6/12/2024 - Unité 2 Grammaire

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Bonjour H3!

Prends tes affaires: 

Startopdracht (zelfstandig in stilte):

• Lees de uitleg over het werkwoord van het werkwoord savoir op pagina 58.
• Schrijf de drie vervoegingen (présent, imparfait en passé composé) op in je snelhechter.
• Schrijf ook een uitzondering op.

Le planning

Aan het einde van de les:

1. heb je de vervoegingen van het werkwoord savoir in je snelhechter genoteerd en vertaald.
2. heb je geoefend met savoir.
3. weet je hoe kan je opschrijven waar je goed in bent met het werkwoord savoir.

Un test

• De eerstvolgende toets is een spreektoets.
• Datum nog niet bekend...
• Daarom een begin vandaag:

Als je naar het toilet wil, vraag je dat in het Frans.

"Je peux aller aux toilettes s'il vous plaît?"

Wat betekent deze vorm van savoir in het Nederlands?:
Elle sait

savoir

=

 weten

Sleep de juiste vorm van savoir naar het bijbehorende persoonlijk voornaamwoord

il/elle/on

nous

vous

ils/elles

je/tu

savent

sait

savez

savons

sais

Wat betekent deze vorm van savoir in het Nederlands?:
Je savais

Wat betekent deze vorm van savoir in het Nederlands?:
Elles ont su

Wat betekent deze vorm van savoir in het Nederlands?:
Tu sais

Vul de juiste vervoeging in van savoir in de passé composé:
Il .......

Vul de juiste vervoeging in van savoir in de passé composé:
J'... ...

Vul de juiste vervoeging in van savoir in de présent:
On ....

Vul de juiste vervoeging in van savoir in de imparfait:
Nous .......

Vul de juiste vervoeging in van savoir in de présent:
Vous .......

Au travail!

• Maak opdracht 8C en 8D op pagina 59-60.
  
• Tot vijf minuten voor het einde van de les.
• Individueel of samen.
  
• Praten mag op fluisterniveau.
• Help elkaar eerst voordat je de docent vraagt om hulp.
  
• Eerder klaar? Leer de vervoegingen uit je hoofd (met Quizlet)!

Les devoirs (=het huiswerk)

Voor dinsdag 10 december 2024:

• Apprendre (leren): "Savoir (weten)" à la page 58.
• Faire (maken): Opdracht 16E aux pages 60-61.