GYM 2 -dinsdag 23-2 (Grammatica oefentoets t/m bijv. bep.)

Welkom!
Nodig: 
  • Etui
  • Grammaticaspullen
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom!
Nodig: 
  • Etui
  • Grammaticaspullen

Slide 1 - Slide

Planning
1e deel van de les:
  1. Hoe was jullie vakantie?
  2. Planning

  3. Oefentoetsje grammatica

2e deel van de les:

  1. Grammatica: opfriscursus (?)
  2. Aan de slag!
  3. Huiswerk & Taalvout


Slide 2 - Slide

Hoe was jullie vakantie?!
Zet in de chat welke emoji het beste weergeeft hoe jij je vakantie hebt beleefd!

Slide 3 - Slide

Planning
  • Maandag 22 februari: herhaling grammatica
  • Donderdag 25 februari: woordenschat hf. 4
  • Maandag 1 maart: spelling hf. 4 & voorbereiden voor SO grammatica
  • Donderdag 4 maart: SO grammatica alles tot nu toe 
  • Dinsdag 9 maart: spelling hf. 4 & voorbereiden voor PWW
  • Donderdag 11 maart: voorbereiden voor PWW

  • Dinsdag 16 maart: toets Nederlands proefwerkweek (PWW)
Leerstof: Woordenschat & Spelling hf. 1 t/m 4. (Woordenlijsten staan in SOM)

Slide 4 - Slide

Oefentoetsje grammatica
Zometeen maak je via Socrative een oefentoetsje. Zo ziet de SO van volgende week donderdag er ook ongeveer uit. 

Vind je iets lastig en begrijp je het niet? Schrijf dat onderwerp dan op een blaadje. Na de toets vraag ik wat er nog moeilijk is zodat ik dat nog een keer kan uitleggen.

Slide 5 - Slide

Oefentoetsje grammatica
  • Ga naar Socrative
  • Roomname: MEVROUWKOONINGS
  • Gebruik je grammaticaboekje. Je mag ook dingen googlen!
  • Schrijf dingen op die je nog lastig vindt.

Klaar? 
* In SOM staat een 'oefenblad grammatica lj 2'. Ontleed de zinnen van dit oefenblad (mag digitaal). Geef ook de tijden van de zin aan! 
* Lezen in je leesboek


Slide 6 - Slide

Wat vinden jullie nog lastig?

Slide 7 - Slide

Planning
  • Maandag 22 februari: herhaling grammatica
  • Donderdag 25 februari: woordenschat hf. 4
  • Maandag 1 maart: spelling hf. 4 & voorbereiden voor SO grammatica
  • Donderdag 4 maart: SO grammatica alles tot nu toe 
  • Dinsdag 9 maart: spelling hf. 4 & voorbereiden voor PWW
  • Donderdag 11 maart: voorbereiden voor PWW

  • Dinsdag 16 maart: toets Nederlands proefwerkweek (PWW)
Leerstof: Woordenschat & Spelling hf. 1 t/m 4. (Woordenlijsten staan in SOM)

Slide 8 - Slide

  •  In SOM staat het 'Boekje uitleg grammatica klas 1'. Hierin staat alle uitleg van elk zinsdeel. Let op; dit is wel heel uitgebreid en veel. 

  • Je kunt zinsdelen ook simpelweg Googlen! Dan krijg je vaak ook heldere uitleg. Filmpjes zijn ook nuttig. 

  • In SOM staat ook de stappenkaart van grammatica waarin alle zinsdelen heel kort staan genoemd. 

  • Zie in LessonUp de les: SO Grammatica uitleg stof: t/m bijvoeglijke bepaling (kzn)

Slide 9 - Slide

Voorzetselvoorwerp: 
zinsdeel dat begint met zo'n vast voorzetsel
Maar let op!



Ik | reken | op het apparaat.
_O  ====     ________________B


Hij | wacht | op het perron. 
_O  =====    ______________B
Ik | reken | op je komst.
_O ====    _____________V


Hij | wacht | op zijn vriendin. 
_O =====      _____________V
Dit is letterlijk: 
geeft een plaats aan (bepaling).
Dit is niet letterlijk: 
je hebt het voorzetsel écht nodig.

Slide 10 - Slide

Voorzetselvoorwerp: 
zinsdeel dat begint met zo'n vast voorzetsel
Let op!
Als worden of zijn als HWW worden gebruikt, is het zinsdeel met 'door' nooit voorzetselvoorwerp.




                    HWW                           ZWW
De deur | wordt | door Pietje | geschilderd.
_______O   ====    _________B    ;;;;;;;;;;;;;;;;;

Slide 11 - Slide

De dubbelverbonden bepaling

Slide 12 - Slide

Tijdens de handeling. 
 Vrolijk kwam hij binnen.
 Hongerig staarde hij naar de broodjes.
Als gevolg van de handeling. 
 Hij verfde het hek groen.
 Hij spoot zijn auto rood.
Volgens de handeling (drukt een mening uit)
 Ik vind hem aardig.
 Die taart smaakt goed!
 Ik beschouw hem als een goed mens.

‘Vervangt’ een naamwoordelijk deel / toestand in een zin met een werkwoordelijk gezegde.

Zegt iets over het gezegde + het OND óf het LV
 

Indeling in drie types:
  • Tijdens de handeling
  • Als gevolg van de handeling (gevolg)
  • Volgens de handeling (oordeel, volgens iemand)
Dubbelverbonden bepaling: _______D

Slide 13 - Slide

Tijdens de handeling. 
 Vrolijk kwam hij binnen.
 Hongerig staarde hij naar de broodjes.
Als gevolg van de handeling. 
 Hij verfde het hek groen.
 Hij spoot zijn auto rood.
Volgens de handeling (drukt een mening uit)
 Ik vind hem aardig.
 Die taart smaakt goed!
 Ik beschouw hem als een goed mens.

Tijdens de handeling:

bijvoorbeeld:
                                              SD
Hongerig | kwam | ik | thuis.
_________D ======  __O ;;;;;;;;;;;;;;

 Zij | lag | wakker | in bed.
_O    ===   _______D  ______B
Dubbelverbonden bepaling: _______D

Slide 14 - Slide

Tijdens de handeling. 
 Vrolijk kwam hij binnen.
 Hongerig staarde hij naar de broodjes.
Als gevolg van de handeling. 
 Hij verfde het hek groen.
 Hij spoot zijn auto rood.
Volgens de handeling (drukt een mening uit)
 Ik vind hem aardig.
 Die taart smaakt goed!
 Ik beschouw hem als een goed mens.

Als gevolg van de handeling: 
drukt het resultaat van de handeling uit. 

bijvoorbeeld:

Hij | verft | het hek | groen.
__O  ====    _______L   ______D
De vergadering | benoemde | haar | tot voorzitter.
______________O     =========     ____L  ______________D
Dubbelverbonden bepaling: _______D

Slide 15 - Slide

Tijdens de handeling. 
 Vrolijk kwam hij binnen.
 Hongerig staarde hij naar de broodjes.
Als gevolg van de handeling. 
 Hij verfde het hek groen.
 Hij spoot zijn auto rood.
Volgens de handeling (drukt een mening uit)
 Ik vind hem aardig.
 Die taart smaakt goed!
 Ik beschouw hem als een goed mens.

Volgens de handeling:
het gezegde drukt een oordeel/mening uit.

bijvoorbeeld:

Ik | vind | jou | aardig. 
_O ====   ____L ______D
Dubbelverbonden bepaling: _______D

Slide 16 - Slide

Bijvoeglijke bepaling
Alles ontleed? Ga dan verder met de bijvoeglijke bepalingen. (Een bijvoeglijke bepaling geeft meer informatie over het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort.)

 Noteer eerst de KZN en zet vervolgens de juiste pijltjes.


Slide 17 - Slide

Stappen bijvoeglijke bepaling

1 - Ontleed de zin.

De oude kat | is | verdwaald | in het grote bos in Twente.
----------o  =    ;;;;;;;;;;;; --------------------------b


2 - Zoek het eerste zelfstandig naamwoord per zinsdeel (let op: niet in alle zinsdelen zit een zelfstandig naamwoord). 

Je noteert kzn (kern zelfstandig naamwoord)

De oude kat | is | verdwaald | in het grote bos in Twente.
----------o  pv    ;;;;;;;;;;   ----------------------b
             kzn                                          kzn



3 - Zoek de bijvoeglijke bepalingen per zinsdeel door de volgende vraag te stellen:

Welk/wat voor + [zelfstandig naamwoord]? 
Wat voor kat? oude -> bijvoeglijke bepaling
Wat voor bos? grote -> bijvoeglijke bepaling  
Ook bij de 'kleine' woordjes zoals dit, de, of het zet je pijltjes. Ze zeggen immers iets over het kzn.
Ook voorzetsels zeggen iets over het kzn, je noteert daarom vz.

Je noteert ----> of <----- richting het kzn.

De oude kat|is|verdwaald|in het grote bos in Twente.
--------  o pv ;;;;;;;;;;;;  -----------------------b
 --> -> kzn                     vz -->---> kzn <--------
                                                               vz   kzn

Slide 18 - Slide

Tijden van de zin
  1. Voltooid of Onvoltooid? Hulpwerkwoord hebben of zijn?
  2. Tegenwoordige of Verleden tijd? Check persoonsvorm.
  3. Toekomende tijd? Hulpwerkwoord zullen?
  4. De T van Tijd!

Zenuwachtig liep hij op de gang te ijsberen voor het begin van zijn eerste mondelinge examen. --> O.V.T.

Slide 19 - Slide

Aan de slag!


  • In SOM staat een 'oefenblad grammatica lj 2'. Ontleed de zinnen van dit oefenblad (mag digitaal).

  • Afmaken: Woordenschat hf. 4 opdracht 2 (p. 147 & 148)

Klaar? 
  • Bereid je alvast voor op het SO Grammatica of de PWW (woorden leren).
  • Ga lezen in je leesboek!






Slide 20 - Slide

Huiswerk & TaalVout

  • In SOM staat een 'oefenblad grammatica lj 2'. Ontleed de zinnen van dit oefenblad (mag digitaal).
  • Afmaken: Woordenschat hf. 4 opdracht 2 (p. 147 & 148)

  • Voorbereiden op SO grammatica & PWW



Slide 21 - Slide