What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Nederlands H5 samenvatting
1 / 25
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
This lesson contains
25 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
- Na de les weet je wat verwijswoorden zijn
- Na de les weet je hoe je zwakke werkwoorden in de VT moet schrijven
vandaag
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?
A
de, het , een
B
slimme, mooie, rode
C
fiets, boek, volleybal
D
lopen, werken, denken
Slide 4 - Quiz
'veel ' en 'weinig' zijn bijvoeglijk naamwoorden. Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over
A
een zelfstandig naamwoord (noun)
B
een werkwoord (verb)
Slide 5 - Quiz
Welk bijvoeglijk naamwoord is een stoffelijk bijvoeglijk naamwoord?
A
De lelijke kast
B
De metalen kast
C
De grijze kast
D
De oude kast
Slide 6 - Quiz
wat is een bijvoeglijk naamwoord?
A
aardappel
B
het
C
geweldige
D
gescoord
Slide 7 - Quiz
Bijvoeglijk naamwoord
A
de
B
gevallen
C
laptop
D
zoeken
Slide 8 - Quiz
bijvoeglijke naamwoorden
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord
lege
gevulde
metalen
kunststoffen
plastic
Slide 9 - Drag question
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
nieuwnederlands.digitaal.noordhoff.nl
Slide 12 - Link
Welke verwijswoorden horen in deze zin?
Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats.
Twan heeft een bijbaantje voor twee uurtjes,
________ vindt
________ niet erg.
deze
die
dat
hij
zij
het
ze
Slide 13 - Drag question
Welke verwijswoorden horen in deze zin?
Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats.
Onno krijgt een vreemd mailtje binnen.
_________ denkt dat
________ spam is.
deze
die
dit
dat
hij
zij
het
ze
Slide 14 - Drag question
Verwijswoorden
Geen verwijswoorden
ze
kijkt
rond
hij
mompelt
kleur
Slide 15 - Drag question
Verwijswoorden...
A
geven een verband aan in de tekst.
B
geven een eigenschap aan.
C
geven aan dat iets van iemand is.
D
verwijzen naar iets in de tekst.
Slide 16 - Quiz
Hoe vind je de persoonsvorm
Slide 17 - Mind map
Hoe maak je de verleden tijd?
Slide 18 - Mind map
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Wat is de verleden tijd van:
werpen
A
werpte
B
werpde
C
worp
D
wierp
Slide 21 - Quiz
Werkwoorden met
-
de
/ -
den
in de verleden tijd
Werkwoorden met
-
te
/ -
ten
in de verleden tijd
maken
leren
lachen
slagen
studeren
beleven
kletsen
Slide 22 - Drag question
timer
15:00
De brug
Hoofdstuk 5 Verwijswoorden 4 t/m 6
Hoofdstuk 5 VT zwakke ww opdr: 10 en 11
we spelen daarna Kahoot over bijvoegelijke naamwoorden
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
More lessons like this
Grammatica H5 Lj 1
March 2021
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1
Nederlands H5 TV zwakke werkwoorden VT
May 2022
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Herhaling hoofdstuk 5
May 2021
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Spelling persoonsvorm in de vt
June 2019
- Lesson with
25 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1
Taalverzorging H5 mavo 1
April 2021
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
HHC 1TH H5 NN6
April 2021
- Lesson with
47 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
1GT - Taalverzorging H5/6
April 2022
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Proefles o.v.t. zwakke en sterke werkwoorden, 1F
April 2018
- Lesson with
27 slides
by
SCORE Nederlands vo/mbo
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1
SCORE Nederlands vo/mbo