Mogelijke problemen bij hoogbegaafde kinderen en
kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong
Kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong hebben niet per definitie
problemen!
De leer- en persoonlijkheidseigenschappen kunnen tevens een valkuil zijn
voor de leerling!
Discrepantie tussen cognitieve en sociaal- emotionele
ontwikkeling.
Het kind begrijpt meer dan het emotioneel kan bevatten. Het zien van
bijvoorbeeld het journaal kan grote zorgen en angsten opleveren.
De kans op emotionele overvraging
Doordat het kind zo wijs over komt bestaat de kans op emotionele
overvraging. Er worden hoge eisen aan het kind gesteld, terwijl het juist
door de hoge intelligentie teveel van anderen verschillen om in het
dagelijks leven die vaardigheden te leren.
De consequenties kunnen zijn: gevoelens van onmacht, onzekerheid,
onkunde, terugval naar zeer kinderlijk gedrag, slaapproblemen.
Sociale isolatie
Deze kinderen kunnen moeilijk aansluiting vinden bij leeftijdsgenootjes
door andere interesses en cognitieve mogelijkheden. Hoogbegaafde
kinderen hebben een grotere kans om innerlijke conflicten te ontwikkelen,
omdat zij meer dan anderen in staat zijn de discrepantie te zien tussen
‘wat is’ en ‘hoe het hoort te zijn’. De consequenties kunnen zijn: een
uitzonderingspositie, zondebok en pestgedrag.
Negatief zelfbeeld.
Kinderen kunnen zich bewust zijn van hun anders zijn. Dit kan leiden tot
negatief denken over zichzelf, zich buitengesloten voelen. Het is nodig dat
de omgeving hen ruimte geeft voor het anders zijn. Gevolgen kunnen zijn:
afwijkend leergedrag om niet op te vallen, stress, extreme
spanningsontlading, concentratieproblemen, tegenzin en afkeer van
leertaken.
Demotivatie/ onderpresteren.
Dit kind heeft de drang om nieuwe dingen te onderzoeken en nieuwe
uitdagingen aan te gaan. Het wordt echter gedemotiveerd omdat ze die
niet aangeboden krijgt. Onderpresteren is langdurig minder presteren dan
op grond van iemands capaciteiten verwacht zou mogen worden. Is dat
niet het geval dan is het zaak om te kijken waarom deze resultaten
uitblijven. Eventuele leerstoornissen, sociaal emotionele problemen of
fysieke oorzaken moeten dan eerst uitgesloten worden. Is op dat gebied
niets aan de hand, dan spreekt men van onderpresteren.