BS 5.2 Populaties

Thema 5 Ecologie




Basisstof 2
Populaties
1 / 30
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 30 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Thema 5 Ecologie




Basisstof 2
Populaties

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt binnen een ecosysteem vormen van concurrentie en van cooperatie onderscheiden
  • Je kunt de dynamiek en het evenwicht in een ecosysteem beschrijven.



Slide 2 - Slide

Definitie populatie
  • Een verzameling individuen van één soort in een bepaald gebied die met elkaar kunnen voortplanten

  • Relaties tussen soortgenoten gaan altijd om voedsel en/of voortplanting. Hierbij kan samengewerkt worden (coöperatie) of zijn de individuen concurrenten

  • Een territorium is zorgen voor een gebied met voedsel en plek om voort te planten.

Slide 3 - Slide

Relaties
  • Concurrentie
  • Coöperatie
  • Symbiose
    - Mutualisme +/+
    - Commensalisme +/0
    - Parasitisme +/-

Slide 4 - Slide

Concurrentie
Competitie, strijd
Bij sterke concurrentie grote selectiedruk. De best aangepaste aan het milieu hebben dus grootste overlevingskans.

Gevolg: kleinere genetische variatie 
Voorbeeld: jachtluipaarden in Afrika

Slide 5 - Slide

Coöperatie (binnen de soort)

Bescherming
Verdediging
Paarvorming
Voedsel

Slide 6 - Slide

Symbiose
Symbiose = langdurig samenleven van individuen van verschillende soorten

Slide 7 - Slide

Parasitisme

Slide 8 - Slide

Commensalisme: Boomalg

Slide 9 - Slide

commensalisme
Een organisme heeft voordeel en het andere organisme heeft geen voordeel en geen nadeel dit noem je commensalisme

Slide 10 - Slide

Mutualisme is een vorm van symbiose, waarbij allebei de soorten voordeel hebben van de relatie. Een win win situatie dus.
Voorbeelden van mutualisme

Slide 11 - Slide

Mutualisme: Korstmos

Slide 12 - Slide

0

Slide 13 - Video

Symbiose
  • Mutualisme: + / +
  • Commensalisme: + / 0
  • Parasitisme: - / +

    Geen symbiose:
  • Competitie - / -
  • Predatie - / +

Slide 14 - Slide

Veranderingen in populatiedichtheid
Vaak ontstaat er een biologisch evenwicht als de populatiedichtheid om een bepaalde waarde blijft schommelen. Dit is een vorm van zelfregulatie binnen een ecosysteem. 

Slide 15 - Slide

Dynamische populatiedichtheid
Factoren die populatiedichtheid beïnvloeden
Dichtheidsafhankelijke factoren leiden tot zelfregulatie in een ecosysteem

Slide 16 - Slide

Veranderingen in populatiedichtheid
Dichtheidsonafhankelijke factoren zijn bijvoorbeeld een strenge vorst of een bosbrand.

Het is natuurlijk ook mogelijk dat een gunstig klimaat zorgt voor een enorme toename van individuen binnen de populatie

Bijensterfte ten gevolge van strenge vorst
Sprinkhanenplaag door gunstige omstandigheden

Slide 17 - Slide

Populatiegrootte
Dichtheidsafhankelijke en dichtheidsonafhankelijke factoren beïnvloeden geboortecijfer, sterftecijfer en migratie binnen populatie

Slide 18 - Slide

Veranderingen populatiedichtheid
Worden geanalyseerd door de bepaling van 4 grootheden:
- Geboortecijfer (aantal geboorten per jaar per 1000 individuen)
- Sterftecijfer (aantal sterfgevallen per jaar per 1000 individuen)
- Emigratie
- Immigratie

Slide 19 - Slide

Bepalen populatiegrootte
De grootte van een populatie wordt weergegeven als populatiedichtheid (= het gemiddelde aantal individuen per oppervlakte-eenheid of volume-eenheid)

Manieren om de populatiegrootte te bepalen:
  • kwadrantmethode
  • merken en terugvangen

Slide 20 - Slide

Kwadrantmethode

Slide 21 - Slide

Draagkracht van een ecosysteem =

De maximale populatiegrootte die over een langere tijd in dat ecosysteem kunnen worden gehandhaafd.

Slide 22 - Slide

relatie populatiegrootte - draagkracht
  • populatiegrootte boven draagkracht (bv. voedsel) leidt tot hoger sterftecijfer (onder kwetsbare dieren) óf lager geboortecijfer (vb. van zelfregulatie)

Slide 23 - Slide

Exponentiele groei
Geen beperkende factoren
Vaak verrassend
Geeft J-curve
bv:
Epidemie (ebola, corona)
Invasieve exoten



Slide 24 - Slide

Je krijgt een J-curve bij exponentiële groei en een S-curve bij een begrensde groei.

Slide 25 - Slide

Populatiegroei J-curve
Overschrijding van de draagkracht en herstel

De dikke rode lijn is de exponetiële groei

Lijn 1: Herstel tot de aanvankelijke draagkracht
van het ecosysteem (bron is snel aangevuld)

Lijn 2: Herstel naar een nieuwe, lagere
draagkracht (de bron is deels uitgeput).

Lijn 3: Geen herstel, bron is op

Slide 26 - Slide

fasen
  1. Exponentiele groei (J-curve)
  2. Stabilisatie (S-curve)
  3. biologisch evenwicht

In welke fase zit de menselijke populatie?

Slide 27 - Slide

Populatiegroei
  • J-curve: exponentiële groei, invasieve exoten met onbeperkte hulpbronnen
  • Draagkracht
  • s-curve: schommelingen rond biologisch evenwicht

Deze grafieken moet je kunnen uitleggen: wat gebeurt er?

Slide 28 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt binnen een ecosysteem vormen van concurrentie en van cooperatie onderscheiden
  • Je kunt de dynamiek en het evenwicht in een ecosysteem beschrijven.



Slide 29 - Slide

Aan de slag
Maken opdr. 18-31
begrippenlijst maken


Slide 30 - Slide