Disk Bellen en mailen 3 dag 4 & 5

krijgen
  • je mag iets hebben
  • gratis
  • werkwoord
  • zin: Ik krijg een snoepje. 
  • zin: Zij krijgen een kado.
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with text slides.

Items in this lesson

krijgen
  • je mag iets hebben
  • gratis
  • werkwoord
  • zin: Ik krijg een snoepje. 
  • zin: Zij krijgen een kado.

Slide 1 - Slide

laat
  • niet op tijd
  • tijd gaat sneller dan gedacht
  • niet fijn gevoel
  • zin: Ik ben te laat op school.
  • zin: De docent gaat laat naar huis.

Slide 2 - Slide

luisteren
  • horen
  • met aandacht
  • werkwoord
  • zin: De leerlingen luisteren naar de docent.
  • zin: Ik luister graag naar muziek.

Slide 3 - Slide

makkelijk
  • kost weinig moeite
  • eenvoudig
  • niet moeilijk
  • zin: Deze opdracht is makkelijk.
  • zin: Een zon tekenen is makkelijk. 

Slide 4 - Slide

moeilijk
  • kost veel moeite
  • lastig
  • niet makkelijk 
  • zin: Deze sommen zijn moeilijk.
  • zin: Netjes werken is moeilijk.

Slide 5 - Slide

moeten
  • nodig
  • verplicht
  • werkwoord
  • zin: Wij moeten elke dag naar school.
  • zin: Ik moet goed mijn best doen. 

Slide 6 - Slide

morgen
  • de dag na vandaag 
  • zin: Ik ga morgen op verhuizen.
  • zin: Morgen ben ik jarig.

Slide 7 - Slide

de ochtend
  • begin van de dag
  • tussen nacht en middag
  • de ochtend - de ochtenden
  • zin: Ik begin de ochtend met een ontbijt.
  • zin: Deze ochtend is erg koud. 

Slide 8 - Slide

de opdracht
  • taak die je krijgt
  • moet je maken of doen
  • de opdracht - de opdrachten
  • zin: Ik maak morgen twee opdrachten.
  • zin: De opdracht is klaar. 

Slide 9 - Slide

de plaats
  • een plek 
  • waar je bent
  •  de plaats - de plaatsen
  • zin: Ik zit op deze plaats.
  • zin: Den Helder is een goede plaats om te wonen.

Slide 10 - Slide