Thema 3 - BS 2. Bloedsomloop

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo g, t, mavo
• Leerjaar 1,2

WELKOM 

Welkom bij 

Biologie 

Mevr. 

2B

Donderdag 1 februari 2024

Lesprogramma

• Spullen controle 
• Leerdoelen
• Uitleg

• Afsluiten 
• Huiswerk volgende les noteren in agenda 

Wat gaan we deze les doen?

Thema 3. De bloedsomloop

BS 2. De bloedsomloop

Leerdoelen 

• Je kunt drie typen bloedvaten noemen en hun kenmerken en functies.
• Je kunt in het bloedvatenstelsel van de mens slagaders en aders benoemen.
• Je kunt de kleine en grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies.

Functie(s)= de taak die iemand uitoefent of de werking van iets

Bloedvatenstelsel

Het bloedvatenstelsel wordt gevormd door het hart en de bloedvaten. 

Taak: vervoeren van zuurstof en voedingsstoffen naar alle delen van je lichaam

De bloedsomloop

De weg die het bloed door het lichaam aflegt.

2 bloedsomlopen:

• Kleine bloedsomloop
  
• Grote bloedsomloop
  

Rood = zuurstofrijk (van het hart af)

Blauw = zuurstofarm (naar het hart toe)

Niet alle slagaders zijn

zuurstofrijk.

Niet alle aders zijn zuurstof-

arm.

Uitzondering; longslagader en longader

Bloedvaten 

welke typen bloedvaten zijn er?

1. Slagaders
2. Aders
3. Haarvaten

Bloedvaten

Slagaders:

Weg van het hart, naar de organen toe

Haarvaten:

Kleine, dunne bloedvaten

Aders:

Weg van de organen, naar het hart toe

Haarvaten

Zijn zo dun dat ze maar uit een cellaag bestaan.

Uitwisseling van stoffen.

             Slagader                 -                   Ader

Namen van bloedvaten:

Van het hart naar orgaan: slagader

Van orgaan naar het hart: ader

+ de naam van het orgaan

Namen van bloedvaten

Enkele uitzonderingen: aorta, krans(slag)ader, holle aders en poortader.

Namen van bloedvaten

> Aorta

> Bovenste holle ader

> Onderste holle ader

> Poortader

Even pauze 

kleine bloedsomloop:

hart - longen - hart

grote bloedsomloop:

hart - alle organen - hart

Kleine bloedsomloop

Grote bloedsomloop

uitleg over de kleine bloedsomloop

Dubbele bloedsomloop

Het bloed gaat tweemaal door het hart in twee verschillende bloedsomlopen.

De kleine bloedsomloop en de grote bloedsomloop.

Dubbele bloedsomloop:

per omloop 2 keer door het hart.

Enkele bloedsomloop

Slagader

• Hart pompt bloed met veel kracht in de slagader
• hoge druk in de slagader
• Bloed stroomt snel
• Dikke, gespierde wand
• Vervoert bloed naar organen
  
• Is meestal zuurstofrijk (wel een uitzondering?)

haarvaten

• Haarvaten zitten tussen de slagaders en aders in.
• Bloeddruk lager
• Hier vindt stofwisseling plaats -> zuurstof en voedingstoffen worden afgegeven. Koolstofdioxide en afvalstoffen worden opgenomen in het bloed.
• Haarvaten hebben een enorm dunne wand van 1 cel laag dik!
• Zitten in of om de organen heen, zoals bij het hart.

Aders

• Kleppen
• Minder dik dan de slagder 
• bloeddruk is laag
• vervoeren het bloed terug naar het hart
• 'zuurstofarm'  ( uitzondering )?

Poortader

Van maag en darmen --> de lever. 

Zuurstofarm bloed

Veel voedingsstoffen uit darm zitten in het bloed 

De lever zorgt er vervolgens voor dat de opgenomen stoffen worden ‘ontgift’ zodat ze verderop in het lichaam geen schade kunnen aanrichten.

Waarom wordt de bloedsomloop van de mens een dubbele bloedsomloop genoemd?

1. Omdat alle rode bloedcellen per omloop twee keer door het hart gaan
2. Omdat de bloedsomloop bestaat uit aders en slagaders
3. Omdat het bloed per omloop twee keer door het hart stroomt
4. Omdat het hart zuurstofarm en zuurstofrijk bloed vervoert

In de afbeelding zie je de bloedsomloop van de vis. Heeft de vis een dubbele bloedsomloop?

1. JA
2. NEE

Hoe loopt de kleine bloedsomloop?

Wat is de taak van de kleine bloedsomloop?

1. Hart --> hele lijf --> Hart, Zuurstof opname in bloed
2. Hart --> hele lijf --> Hart, Zuurstof afgeven aan cellen
3. Hart --> Longen --> Hart, Zuurstof opname in bloed
4. Hart --> Longen --> Hart, Zuurstof afgeven aan cellen

Aantekeningen

Het bloedvatenstelsel :wordt gevormd door het hart en de bloedvaten.

Taak: vervoeren van zuurstof en voedingsstoffen naar alle delen van je lichaam

Rood = zuurstofrijk (van het hart af)

Blauw = zuurstofarm (naar het hart toe)

Uitzondering; longslagader (zuurstofarm) en longader (zuurstofrijk)

Slagaders: Weg van het hart, naar de organen toe

Haarvaten: Kleine, dunne bloedvaten

Aders: Weg van de organen, naar het hart toe

Aantekeningen

kleine bloedsomloop: hart - longen - hart

grote bloedsomloop: hart - alle organen - hart

namen van bloedvaten:

de naam van het orgaan +

Van het hart naar orgaan: slagader

Van orgaan naar het hart: ader 

Enkele uitzonderingen: aorta, krans(slag)ader, holle aders en poortader.

vragen

VRAGEN? 

Zelf aan de slag

De organen voor vertering: lees de tekst en maak de opdrachten

opdracht 1 t/m 8 maken

(vanaf blz. 170)

Dit is ook huiswerk, noteer dit in je agenda!!!

Huiswerk 

Schrijf mee in je agenda!

Donderdag 8 februari:

Huiswerk Bio: 

maken opdrachten 1 t/m 8 van thema 3 basisstof 2

Evaluatie