Wat? 3.2: opgave 1 tot en met 16 af.
Hoe? Je mag na 5 minuten zachtjes overleggen in je groep
Hulp? Kijk in je boek, vraag binnen je groep, steek dan je vinger op.
Tijd? 15 minuten.
Uitkomst?
Je benoemt het verschil tussen een geleider en isolator.
Je legt het begrip weerstand uit en kan dit meten.
Je legt het verschil uit tussen weerstand en soortelijke weerstand.
Klaar? Nakijken