Cursus 1-§6- werken met het stappenplan lezen

1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide



Wat gaan we doen vandaag?

timer
10:00
Doel van de les
Tien minuten stil lezen
Kleine terugblik met filmpje en vragen
Start nieuw onderwerp
Huiswerk bespreken

Aan het werk
 

Telefoon in de kluis, IPad in je tas en je jas over de stoel

Slide 2 - Slide

Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?


Oftewel, wat is het doel van deze les?


Na deze les leer je hoe je kunt werken met het stappenplan lezen



Eerst een terugblik vorige les m.b.v. een filmpje en een aantal vragen


Slide 3 - Slide

Slide 4 - Link

Pak je Ipad en ga naar:


https://quizizz.com/admin/quiz/5f572f1a75dfe9001b3a7d12/hoofd-en-bijzaken-en-kernzinnen

Slide 5 - Slide

Op school krijg je meestal vragen bij een tekst. Het is natuurlijk ook belangrijk dat je teksten leest en begrijpt zonder dat je daarbij door vragen geleid wordt. Het volgende stappenplan is daarbij een hulpmiddel.

Stap 1: Oriënterend lezen
1. Bepaal het onderwerp van de tekst: lees de titel, bekijk de eventuele afbeelding(en) en lees de eerste alinea(’s).
2. Vraag je af:
Wat weet ik al van dit onderwerp?
Wat zou er over dit onderwerp in de tekst staan?

Slide 6 - Slide

Stap 2: Globaal lezen
Om alvast een idee van de inhoud te krijgen, lees je de tekst globaal. Doe daarbij het volgende:
3. Stel vast uit welke alinea(’s) de inleiding en het slot bestaan. Zet strepen tussen inleiding, middenstuk en slot.
4. Probeer in het middenstuk deelonderwerpen te onderscheiden: lees van elke alinea het begin en het eind en ga op zoek naar kernzinnen. Zet een streep tussen alinea’s die elk bij een ander deelonderwerp horen.

Slide 7 - Slide

Stap 3: Precies lezen
Lees de tekst aandachtig van het begin tot het eind. Doe daarbij het volgende:
5. Ga na of je eerdere verwachtingen over de tekst worden bevestigd.
6. Noteer (in de kantlijn) de betekenis van woorden die je niet kent: gebruik de woordraadstrategieën en zo nodig een woordenboek.
7. Markeer van elke alinea de kernzin of de woorden die samen de belangrijkste informatie bevatten.

Slide 8 - Slide

8. Markeer de signaalwoorden die verbanden tussen alinea’s aangeven.
9. Noteer (in de kantlijn) de deelonderwerpen: formuleer ze als een informerend kopje of als een vraag die in het betreffende tekstgedeelte wordt beantwoord.
10. Markeer de signaalwoorden die een verband tussen of binnen zinnen aangeven.
11. Markeer de hoofdgedachte van de tekst of noteer die in eigen woorden.
12. Noteer het (belangrijkste) tekstdoel.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Even checken. Wie vertelt mij nog even wat we zojuist hebben gehoord?


Geen vingers, ik geef de beurt aan ..............................................

Slide 11 - Slide

Aan de slag

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Maken:

§6 Lezen  blz. 41

Opdracht 1 samen op fluistertoon
opdracht 2 individueel 
opdracht 3 en 4 individueel online



Opdr. 1+2 in je eigen schrift



Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide