Herhaling H11

Herhaling H11
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 18 slides, with text slides.

Items in this lesson

Herhaling H11

Slide 1 - Slide

Voedingsstoffen

Slide 2 - Slide

Voedingsvezels
  • Voedingsvezels:  
    onverteerbare stoffen in plantaardig voedsel => stimuleren peristaltische bewegingen.


Slide 3 - Slide

Verteringsstelsel
=> alle delen van het lichaam die betrokken zijn bij de vertering van voedsel.



Slide 4 - Slide

Enzymen
  • Enzymen zijn substraatspecifiek.

  • Enzym + substraat

  • Enzym-substraatcomplex (ESC)

  • Enzym + product

Slide 5 - Slide

Enzymen
  • Optimum is compromis tussen aantal omzettingen en werkzame enzymmoleculen.
  • Hogere temp: meer enzymen onwerkzaam
  • Lagere temp: minder omzettingen.
  • Zuren kunnen vormen van eiwitten (tijdelijk) veranderen. pH is dus ook van invloed op werkzaamheid.

  • Optimumcurve is weergave van de enzymactiviteit.

Slide 6 - Slide

Koolhydraten

  • Eenvoudige koolhydraten => omgevormd tot glucose.

  • Complexe koolhydraten => afgebroken tot (en evt. omgevormd tot) glucose.

Slide 7 - Slide

Koolhydraten
  • Vertering start met kleiner maken van grote koolhydraten: zetmeel, glycogeen.
  • Mond => amylase
  • Alvleesklier => alvleessap


  • In dunne darm worden de verschillende monosacharides die ontstaan afgebroken:
  • maltase, sacharase, lactase.


BINAS
82

Slide 8 - Slide

Eiwitten
  • Maag (maagsap): pro-enzym pepsinogeen => enzym peptase (pepsine)
  • 12 vingerige darm (alvleessap): pro-enzymen trypsinogeen en chymotrypsinogeen worden actieve enzymen tryptase en chymotrypsine

  • Al laatste zorgen in de dunne darm exopeptidasen en endopeptidasen en dipeptidasen voor losse aminozuren.




Slide 9 - Slide

Eiwitten
  • In dunne darm => darmsap.
  • Endopeptidasen knippen middenin de peptideketen.
  • Exopeptidasen knippen aan het uiteinde.

  • Dipeptiden worden door dipeptidasen geknipt tot (2!) aminozuren: hydrolyse.


Slide 10 - Slide

Eiwitten bron 17
  • Verbreken van verbindingen tussen aminozuren gebeurd tussen de NH-groep en de COOH-groep.

  • Door hydrolyse kan door toevoegen van water (H2O) aminozuren van elkaar gesplitst worden.

Slide 11 - Slide

Vetten
  • Vetten zijn niet oplosbaar in water.
  • Daardoor moeilijk toegangkelijk voor enzymen.

  • Lever maakt gal, hierdoor ontstaan micellen (kleine vetdruppels). Dit vormt een emulsie.

  • Hierdoor kan lipase uit de alvleesklier zijn werk beter doen.


BINAS
82

Slide 12 - Slide

Opname vetten
  • Golgi-systeem van darmcel verpakt vetdruppels in een hydrofiele buitenlaag van fosfolipiden en eiwitmoleculen => chylomicron.

  • Uitgescheiden door exocytose naar lymfevaten => in bloed via ondersleutelbeenader.

Slide 13 - Slide

Bouw dunne darm

Slide 14 - Slide

Bouw darmen
Tight-junctions = strakke verbindingen tussen twee cellen.

 Verhinderen ongewenst transport van stoffen en bacteriën tussen darmcellen en het interne milieu.

Slide 15 - Slide

Opname stoffen
  • Transporteiwitten zorgen vooral voor opname stoffen, bijv. vitaminen.
  • (voorkomt ook 'terugstromen')

  • Meestal is een combinatie van transporteiwitten nodig.

Slide 16 - Slide

Opname glucose
  1. Concentratieverschil Na+ wordt gebruikt om glucose mee te transporteren: symport.
  2. Glucoseconcentratie is daardoor hoog in de cel en door gefaciliteerde diffusie gaat glucose naar het bloed (via weefselvloeistof).
  3.  Om concentratieverschil Na+ in stand te houden: actief transport van Na+. Via antiport uitwisseling Na+ en K+

Slide 17 - Slide

Maken formatieve toets enzymen

Slide 18 - Slide