Woordenschat H5

WELKOM 

bij Nederlands 



1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

WELKOM 

bij Nederlands 



Slide 1 - Slide

Planning vandaag
  • planning periode
  • herhalen woordenschat h4
  • woordenschat h5
  • opdracht 

Slide 2 - Slide

Periode A
Woordenschat H1 t/m 6
Toetsmoment: maandag 11 november 

Slide 3 - Slide

Over welke woordraadstrategieën hebben we het de vorige lessen gehad?
  • Zoek een synoniem  
  • = een ander woord met dezelfde betekenis 
  • Zoek een omschrijving of definitie
  • Zoek een voorbeeld 
  • Zoek een tegenstelling

Slide 4 - Slide

Herhalen H4 Woordenschat
Wat waren de tegenstellingen van de onderstreepte woorden? 

Hoi, ik ben een weekje met mijn ouders naar Ameland. Het is hier bloedheet, dus we liggen altijd op het strand. Er is ook een openluchtzwembad op de camping, maar dat is erg ondiep. O ja, het eten hier is erg lekker! We vermaken ons wel, dus misschien komen we een paar dagen later terug. Groetjes!

Slide 5 - Slide

H5 Woordenschat: zoek een bekend woorddeel
Als je de betekenis van een woord niet kent, zoek naar: een bekend deel.

• woorden die zijn samengesteld uit twee woorden (inkoopmedewerker). 
• woorden met een voorvoegsel (ongezond).
• woorden met een achtervoegsel (naamloos).

Slide 6 - Slide

Opdrachtje

Vul in. Kies uit:
  • met veel 
  • niet/slecht
  • opnieuw 
  • tussen 
  • zonder



Slide 7 - Slide

Bij welk woord kun je de strategie toepassen;
Herken een bekend woorddeel?
A
Werkloos
B
Werken
C
Gewerkt
D
Werk

Slide 8 - Quiz

Pas woordraadstrategie "Zoek een bekend woorddeel" toe.
Wat betekent het woord "klantvriendelijk"?
A
Onbeschoft gedragen naar klanten
B
Een prettige houding naar klanten hebben

Slide 9 - Quiz

Wat is GEEN bekend woorddeel?
A
on-
B
-loos
C
onze
D
inter-

Slide 10 - Quiz

Hoe zoek je naar een bekend woorddeel?
A
kijken naar samengestelde woorden en voorvoegsels
B
kijken naar voorvoegsels en achtervoegsels
C
kijken naar samengestelde woorden en achtervoegsels
D
kijken naar samengestelde woorden, voor- en achtervoegsels

Slide 11 - Quiz

Wat is een bekend woorddeel?
A
Dat je het hele woord kent.
B
Je hebt het woord al eens ergens gezien.
C
Een deel van het woord dat je al kent.
D
Een woord wat je niet kent.

Slide 12 - Quiz

Opdrachtje
  • Bekijk de woordenlijsten van H1-H6. 
  • Kies van elk hoofdstuk een woord.
  • Schrijf dat woord op.
  • Ruil van schrift met degene naast je. 
  • Degene naast je moet de betekenis van de woorden opschrijven (zonder te spieken!).
  • Kijk elkaars antwoorden na. 

Slide 13 - Slide