This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.
- zelfstandige werkwoorden in een zin herkennen
- hulpwerkwoorden in een zin herkennen
WERKWOORDEN
- geven aan welke handeling, toestand, proces er in de zin centraal staat (doe-woord)
- geven aan in welke tijd een zin staan (vt - tt)
- passen zich altijd aan het onderwerp aan (ow ev dan ww in ev / ow mv dan ww in mv)
- een zin kan niet zonder hoofdwerkwoord
- als een hoofdwerkwoord weggelaten wordt in een zin, dan klopt de zin niet meer
- zelfstandige werkwoorden zijn hoofdwerkwoorden
- hulpwerkwoorden kan je weglaten in een zin
ZELFSTANDIG WERKWOORD
(ZWW)
- is het belangrijkste werkwoord in een zin
- geeft aan wat er gebeurt in de zin
- is een werkwoord met betekenis
- een zin kan niet zonder een zelfstandigstandig werkwoord
HULPWERKWOORD
(HWW)
- helpt mee om een goede zin te maken
- er kunnen meerdere hulpwerkwoorden in een zin staan
- bij twee of meer werkwoorden is de pv een hulpwerkwoord
- een hulpwerkwoord heeft geen duidelijke betekenis
De bekritiseerde scheidsrechter mag in Nederland blijven fluiten.
Drie werkwoorden = gezegde
mag blijven fluiten
- meerdere werkwoorden in een zin
- mag (pv) is hww
- fluiten heeft betekenis en is zww
- blijven is ook hww