toetsvoorbereiding H3

Hoofdstuk 3
toetsvoorbereiding SE2 
1 / 13
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 3
toetsvoorbereiding SE2 

Slide 1 - Slide

Stoffen en reacties
  • Indeling in stoffen
  •  metalen en zouten (H5)
  • moleculaire stoffen (H4)
  • rekenen aan reacties

Slide 2 - Slide

Indeling in stoffen
Je moet een stof op micro- en macroniveau kunnen indelen:

Geleidt nooit stroom

Geleidt altijd stroom

Geleidt alleen opgelost of in vloeibare fase

Slide 3 - Slide

Metalen en zouten
Je moet kunnen uitleggen wat een metaalrooster/ionrooster is en welke bindingen erin voorkomen (metaalbinding/ionbinding)
Deze begrippen gebruik je om uit te leggen:
  • waarom ze hoge smelt/kookpunten hebben
  • waarom ze stroom geleiden
  • uit te leggen wat een legering is
  • uit te leggen hoe een zout ontstaat (H5)


Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

geef de naam van het bindingstype en de naam van het soort deeltje dat stroom geleidt

Slide 6 - Open question

moleculaire stoffen
  • de systematische naam van een moleculaire stof uit de formule afleiden en andersom
  • uitleggen hoe een atoombinding tot stand komt 
  • Weten wat covalentie betekent en uit het periodiek systeem kunnen halen
  • adhv covalentie de structuurformule van een stof tekenen 
  • aangeven wanneer een atoombinding wordt verbroken.






Slide 7 - Slide


geef de systematische naam van de volgende stof: P2O5

Slide 8 - Open question


ethanol heeft als formule C2H6O, teken een molecuul ethanol

Slide 9 - Open question

rekenen aan reacties

met behulp van de molverhouding aan een reactie rekenen.

Je kunt hiervoor gebruik maken van een stappenplan


Slide 10 - Slide

stappenplan
  • reactievergelijking (molverhouding)
  • gegeven : gevraagd
  • gegeven naar mol omrekenen
  • mol gegeven naar mol gevraagd
  • mol gevraagd naar gram gevraagd

Slide 11 - Slide


  • molverhouding = 2 : 1
  • gegeven: 10,0g HCl, gevraagd: ? gram H2
  • gram naar mol; 10,0 g  =  10,0/36,46 = 0,274 mol HCl
  • molverhouding; 2:1, dus 0,137  mol H2
  • mol naar gram; 0,137 mol = 0,137 *  2,016 =  0,478 gram H2
voorbeeld

Slide 12 - Slide

oefenen (afsluiting)
Indeling in stoffen (opgave 2a)
 metalen en zouten (5, 1)
moleculaire stoffen (2b, 3)
rekenen aan reacties (6, 9, 11)

alles door elkaar (4, 10)

Slide 13 - Slide