nova max - 3m - §2.4 - zure en basische oplossingen

Vorige paragraaf
  • Crème: water, vette stof en emulgator

  • Shampoo: water, zeep en keukenzout

  • Tandpasta: zeep en schuurmiddel
1 / 12
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Vorige paragraaf
  • Crème: water, vette stof en emulgator

  • Shampoo: water, zeep en keukenzout

  • Tandpasta: zeep en schuurmiddel

Slide 1 - Slide

§2.4: Zure en basische oplossingen

  • Je kunt van een aantal bekende oplossingen aangeven of ze zuur of basisch zijn.
  • Je kunt de eigenschappen en toepassingen van zure en basische oplossingen noemen.
  • Je kunt het verband beschrijven tussen de concentratie van zure en basische oplossingen en de pH.
  • Je kunt met een indicator bepalen of een oplossing zuur, basisch of neutraal is.
  • Je kunt veilig werken met chemicaliën met het gevarensymbool 'niet mengen'.
p. 98

Slide 2 - Slide

Schoonmaakmiddelen
  • Veel schoonmaakmiddelen zijn zuur of minder zuur dan water

  • Hoe extremer de "zuurgraad", hoe heftiger de reactie

  • Schoonmaakmiddelen moet je nooit mengen!! Er kunnen giftige gassen ontstaan


Slide 3 - Slide

Zuur, basisch en neutraal
  • Een zure oplossing maak je door een zuur te mengen met water

  • Voorbeelden: azijn, maagsap, vruchtensap, koolzuurhoudend prikwater

  • Zuren tasten metaal en kalkhoudende materialen aan

  • Kalksteen, natuursteen, eierschalen, kalkskelet van dieren
  • Dus ook kalkaanslag!



Slide 4 - Slide

Zuur, basisch en neutraal
  • Een basische oplossing maak je door een base te mengen met water

  • Basische oplossingen smaken zeepachtig

  • Ontvettende werking, en irriterend voor de huid

  • Ammoniak, soda of groene zeep in water

  • Geen zure of basische oplossing? Dan is het een neutrale oplossing.



Slide 5 - Slide

Indicatoren
  • Als je wilt weten of een oplossing zuur of basisch is, gebruik je een indicator

  • Een indicator verandert van kleur in een zure of basische oplossing.

  • Lakmoespapier is een indicator, hier leg je een druppel oplossing op.

  • Rodekoolsap of fenolftaleïne (l), hier doe je een paar druppels van in een oplossing.



Slide 6 - Slide

Concentratie en pH
  • De aggresiviteit van een zure of basische oplossing hangt
af van het soort zuur of base, en de concentratie

  • De pH schaal geeft de zuurgraad aan van een oplossing

  • Zure oplossingen hebben een pH tussen de 0 en 7
  • Neutrale oplossingen heeben een pH van 7
  • Basische oplossingen hebben een pH tussen de 7 en 14



Slide 7 - Slide

Concentratie en pH
  • Universeel indicatorpapier geeft de pH van een oplossing

  • Het doosje geeft de kleur van elke pH aan.

Slide 8 - Slide

Zuren in het milieu
  • De zuurtegraad in de natuur is belangrijk voor alle planten en dieren!

  • Door veel koolstofdioxide in de lucht, komt er ook koolzuur in het water.
  • Dit tast het koraal en het kalkskelet van schelpdieren aan.

  • Door teveel mest in Nederland verzuurt de bodem (meststof: stikstof)
  • Hierdoor sterven zeldzame en bedreigde plantensoorten uit.
  • Zonder die planten kunnen sommige dieren ook uitsterven.

Slide 9 - Slide

Samenvatting
  • Azijn, koolzuurhoudend water, zoutzuur, verdund salpeterzuur en verdund zwavelzuur zijn zure oplossingen. Zure oplossingen hebben een etsende werking en tasten kalksteen aan.
  • Ammonia, natronloog en kalkwater zijn basische oplossingen. Basische oplossingen hebben een ontvettende werking en zijn irriterend voor de huid.
  • Het gevarensymbool voor 'niet mengen' is:



  • Hoe hoger de concentratie van een zure oplossing, hoe lager de pH. Hoe hoger de concentratie van een basische oplossing, hoe hoger de pH.
  • Met indicatoren kun je bepalen of een oplossing zuur, basisch of neutraal is.

Slide 10 - Slide

(Huis)werk
Opgaven 1 t/m 13 uit §2.4 

Alles af in de les? Dan verdien je een sticker!!

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide