Klas 2A - 17 maart
1 / 33
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Sleep de woorden naar het juiste vak
Zwakke werkwoorden
sterke werkwoorden
machen
laufen
schlafen
tanzen
Slide 4 - Drag question
Slide 5 - Slide
Wat is het voltooid deelwoord van machen?
A
gemachet
B
gemoget
C
gemocht
D
gemacht
Slide 6 - Quiz
Wat is het voltooid deelwoord van arbeiten?
Slide 7 - Open question
Slide 8 - Slide
Wat is het voltooid deelwoord van bezahlen
A
gebezahlt
B
bezahlet
C
bezahlt
D
gebezahlet
Slide 9 - Quiz
Wat is het voltooid deelwoord van reagieren?
A
reagiert
B
gereagiert
C
gereagieret
D
reagieret
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Slide
Welke twee hulpwerkwoorden gebruik je bij een voltooid deelwoord?
Slide 12 - Open question
Bij zwakke werkwoorden gebruik je het hulpwerkwoord...
A
haben
B
sein
Slide 13 - Quiz
Bij welke sterke werkwoorden gebruik je haben/sein? Sleep de antwoorden naar het juiste vak.
haben
sein
bleiben
overige sterke werkwoorden
bewegingswerkwoorden
Slide 14 - Drag question
Slide 15 - Slide
De derde naamval is ......
A
het onderwerp in de zin
B
het lijdend voorwerp in de zin
C
het gezegde in de zin
D
het meewerkend voorwerp in de zin
Slide 16 - Quiz
Sleep de woorden naar de juiste begrippen.
onderwerp
gezegde
Lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
Ich
gebe
dir
zwei Euro.
Slide 17 - Drag question
Welke voorzetsels horen bij de derde naamval?
Slide 18 - Mind map
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Ich will mit _____ tanzen. (jou)
A
du
B
dir
C
dich
Slide 21 - Quiz
Er kommt morgen bei _____ vorbei. (U)
A
Sie
B
Ihnen
C
Ihn
D
Ihm
Slide 22 - Quiz
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Link
Hoe vaak per dag zien kinderen reclamespots over ongezond eten?
A
10x
B
12x
C
15x
D
20x
Slide 25 - Quiz
Wat wordt er bedoeld met:
versteckter Zucker?
versteckter Zucker?
Slide 26 - Open question
Welke uitspraken zijn waar?
A
De aarde draait in één jaar om de zon.
B
De aarde draait in 24 uur om zijn eigen as.
C
De aarde draait in een half jaar om de zon.
D
De aarde draait niet om de zon.
Slide 27 - Quiz
Wat is er in Kroatië gebeurd?
A
Er was een tsunami
B
Er was een vloedgolf
C
Er was een aardbeving
D
Er was een bomexplosie
Slide 28 - Quiz
Op welke manier krijgen de leerlingen nu muziekles?
Slide 29 - Open question
Waarom wordt er geld ingezameld?
A
Om het dorp weer op te bouwen
B
Om de muziekdocenten door te betalen
C
Om nieuwe instrumenten te kopen.
D
Om een nieuwe muziekschool te kunnen bouwen
Slide 30 - Quiz
Wat is er zo bijzonder aan 'Blässhühner'?
Slide 31 - Open question
Waar gaat het onweren?
A
In het noorden en het westen
B
In het oosten en het westen
C
In het noorden en het oosten
D
In het noorden en het zuiden
