maandag 12 april 2021 klas 2F

Maandag 12 april 2021
09.00 - 09.30 uur Inloop
12.30 - 13.00 uur Pauze
09.30 - 10.15 uur Woordenschat
Woorden thema 20 Straatcultuur
13.00 - 15.00 uur Drama
10.15 - 10.30 uur Pauze
10.30 - 11.15 uur Disk taak
11.15 - 12.00 uur Jeugdjournaal
12.00 - 12.30 uur Rekenen
1 / 51
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Maandag 12 april 2021
09.00 - 09.30 uur Inloop
12.30 - 13.00 uur Pauze
09.30 - 10.15 uur Woordenschat
Woorden thema 20 Straatcultuur
13.00 - 15.00 uur Drama
10.15 - 10.30 uur Pauze
10.30 - 11.15 uur Disk taak
11.15 - 12.00 uur Jeugdjournaal
12.00 - 12.30 uur Rekenen

Slide 1 - Slide

Zoek de valse
Welk woord is verkeerd geschreven?
Schrijf dit woord GOED op je wisbordje!

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Woordenschat
Vandaag vijf (nieuwe) woorden bij het thema  Straatcultuur.
Schrijf het woord op en ook de betekenis.

Slide 23 - Slide

plotseling
  • opeens;
  • zonder waarschuwing vooraf;
  • snel en niet verwacht;
  • Zin: Mijn beste vriend stond plotseling naast mij. Daar schrok ik van.

Slide 24 - Slide

ontevreden
  • niet blij, gelukkig;
  • tegengestelde van: tevreden;
  • on = niet
  • Zin: Wij zijn ontevreden over het feit dat we nu buiten moeten sporten.

Slide 25 - Slide

de jongere
  • iemand die ongeveer tussen de 14 en 20 jaar oud is;
  • meervoud: de jongeren
  • zin: Op onze school zitten alleen maar jongeren.

Slide 26 - Slide

de puber
  • Jongeren die richting volwassen gaan;
  • Leeftijd is ongeveer tussen de 13 en 18 jaar;
  • Meervoud: pubers
  • Zin: Als een jongere lastig gedrag laten zien, worden zij ook wel pubers genoemd.

Slide 27 - Slide

de oudere
  • iemand met een hoge leeftijd;
  • meervoud: de ouderen
  • tegenstelling: de jongere
  • zin: De oudere vinden het vaak niet fijn om in het donker alleen op straat te lopen.

Slide 28 - Slide

Maak de zin af:
Ik ben ontevreden over..........

Slide 29 - Open question

Zoek een foto van:
een grappige oudere (man of vrouw)

Slide 30 - Open question

In welke zin wordt het woord
plotseling
goed gebruikt?
A
Ik heb morgen een afspraak. Ik moet dan plotseling weg.
B
Ik had gisteren een belangrijke afspraak. Ik moet plotseling weg.
C
Vanmiddag heb ik een afspraak. Ik moet dan plotseling weg.
D
Mijn moeder belt. Zij heeft nu voor mij een afspraak gemaakt en ik moet plotseling naar huis.

Slide 31 - Quiz

Waar zie je:
de jongere
A
B
C
D

Slide 32 - Quiz

Hoe oud zijn de mensen die we
puber
noemen?

Slide 33 - Open question

Opdracht: welk woord hoort in de zin?
Welk woord hoort in de zin? Schrijf alleen het woord op, niet de hele zin!

Slide 34 - Slide

Mensen die al op leeftijd zijn, bijvoorbeeld 60 jaar en ouder, noemen wij de.................

Slide 35 - Open question

Mijn docent zei..................: We hebben nu een toets. Ze heeft ons niet eens gewaarschuwd....

Slide 36 - Open question

Ik was vroeger een lastige.......... Ik luisterde nooit naar mijn ouders.

Slide 37 - Open question

De oudere vroeg aan de .................: Hoe werkt dat nu, zo'n mobiele telefoon?

Slide 38 - Open question

De leerlingen zijn bijna altijd .............. over de sport: de les is te kort, te lang, stom, buiten......

Slide 39 - Open question

Zinnen maken

Maak zinnen met de woorden.
Regels:
- denk aan de leestekens en hoofdletters;
- je schrijft minimaal 3 zinnen

De woorden: de jongere, plotseling, de oudere, de puber, ontevreden

Slide 40 - Slide

Zoek de dieren in de zin
Waar in de zin staan de dieren?
Voorbeeld:
Hij is de laatste tijd erg moe. Hij slaapt wel tot elf uur.

Slide 41 - Slide

Pauze
    Pauze 
timer
15:00

Slide 42 - Slide

Disk taak: spreken
Wat vind jij hiervan?

Luister goed naar de docent en kijk naar het voorbeeld.

Slide 43 - Slide

Wat vind jij hiervan?
  • Een groepje jongeren hangt op straat. Jamila is een van hen. Ali komt langs. Hij spreekt zijn zusje Jamila op agressieve toon aan en zegt dat ze moet meekomen. Jamila wil niet mee. 
  • Mag een meisje hangen op straat? Is het normaal dat een broer zo reageert op zijn zus? En een meisje zo op haar broer?

  • Een groepje jongeren hangt op straat. Een meisje loopt langs. Een van de jongeren (Kees) begint het meisje na te fluiten en na te roepen. Het meisje reageert niet. Kees wordt steeds brutaler en agressiever. 
  • Mag je fluiten naar meisjes op straat? Wat mag je wel/wat mag je niet roepen?

  • Een groepje jongeren hangt op straat naast een flat. Het is 22.00 uur. Ze praten hard en luisteren naar muziek. Een mevrouw, bewoner van de flat, komt naar buiten. Ze spreekt de jongeren aan. De jongeren luisteren niet.  
  • Vind je dat de mevrouw van de flat gelijk heeft? Wat vind je van de reactie van de jongeren?

Slide 44 - Slide

Wat kan je zeggen?
Je wil dat iemand ophoudt. Wat kun je zeggen? Geef voorbeelden
  • Doe eens normaal!
  • Hou eens op!
  • Blijf van me af!
  • Stop ermee!
  • Zo is het genoeg.
  • Schei eens uit!

Slide 45 - Slide

Wat kan je zeggen?
Iemand zegt dat je iets niet mag doen. Wat kun je zeggen?
  • Sorry!
  • U heeft gelijk.
  • Je hebt gelijk.
  • Oké.
  • Ik zal het niet meer doen.
  • Het zal niet meer gebeuren.

Slide 46 - Slide

Jeugdjournaal
We kijken het Jeugdjournaal. Maak drie vragen over het Jeugdjournaal. Stel deze vragen aan een klasgenoot. Weet je klasgenoot het antwoord?

Slide 47 - Slide

Rekenen
Je werkt in je werkboek.
In het werkboek staat soms een opdracht of een uitlegfilm die je moet maken/bekijken op je laptop.
Maar eerst: Kahoot hoofdrekenen

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Link

Pauze
    Pauze 
timer
30:00

Slide 50 - Slide

Drama

Slide 51 - Slide