HST 30 PV

Vandaag 
Leerdoel we gaan leren wat de persoonsvorm in een zin is. 
Eerst instructie (thuis kan meekijken)
dan paar lessonup MC vragen
Evt. nog in Numo werken
1 / 30
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1,3

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vandaag 
Leerdoel we gaan leren wat de persoonsvorm in een zin is. 
Eerst instructie (thuis kan meekijken)
dan paar lessonup MC vragen
Evt. nog in Numo werken

Slide 1 - Slide

PTO-3
We hebben wat aanpassingen gedaan:
Niet heel hoofdstuk 30
Wel: hst 22 t/m 27 en 29 t/m 32
NIET: hst 28


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Wat is de pv (persoonsvorm)?
Hij heeft een hele leuke fiets.
A
hij
B
heeft
C
een hele leuke fiets
D
leuke fiets

Slide 18 - Quiz

Wat is de pv (persoonsvorm)?
Tadic en Dumfries hadden ruzie afgelopen weekend
A
Tadic & Dumfries
B
afgelopen weekend
C
hadden
D
ruzie

Slide 19 - Quiz

Wat is de pv (persoonsvorm)?
Wij hebben het leuk gehad.
A
wij
B
hebben
C
het
D
leuk gehad

Slide 20 - Quiz

Wat is de pv (persoonsvorm)?
Het waait heel hard.
A
het
B
waait
C
heel hard
D
leuke fiets

Slide 21 - Quiz

Wat is de pv (persoonsvorm)?
Zij zal zich moeten aanpassen
A
zal
B
zij
C
moeten
D
aanpassen

Slide 22 - Quiz

Wat is de pv (persoonsvorm)?
Waarom lopen zij niet gewoon naar huis?
A
waarom
B
zij
C
niet gewoon
D
lopen

Slide 23 - Quiz

Wat is de pv (persoonsvorm)?
Heb je nou lol gehad of niet?
A
Heb
B
je
C
nou
D
lol gehad

Slide 24 - Quiz

Wat is de pv (persoonsvorm)?
Ik wil naar huis, want het regent.
A
ik, het
B
wil, regent
C
naar huis
D
want

Slide 25 - Quiz

Wat is de pv (persoonsvorm)?
Wie zijn mondkapje niet draagt, krijgt een boete.
A
zijn mondkapje
B
draagt
C
krijgt
D
een boete

Slide 26 - Quiz

Wat is de pv (persoonsvorm)?
Ik zou jou wel eens willen zien lachen.
A
zou
B
willen
C
zien
D
lachen

Slide 27 - Quiz

Wat is de pv (persoonsvorm)?
Wat een leuke jas is dat!
A
leuke jas
B
is
C
dat
D
wat

Slide 28 - Quiz

Als het goed is
Kun je nu de persoonsvorm in een zin aanwijzen 
Vrijdag gaan we verder met het onderwerp
Maandag met werkwoordelijk gezegde
Dinsdag met lijdend voorwerp

Slide 29 - Slide

Voor maandag 
Ik zet taken klaar om persoonsvorm en onderwerp te oefenen. 
Je kunt de taken rondom persoonsvorm alvast doen, maar het mag ook in het weekend

Slide 30 - Slide