This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 40 min
Items in this lesson
H3 - Over taal les 2
Slide 1 - Slide
Programma
- Welkom
- Doelen
- Instructie
- Aan het werk
- Evaluatie
Slide 2 - Slide
Doelen
Aan het einde van de les
- weet je hoe je de trappen van vergelijking schrijft
- weet je hoe je samenstellingen schrijft
- kun je de trappen van vergelijking goed schrijven
- kun je samenstellingen maken van twee losse woorden
Slide 3 - Slide
Wat is de grondvorm van gebeurd?
Slide 4 - Open question
Wat is de grondvorm van kaarsen?
Slide 5 - Open question
Wat is de grondvorm van dure?
Slide 6 - Open question
Trappen van vergelijking
Het jongetje is groot. Zijn zus is groter. Hun vader is het grootst.
De onderstreepte vormen noem je trappen van vergelijking. Je maakt zo'n rijtje door -er of -st toe te voegen aan het grondwoord. Soms moet je het woord daarvoor iets aanpassen.
stil - stiller - stilst
Slide 7 - Slide
Samenstellingen
Van twee losse woorden kun je vaak één woord maken. Zo'n woord krijgt dan een nieuwe betekenis.
Wil je de betekenis weten? Kijk naar het laatste woorddeel. Dit deel geeft aan wat het is, het eerste deel zegt er iets over.