What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
(WEEK21, 18-05) Betrekkelijke vnw.
Hi 2B1!
Let's continue with this week's grammar.
1 / 18
next
Slide 1:
Slide
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
This lesson contains
18 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Hi 2B1!
Let's continue with this week's grammar.
Slide 1 - Slide
Finish
WEEK 20!
Slide 2 - Slide
Start on
WEEK 21!
TOMORROW
TODAY
Slide 3 - Slide
BETREKKELIJKE VNW.
WHO - WHICH - THAT
in het Nederlands
die
en
dat
hebben als functie om zinsdelen aan elkaar te plakken tot één lange zin en dan terug te verwijzen naar het eerder genoemde.
Slide 4 - Slide
WHO
bij personen
I play tennis with Bart. Bart lives in Amsterdam.
I play tennis with Bart, who lives in Amsterdam.
Je kijkt naar het woord ervoor.
In dit geval
Bart
en dat is een
persoon
, dus
who
.
Slide 5 - Slide
WHICH
bij dingen
(en dieren)
I play tennis. Tennis is my favourite sport.
I play tennis, which is my favourite sport.
Je kijkt naar het woord ervoor.
In dit geval
tennis
en dat is een
ding
, dus
which
.
Slide 6 - Slide
THAT
bij personen en bij dingen,
als er géén komma voor staat
English is a subject. I never understand English.
English is a subject that / which I never understand.
Je kijkt naar het woord ervoor.
In dit geval
subject
en dat is een
ding
, er staat ook geen komma, dus zowel
that
als
which
zijn goed.
Slide 7 - Slide
/
Wanneer
WEL
weglaten?
Kijk naar het woord NA de plek waar je een betrekkelijke vnw. moet invullen.
Is het een
zelfstandig naamwoord
? Dan
WEL
.
This is the car ...
I
bought yesterday.
This is the car
that
I bought yesterday.
This is the car
which
I bought yesterday.
Deze zin is correct.
Slide 8 - Slide
/
Wanneer
NIET
weglaten?
Kijk naar het woord NA de plek waar je een betrekkelijke vnw. moet invullen.
Is het een
werkwoord
? Dan
NIET
.
That guy ...
borrowed
you this pen is my boyfriend.
That guy who
borrowed
you this pen is my boyfriend.
That guy that
borrowed
you this pen is my boyfriend.
Deze zin is niet correct.
Slide 9 - Slide
Even oefenen..
Slide 10 - Slide
Correct or incorrect?
"The postman which works in this village is very old. "
A
Correct
B
Incorrect
Slide 11 - Quiz
Correct or incorrect?
"The bottles that are lying on the floor are green."
A
Correct
B
Incorrect
Slide 12 - Quiz
Leave it out or not?
"The book which is on the table belongs to Brandon."
A
Yes, you can leave it out.
B
No, you cannot leave it out.
Slide 13 - Quiz
Leave it out or not?
"The man who you saw in the house is my cousin."
A
Yes, you can leave it out.
B
No, you cannot leave it out.
Slide 14 - Quiz
Leave it out or not?
"I cannot forget the song which they played last night."
A
Yes, you can leave it out.
B
No, you cannot leave it out.
Slide 15 - Quiz
Which one?
"I still have the book ... you gave me."
A
who / that / X
B
which / that / X
C
which / X
D
who / which
Slide 16 - Quiz
Which one?
"Is this the key ... we were looking for?"
A
who / that / X
B
which / that / X
C
which / X
D
who / that
Slide 17 - Quiz
Which one?
"A giant is someone ... is very tall."
A
who / that / X
B
which / that / X
C
which / X
D
who / that
Slide 18 - Quiz
More lessons like this
(WEEK 20) Betrekkelijke vnw.
April 2020
- Lesson with
24 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Betrekkelijke vnw.
February 2024
- Lesson with
17 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
(WEEK16) ALL Grammar
April 2020
- Lesson with
30 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
(WEEK20, 14-05) Betrekkelijke vnw.
May 2020
- Lesson with
17 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Grammar Who & Which
September 2020
- Lesson with
15 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
(WEEK 12) Betrekkelijke vnw.
March 2021
- Lesson with
18 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
4 gt - WHO WHICH THAT
March 2019
- Lesson with
13 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
3V Relative pronouns
September 2024
- Lesson with
18 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3