KGT2 - Herhalingsles hoofdstuk 3

KGT2 - H3 - Herhalingsles
1 / 39
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

KGT2 - H3 - Herhalingsles

Slide 1 - Slide

Een mening is:
A
Een argument
B
Wat je van iets vindt
C
Een reden
D
Overtuigen

Slide 2 - Quiz

Typ de 6 tekstverbanden die je moet kennen onder elkaar.

Slide 3 - Open question

Het signaalwoord 'immers' hoort bij het tekstverband:
A
Conclusie
B
Tegenstelling
C
Reden
D
Opsomming

Slide 4 - Quiz

Welke twee tekstverbanden hebben we er als laatste bijgeleerd?
A
Tegenstelling en reden
B
Reden en conclusie
C
Conclusie en opsomming
D
Reden en voorbeeld

Slide 5 - Quiz

Het signaalwoord 'zo' hoort bij het tekstverband ...
A
Voorbeeld
B
Tegenstelling
C
Tijdsvolgorde
D
Conclusie

Slide 6 - Quiz

De singaalwoorden 'dus, kortom en dan ook' horen bij het tekstverband:
A
Reden
B
Conclusie
C
Opsomming
D
Tijdsvolgorde

Slide 7 - Quiz

Wat is het doel van een betoog?
A
Informeren
B
Amuseren
C
Activeren
D
Overtuigen

Slide 8 - Quiz

In de kern/middenstuk van een betoog geeft de schrijver zijn mening.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

De hoofdgedachte van een tekst is:
A
Een gedachte die in je hoofd omgaat.
B
De belangrijkste informatie uit de eerste zin van een alinea.
C
De belangrijkste informatie uit een tekst in één zin samengevat.
D
De belangrijkste informatie uit een alinea in één zin samengevat.

Slide 10 - Quiz

Ik ben nog nooit in Amerika geweest.
A
Geweest is de PV
B
Geweest is het VD
C
Geweest schrijf je met een d
D
'ben' is het VD

Slide 11 - Quiz

Wat is GEEN kenmerk van een voltooid deelwoord?
A
Begint vaak met ge-
B
Staat vaak aan het eind van de zin.
C
Staat altijd als enige werkwoord in de zin.
D
Staat altijd bij een vorm van: hebben, zijn of worden.

Slide 12 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van 'herdenken' en 'ontbijten'?
A
Herdacht en ontbijtte
B
Herdenkte en ontbeten
C
Herdacht en ontbeten
D
Herdenkte en ontbijtte

Slide 13 - Quiz

Welk woord is GEEN splitsbaar werkwoord?
A
Inhalen
B
Bedenken
C
Opbellen
D
Meenemen

Slide 14 - Quiz

Ik ben al eerder aangelopen.
A
Ben = VD
B
Aangelopen = VD

Slide 15 - Quiz

Wij werden om 10 uur opgehaald.
A
Werden = VD
B
Opgehaald = VD

Slide 16 - Quiz

Hij is gisteren gehuldigd.
A
Is = PV
B
Gehuldigd = PV

Slide 17 - Quiz

Hij heeft zijn spullen gepakt.
A
Heeft = PV
B
Gepakt = PV

Slide 18 - Quiz

luuk de jong speelt bij PSV.
A
Luuk De Jong
B
Luuk de jong
C
Luuk de Jong
D
Luuk De Jong

Slide 19 - Quiz

mevrouw van den akker geeft het vak Nederlands.
A
Mevrouw van den akker
B
mevrouw van den Akker
C
Mevrouw Van Den Akker
D
Mevrouw Van den Akker

Slide 20 - Quiz

de gelderlander wordt alleen bezorgd in Gelderland.
A
De Gelderlander
B
de Gelderlander
C
De gelderlander
D
de gelderlander

Slide 21 - Quiz

(Italië) De ... vrouw kan goed dansen.

Slide 22 - Open question

(België) De ... patattekes zijn het lekkerst.

Slide 23 - Open question

'Ontzag inboezemen'
A
Erger worden
B
Tegen een stootje kunnen
C
Voordeel of nut van iets hebben
D
Indruk maken op iemand

Slide 24 - Quiz

'Aanstekelijk'
A
Een aansteker
B
Dat je vanzelf zin krijgt om mee te doen
C
Van vroeger wat niet meer in deze tijd past
D
Voor dit moment

Slide 25 - Quiz

'Vooralsnog'
A
Voorlopig
B
Onderwijs
C
Besteden
D
Aandacht op één ding

Slide 26 - Quiz

Maak een zin met het woord 'gewild'.

Slide 27 - Open question

Maak een zin met het woord 'constateren'.

Slide 28 - Open question

Maak een zin met 'profijt hebben van'.

Slide 29 - Open question

Dicteewoord 1

Slide 30 - Open question

Dicteewoord 2

Slide 31 - Open question

Dicteewoord 3

Slide 32 - Open question

Dicteewoord 4

Slide 33 - Open question

Dicteewoord 5

Slide 34 - Open question

Dicteewoord 6

Slide 35 - Open question

Dicteewoord 7

Slide 36 - Open question

Dicteewoord 8

Slide 37 - Open question

Dicteewoord 9

Slide 38 - Open question

Dicteewoord 10

Slide 39 - Open question