Les spreken

Spreken
 
mbo niveau 2


fdd
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Spreken
 
mbo niveau 2


fdd

Slide 1 - Slide

Opdracht
Maak tweetallen. Ga met de ruggen tegen elkaar zitten. Je mag elkaar niet zien.
Persoon A tekent een aantal concrete vormen op papier. Zie voorbeeld.
Persoon A vertelt aan persoon B wat hij moet tekenen om precies hetzelfde te tekenen. 
Vergelijk jullie tekening. Lijkt het op elkaar? Bespreek met elkaar waar de onduidelijkheden zaten en wissel van rol. 
Gaat het nu beter?

Slide 2 - Slide

Voorbeeld

Slide 3 - Slide

Zijn jullie tekeningen goed gelukt?
Ja, precies hetzelfde
Een beetje
Nee, helemaal niet!

Slide 4 - Poll

Wat is ervoor nodig om
iets duidelijk te
over te brengen?

Slide 5 - Mind map

Lesdoelen
• Je kunt het verschil tussen verbaal- en non- verbaal benoemen.
• Je kunt je spreekdoel benoemen.
•Je kunt je non-verbale houding afstemmen op inhoud en publiek.
• Je weet dat je bij het spreken moet letten op verstaanbaarheid en spreektempo.
• Je kunt een gesprek voeren (hierbij houd je rekening met de afspraken).

Slide 6 - Slide

Lesplanning
10 min: opstart, aanwezigheid,
5 min: lesdoelen en planning
10 minuten: opdracht
10 min: nabespreken opdracht
10 min: theorie uitleg
10 min: opdracht kaartjes + nabespreken
10 min: filmpje + tips







Slide 7 - Slide

Presenteren (spreken)
Communiceren

Slide 8 - Slide

Verbaal en non-verbaal taalgebruik

Slide 9 - Slide

Verbaal taalgebruik
Geschreven taal -> brief
Gesproken taal -> een verhaal vertellen
Gebarentaal -> met gebaren 'spreek' je woorden uit

Slide 10 - Slide

Non-verbaal taalgebruik
lichaamshouding (actieve spreekhouding)
gezichtsuitdrukking
handgebaren
oogcontact maken



Slide 11 - Slide

Opdracht:
Werk in tweetallen. 

Iedereen krijgt van de docent een kaartje waarop staat wat je de ander moet vertellen (verbaal).
Hierbij staat ook hoe je je non-verbale houding moet aanpassen.
Wissel daarna van rol



Slide 12 - Slide

Wat vond je van de gesprekken?
Wat viel je op?

Slide 13 - Open question

Spreekdoel en publiek
  • Spreekdoel: informeren, instrueren, overtuigen
  • Houd rekening met je publiek, aan wie vertel je iets?
  • Taalgebruik: formeel of informeel
  • Schat de voorkennis van je publiek in. Hoeveel informatie moet je geven?

Slide 14 - Slide

Verstaanbaarheid en spreektempo

Zorg ervoor dat iedereen je goed verstaat!
  • Spreek duidelijk
  • Spreek luid genoeg
  • Spreek rustig
  • articuleer goed

Slide 15 - Slide

Hoeveel procent van onze communciatie bestaat uit verbaal taalgebruik?
A
80%
B
100%
C
50%
D
20%

Slide 16 - Quiz

Bekijk het filmpje. Wat gaat er volgens jou allemaal fout?

Slide 17 - Slide

Welke tips kun je haar geven?

Slide 18 - Open question

0

Slide 19 - Video

Einde

Slide 20 - Slide