Feit of mening

Feiten en meningen
Programma
10 min. lezen
Terugblik
Objectief & subjectief taalgebruik
Aan de slag! 
timer
10:00
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1-6

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 5 min

Items in this lesson

Feiten en meningen
Programma
10 min. lezen
Terugblik
Objectief & subjectief taalgebruik
Aan de slag! 
timer
10:00

Slide 1 - Slide

Wat is het verschil tussen een feit en een mening?

Slide 2 - Open question

Noem een tekstsoort waarin je vooral feiten leest.

Slide 3 - Mind map

Noem een tekstsoort waarin je vooral meningen leest.

Slide 4 - Mind map

Mobieltjes horen in
de telefoontas
A
feit
B
mening

Slide 5 - Quiz

Volgens de schoolregels
moeten mobieltjes in de
telefoontas
A
feit
B
mening

Slide 6 - Quiz

Schoolenquête toont:
meerderheid leerlingen vindt toetsweek zwaar
A
feit
B
mening

Slide 7 - Quiz

Te veel suiker is slecht voor je concentratie
A
feit
B
mening

Slide 8 - Quiz

Fortnite is het beste spel
ooit gemaakt
A
feit
B
mening

Slide 9 - Quiz

Als je schrijft leer je beter
A
feit
B
mening

Slide 10 - Quiz

Waarom is het belangrijk om feiten en meningen te herkennen?

Slide 11 - Open question

Objectief en subjectief
Objectief: iets of iemand beoordelen op basis van feiten.
Subjectief: je laten leiden door je mening of meningen van anderen. 

Ook taalgebruik kan objectief of subjectief zijn. Denk bijvoorbeeld aan overdrijving, ironie of een understatement. 

Slide 12 - Slide

Huiswerk | Hoofdstuk 4 P. 4.4
Maken
Opdr. 2, 3, 4, 6 en 8.

Leren
Een activerende tekst schrijven, Objectief en subjectief taalgebruik, verwijswoorden

Slide 13 - Slide