Week 39 taalverzorging

Week 39
  • Terugblik week 38
  • Programma week 39
  • Opdrachten week 39 
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Week 39
  • Terugblik week 38
  • Programma week 39
  • Opdrachten week 39 

Slide 1 - Slide

Terugblik
  • Tussenletters in samenstellingen
  •  Twijfelgevallen (werkwoordspelling)
  • Verwijswoorden

Slide 2 - Slide

Maan + schijn
A
Manenschijn
B
Maneschijn

Slide 3 - Quiz

Hassan overtuig... mij van zijn gelijk.
A
Overtuigt
B
Overtuigd

Slide 4 - Quiz

Geef mij ... telefoon terug!
A
Me
B
M'n

Slide 5 - Quiz

Deze week
  • Je kunt als en dan correct gebruiken bij trappen van vergelijking
  • Herhaling werkwoordspelling en interpunctie

Slide 6 - Slide

Trappen van vergelijking

Stellende trap --> groot, diep, dik, lang
Vergrotende trap --> groter, dieper, dikker, langer
Overtreffende trap --> grootst, diepst, dikst, langst


Slide 7 - Slide

Trappen van vergelijking
Let op bij woorden die eindigen op -st of -sch, daar zet je meest voor.

Ik vind jou komisch.
Ik vind hem komischer.
Ik vind haar het meest komisch.

Waarom? Probeer het woord komischst, chaotischst en toeristischst maar eens soepel uit te spreken ;)  

Slide 8 - Slide

Agressief / ... / agressiefst

Slide 9 - Open question

Goed / ... / ...

Slide 10 - Open question

Als of dan
Bij de stellende trap hoort als

-Ik ben even aardig jij
-Zij heeft net zoveel zin in het weekend als jij
-Wij gingen net zo vaak op vakantie als zij

Slide 11 - Slide

Als of dan
Bij de overtreffende trap hoort dan

-Ik ben veel aardiger dan jij
-Zij heeft veel meer zin in het weekend dan jij
-Wij gingen vaker op vakantie dan zij

Slide 12 - Slide

Het gebouw is even hoog ... het gebouw ernaast.
A
als
B
dan

Slide 13 - Quiz

Mijn knoop zit beter vast ... die van jou.
A
als
B
dan

Slide 14 - Quiz

Deze opleiding past beter bij me ... die andere.
A
als
B
dan

Slide 15 - Quiz

Jij/jou ik/mij
Ik ben langer dan jij?
Ik ben langer dan jou?

Bij twijfel herhaal de persoonsvorm

Ik ben langer dan jij (bent)
Jij fietst sneller dan ik (fiets)

Slide 16 - Slide

Ik spring hoger dan ...
A
jij
B
jou

Slide 17 - Quiz

Ik maak dit even goed als ...
A
jij
B
jou

Slide 18 - Quiz

Herhaling werkwoordspelling
  • Maak opnieuw de meting (zie Magister)
  • Meer dan 15 fout --> herhaling werkwoordspelling in H4
  • Minder dan 15 fout --> ga door met herhaling spelling H4 
  • Meer uitdaging nodig? --> zie studiewijzer

Slide 19 - Slide

Opdrachten deze week
  • Hoofdstuk 4 trappen van vergelijking en als/dan opdr. 1, 2, 3, 4 en 5
  • Hoofdstuk 4 herhaling spelling opdr. 1, 2, 3 en 5
  • *Herhaling werkwoordspelling H4 opdr. 1 en 2

Slide 20 - Slide