week 8.2
1 / 13
Lesson duration is: 45 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Woordsoorten
Zinsdelen
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
werkwoord
onderwerp
persoonsvorm
werkwoordelijk gezegde
Slide 4 - Drag question
bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
een
de
het
Slide 5 - Drag question
Lidwoord
Geen lidwoord
De
Het
Een
Voor
Ik
Doen
Slide 6 - Drag question
Wat voor soort woord is de in:
In de zomer kan de temperatuur in Dubai oplopen tot 45 graden.
In de zomer kan de temperatuur in Dubai oplopen tot 45 graden.
__
__
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
werkwoord
D
andere woordsoort
Slide 7 - Quiz
Wat voor soort woord is Dubai in:
In de zomer kan de temperatuur in Dubai oplopen tot 45 graden.
In de zomer kan de temperatuur in Dubai oplopen tot 45 graden.
_____
_____
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
werkwoord
D
andere woordsoort
Slide 8 - Quiz
Wat voor soort woord is regenpak in:
Op deze zonnige dag heb ik mijn regenpak niet nodig
Op deze zonnige dag heb ik mijn regenpak niet nodig
_________
________
A
lidwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
werkwoord
D
andere woordsoort
Slide 9 - Quiz
Kijk naar de volgende zin. Welke woorden horen bij de onderstaande woordsoorten?Je moet sommige woordsoorten vaker gebruiken en niet alle woordsoorten
hoef je te gebruiken.
Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
lidwoord
werkwoord
Op
maandag
zit
Naomi
aan
de
kassa.
Slide 10 - Drag question
onbepaald lidwoord
zelfstandig
naamwoord
werkwoord
bepaald lidwoord
De
kinderen
eten
een
ijsje
