - Slide
Twee oefenzinnen
1.
Sylvie
pakte
de verkeerde fiets
uit het fietsenrek.
2. Tomatensoep wil Rosa elke dag wel eten.
onderwerp
|
lijdend voorwerp
Slide 19 - Slide
Twee oefenzinnen
1.
Sylvie
pakte
de verkeerde fiets
uit het fietsenrek.
2.
Tomatensoep
wil
Rosa
elke dag wel eten.
onderwerp
|
lijdend voorwerp
Slide 20 - Slide
Zelfstandig aan de slag
Grammatica - Paragraaf 3.7
Blz. 173-175
Opdracht 7, 9 en 10
Heb je het niet af in de les, dan wordt het
huiswerk
voor morgen.
Ik ga het controleren!
Slide 21 - Slide
More lessons like this
Nederlands Grammatica H3 herhaling
April 2021
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1
Thema 6: hoofdvormen werkwoorden en meewerkend voorwerp.
May 2022
- Lesson with
44 slides
Taal
Primary Education
Les 5 (21 september 2024)
September 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Secondary Education
Age 12
L17 Zinsdelen
April 2024
- Lesson with
49 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Hfst 3 Vol spanning 3.7 Grammatica LIJDEND VOORWERP
January 2024
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
L11 Zinsdelen
April 2024
- Lesson with
49 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Zinsleer - herhaling
September 2024
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Zinsleer - herhaling
May 2023
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Secundair onderwijs