TH2m - LET OP! Deze les heb je enkel herhaling H5/H6 gedaan!

Welkom!
Jas is uit
Géén eten/drinken
Berg de telefoon op
En ga lekker zitten!
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Jas is uit
Géén eten/drinken
Berg de telefoon op
En ga lekker zitten!

Slide 1 - Slide

Agenda
  • Inloop/ Aanwezigheid controleren - 5 min
  • Klassikaal: Herhaling Woordenschat H2/H3 - 3 min
  • Uitleg/Instructie Woordenschat H4 - 5 min
  • Zelfstandig werken + bespreken -  15 min
  • Herhaling Toets H5/H6 - 15 min
  • NIEUW! Reflectie (klassikaal) - 5 min
  • Winnaars Vakantiequiz!
timer
3:00

Slide 2 - Slide

Herhaling Woordenschat H2/H3
  • Wat is figuurlijk taalgebruik? 
  • Wat is het tegengestelde daar van?

Vul de volgende vergelijkingen aan: denk even na, ik wijs iemand aan!
Zo groen als.......
Zo dom als een ......
Zo ....... als een varken
Zo ....... als een kwartel
timer
3:00

Slide 3 - Slide

Herhaling Woordenschat H2/H3
  • Wat is figuurlijk taalgebruik? 
  • Wat is het tegengestelde daar van?

Vul de volgende vergelijkingen aan:
Zo groen als gras
Zo dom als een ezel
Zo lui als een varken
Zo doof als een kwartel
timer
3:00

Slide 4 - Slide

Instructie: Woordenschat H4
 Stap 1. Eerst behandelen we gezamenlijk de theorie. 
Stap 2 Jullie gaan zelfstandig aan de slag (10 min.) 
Stap 3 We bespreken de opdrachten na. 
Stap 4 Jullie werken in tweetallen verder aan de opdrachten

Slide 5 - Slide

Theorie Woordenschat H4
In dit hoofdstuk gaan we werken met Voor- en Achtervoegsels
Veel voorkomende Voorvoegsels:


timer
2:00
Wan
Slecht,verkeerd
Anti
Tegen
Ex
niet meer
Mis
Verkeerd, fout
Her
Opnieuw, weer

Slide 6 - Slide

Theorie Woordenschat H4
Veel voorkomende Achtervoegsels:






Deze letters klinken op zichzelf minder logisch. Maar plak ze eens achter wat woorden en je zal zien: de betekenis verandert (waarde-Loos/ vlam-baar)


timer
2:00
-aar
-ig
-lijk
-loos
-heid
-baar
-atie
-vol
-ing
-teit

Slide 7 - Slide

Zelfstandig werken
 Stap 1. Eerst behandelen we gezamenlijk de theorie. 
Stap 2 Jullie gaan zelfstandig aan de slag (10 min.) 
  • Maak van H4 opdracht 1 en 2

Stap 3 We bespreken de opdrachten na. 
Stap 4 Jullie werken in tweetallen verder aan de opdrachten

timer
1:00

Slide 8 - Slide

Nabespreken
 Stap 1. Eerst behandelen we gezamenlijk de theorie. 
Stap 2 Jullie gaan zelfstandig aan de slag (10 min.) 

Stap 3 We bespreken de opdrachten na. 

Stap 4 Jullie werken in tweetallen verder aan de opdrachten

timer
1:00

Slide 9 - Slide

Herhaling H5/H6
Ik heb een vijftal vragen voorbereid als extra oefening.

 Let dus goed op! 

Grote kans dat varianten hier van terugkomen op de toets!!!!

Slide 10 - Slide

Herhaling H5/H6
 Waaraan kun je zien of een tekst voor jongeren of voor volwassenen is geschreven? Er kunnen meerdere antwoorden goed zijn.



A de bron
B de lay-out
C de lengte van de tekst
D de titel
E de tussenkopjes
F het onderwerp
G het taalgebruik

Slide 11 - Slide

Herhaling H5/H6
 Waaraan kun je zien of een tekst voor jongeren of voor volwassenen is geschreven? Er kunnen meerdere antwoorden goed zijn.



A de bron
B de lay-out
C de lengte van de tekst
D de titel
E de tussenkopjes
F het onderwerp
G het taalgebruik

Slide 12 - Slide

Herhaling H5/H6
Op welke drie zaken moet je letten als je kritisch leest en moet beoordelen of de informatie in een tekst betrouwbaar is?

Denk er even over na, ik vraag zo één van jullie naar het antwoord.

Slide 13 - Slide

Herhaling H5/H6
Op welke drie zaken moet je letten als je kritisch leest en moet beoordelen of de informatie in een tekst betrouwbaar is?

1. Je moet letten op de deskundigheid van de schrijver 
2. het doel van de tekst
3. De bron (betrouwbaar en liefst meerdere!)


Slide 14 - Slide

Herhaling H5/H6
Wat voor tekstsoorten zijn er ? (5 stuks)
1. een ........... tekst
2. een ...........tekst
3. een ........ tekst
4. een ......... tekst
5. een .......... tekst


Slide 15 - Slide

Herhaling H5/H6
Wat voor tekstsoorten zijn er ? (5 stuks)
1. een instruerende tekst
2. een amuserende tekst
3. een betogende tekst
4. een informerende tekst
5. een activerende tekst
Informeren gaat om WETEN, instrueren gaat om wat je moet DOEN. Betogen gaat om een MENING overbrengen. Activeren is oproepen tot ACTIE. Amuseren gaat om PLEZIER.

Slide 16 - Slide

Herhaling H5/H6
Wat doen signaalwoorden in een tekst?

Denk er even over na, ik vraag zo één van jullie naar het antwoord.

Slide 17 - Slide

Herhaling H5/H6
Wat doen signaalwoorden in een tekst?
Signaalwoorden geven het verband aan tussen alinea’s en zinnen 

Slide 18 - Slide

Herhaling H5/H6
Wat zijn opsommende signaalwoorden?

Denk er even over na, ik vraag zo één van jullie naar het antwoord.

Slide 19 - Slide

Herhaling H5/H6
Wat zijn opsommende signaalwoorden?
en, ook, verder, ten eerste/ten tweede, in de eerste plaats/in de tweede plaats, daarnaast, bovendien, vervolgens, ten slotte, als laatste.

Voorbeeld: daarnaast houd ik ook veel van boerenkool en vissticks.

Slide 20 - Slide

Samenwerken
 Stap 1. Eerst behandelen we gezamenlijk de theorie.
Stap 2 Jullie gaan zelfstandig aan de slag (10 min.)
Stap 3 We bespreken de opdrachten na.
Stap 4 Jullie werken verder aan de opdrachten (10 min.)
  • Opdracht 1 tm/6 van H2. 
  • Opdracht 1 t/m 4 + opdr 7 van H3
  • Opdracht 1 t/m 4 van H4
  • Heb je vragen? Steek je vinger op en ik kom helpen!


timer
15:00

Slide 21 - Slide

Nieuw!! Reflectie (klassikaal)
Voortaan gaan we, met de hele klas, aan het einde van iedere les reflecteren. We gaan o.a. onderstaande vragen behandelen:
  • Wat hebben we vandaag in de les gedaan?
  • Wat vond je goed gaan?
  • Wat kan er volgende keer beter?
  • Wat is het huiswerk? (de opdrachten van §8 (1 t/m 4 +7) en §9 (1 t/m 4)
timer
4:30

Slide 22 - Slide