hoofdstuk 3.1

welkom
ga rustig zitten en pak je boeken er bij
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

welkom
ga rustig zitten en pak je boeken er bij

Slide 1 - Slide

leerdoelen
je kan de 4 verschillende rijken benoemen.
je kan benoemen wanneer iets een soort is.

Slide 2 - Slide

organismen indelen
wetenschappers zijn al jaren bezig om alles te ordenen. Dit doen ze door de cellen te onderzoeken en te kijken naar de verschillende eigenschappen. 
daarbij zijn er twee hoofdgroepen, cellen met een celkern en cellen zonder.

Slide 3 - Slide

4 groepen
Er zijn 4 grote groepen: dieren, planten, schimmels en bacteriën. Planten en dieren hebben best wel duidelijke kenmerken die verschillen. Dieren hebben bijvoorbeeld een skelet . Om de kenmerken van bacteriën en schimmels te bekijken heb je een microscoop nodig. We gaan alle 4 groepen even bij langs.

Slide 4 - Slide

dieren
Kenmerken van dieren. Zoals in de vorige dia werd verteld is een kenmerk van dieren dat deze een skelet hebben. Als je naar de cellen van dieren kijkt zie je ook verschillen met de andere 3 groepen. Kenmerkend aan de dierencellen is dat deze een celkern heeft. Ook heeft deze cel andere onderdelen maar die zijn niet kenmerkend. 

Slide 5 - Slide

planten 
planten zijn vaak groene organismen die in de grond groeien en ze hebben geen skelet. De cellen van planten hebben veel onderdelen. Kenmerkende cel onderdelen zijn de celkern, bladgroenkorrels en de celwand.

Slide 6 - Slide

bacteriën
Bacteriën hebben als kenmerk dat ze ééncellig zijn, het organisme bestaat dus uit 1 cel. Als je naar de cel kijkt zal je zien dat deze geen celkern heeft, wel heeft de cel een celwand.

Slide 7 - Slide

schimmels
Tot slot de laatste groep, dit zijn de schimmels. Schimmels lijken erg veel op planten. Als paddenstoel groeien ze ook in de grond, ze zijn meestal niet groen maar dit kan wel het geval zijn. Om te zien of je niet te maken hebt met een plant zal je de cellen moeten bekijken en kan je zien dat schimmels geen bladgroenkorrels hebben. Wel hebben ze een celkern en celwand.

Slide 8 - Slide

dezelfde soort
Twee dieren van de zelfde soort kunnen zich voortplanten. Bijvoorbeeld een labrador en een poedel.
Wanneer twee labradoodles zich weer voorplanten kunnen zij nieuwe puppy's krijgen.

Slide 9 - Slide

niet de zelfde soort
Als twee verschillende soorten zich voortplanten lukt dit soms wel. Alleen de nakomeling (baby/kindje) kan zich niet voortplanten. Een voorbeeld hier van is een lijger. Dit is een tijger die zich voortgeplant heeft met een tijger. Lijgers kunnen geen nakomelingen (welpjes krijgen). een ander voorbeeld hiervan staat  bij opdracht 7.

Slide 10 - Slide

soorten

Slide 11 - Slide

ga aan de slag
maak de opdrachten 1 tot en met 7
blz 152
als je het lastig vindt kan je terug bladeren naar blz 148

klaar? ga aan de slag vanaf blz195

Slide 12 - Slide

opdrachten bespreken

Slide 13 - Slide

Bacteriecellen hebben geen...
A
celwand
B
celmembraan
C
celkern
D
cytoplasma

Slide 14 - Quiz

Er zijn 4 rijken in de biologie. Welke zijn dat?
A
Dieren en planten, paddenstoelen en ziekten
B
Dieren, planten, bacteriën, schimmels
C
Dieren, planten, dieren en mensen
D
Bacteriën, schimmels, mensen, paddenstoelen

Slide 15 - Quiz

Wat heeft een schimmelcel niet?
A
Celwand
B
Bladgroenkorrels
C
Celkern
D
Celmembraam

Slide 16 - Quiz


Een plantencel heeft:
A
wel een celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels
B
wel een celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
C
GEEN celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
D
GEEN celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels

Slide 17 - Quiz


Kan dit een cel van een dier zijn?
A
ja
B
nee
C
dat kun je niet weten
D
nee, dit is een schimmel

Slide 18 - Quiz