EPITHEELWEEFSEL

EPITHEELWEEFSEL
1 / 36
next
Slide 1: Slide
anatomie en fysiologieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 36 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

EPITHEELWEEFSEL

Slide 1 - Slide

LESDOELEN
  • Bestuderen soorten weefsels

  • Bestuderen van het epitheelweefsel naar -vorm, -aantal lagen en -functie

Slide 2 - Slide

LESINHOUD
  • Soorten weefsels
  • Indeling weefsels 
  • Indeling epitheelweefsel
  • Vormen epitheelweefsel
  • Lagen epitheelweefsel
  • Plaatsen epitheelweefsel
  • Functie epitheelweefsel

Slide 3 - Slide

WEEFSEL
  • Een weefsel is een groep dezelfde cellen

  • Een orgaan = een groep weefsels

  • Een orgaanstelsel = groep organen 

Slide 4 - Slide

SOORTEN WEEFSELS

  • Weefsels die bepalend zijn voor de functie van organen

  • Weefsels die zorgen voor verbinding en steun 

Slide 5 - Slide

INDELING WEEFSELS
  • Epitheelweefsel

  • Zenuwweefsel

  • Spierweefsel

  • Steunweefsel 

Slide 6 - Slide

EPITHEELWEEFSEL
  • Opgebouwd uit epitheelcellen

  • Cellen liggen dicht tegen elkaar (weinig/geen tussenstof)

  • Bedekt alle inwendige en uitwendige oppervlakken van het lichaam 

Slide 7 - Slide

INDELING EPITHEELWEEFSEL
  • Naar vorm

  • Naar aantal lagen

  • Naar functie 

Slide 8 - Slide

INDELING NAAR VORM
  • Platte vorm = plaveiselepitheel
  • Vierkante vorm = kubisch epitheel
  • Ronde/cilindervormige vorm = cylindrisch epitheel
  • Trilhaarepitheel

Slide 9 - Slide

TRILHAAREPITHEEL
Trilharen zitten tussen de cilindervormige cellen ingeplant




Slide 10 - Slide

INDELING NAAR AANTAL LAGEN
  • 1-lagig

  • Meerlagig 

Slide 11 - Slide

PLAATSEN 1-LAGIG CYLINDRISCH EPITHEEL
  • Basaalcellenlaag opperhuid

Slide 12 - Slide

PLAATSEN 1-LAGIG KUBISCH EPITHEEL
  • Eierstokken

Slide 13 - Slide

PLAATSEN 1-LAGIG PLAVEISELEPITHEEL = ENDOTHEEL
  • Binnenkant bloed- en lymfevaten
  • Hart
  • Wand van de kleinste luchtpijptakjes en longblaasjes

Slide 14 - Slide

PLAATSEN MEERLAGIG PLAVEISELEPITHEEL


  • Opperhuid = epidermis

Slide 15 - Slide

1-LAGIG TRILHAAREPITHEEL
  • Eileiders

  • Oor (buis van Eustachius)

  • Slijmvliezen luchtwegen 

Slide 16 - Slide

PLAATSEN MEERLAGIG KUBISCH EPITHEEL
Opperhuid

Slide 17 - Slide

INDELING NAAR FUNCTIE
  • Bedekkend/beschermend epitheel

  • Afscheidend epitheel = klierweefsel 

Slide 18 - Slide

BEDEKKEND/BESCHERMEND EPITHEEL
Beschermt tegen invloeden van buitenaf

Plaatsen:
  • Opperhuid

  • Bij inwendige holle organen

Slide 19 - Slide

AFSCHEIDEND EPITHEEL = KLIERWEEFSEL
  • Eencellige klieren = slijmbekercellen

  • Meercellige klieren 

Slide 20 - Slide

SLIJMBEKERCELLEN
  • Functie: maken van slijm

  • Plaats: tussen de cilindercellen of trilharen

  • Slijmvlies is dus epitheelweefsel 

Slide 21 - Slide

MEERCELLIGE  KLIEREN
Indeling naar:

  • Afscheidingswijze

  • Vorm

  • Functie

Slide 22 - Slide

NAAR AFSCHEIDINGSWIJZE
  • Exocrien = met afvoerbuis

  • Endocrien= zonder afvoerbuis (hormoonklieren)

  • Endo-exocrien = met en zonder afvoerbuis (alvleesklier en geslachtsklieren) 

Slide 23 - Slide

INDELING EXOCRIENE KLIEREN
  • Eccriene klieren (alleen de stof wordt uit/afgescheiden)

  • Apocriene klieren (een deel van de cel wordt met de stof uit/afgescheiden)

  • Holocriene klieren (de hele cel wordt met de stof afgescheiden) 

Slide 24 - Slide

ECCRIENE KLIEREN
  • Kleine zweetklieren

  • Speekselklieren 

Slide 25 - Slide

APOCRIENE KLIEREN
  • Grote zweetklieren

  • Melkklieren 

Slide 26 - Slide

HOLOCRIENE KLIEREN
Talgklieren

Slide 27 - Slide

ENDOCRIENE AFSCHEIDING
Afscheiden van hormonen
door:

  • Hormoonklieren

  • Weefsel = weefselhormonen

Slide 28 - Slide

ENDO-EXOCRIENE AFSCHEIDING
  • Door:

  • Alvleesklier = Pancreas

  • Geslachtsklieren

Slide 29 - Slide

ALVLEESKLIER
  • Endocriene deel: afscheiden van hormonen 

  • Exocriene deel: afscheiden van spijsverteringsenzymen

Slide 30 - Slide

GESLACHTSKLIEREN
  • Vrouw: eierstokken = ovaria
  • Man: zaadballen = testis

  • Endocriene deel: afscheiden van hormonen
  • Exocriene deel: afscheiden van eicellen en zaadcellen

Slide 31 - Slide

INDELING NAAR VORM
  • Buisvormig (zweetklieren)
  • Trosvormig (talgklieren en melkklieren)
  • Gemengde klieren (oorspeekselklier) 

Slide 32 - Slide

INDELING NAAR FUNCTIE
  • Secretie = nuttige afscheiding

  • Incretie = interne secretie = interne nuttige afscheiding 

  • Excretie = uitscheiding van afvalstoffen 

Slide 33 - Slide

SECRETEN = NUTTIGE STOFFEN
  • Speeksel

  • Talg

  • Melk 

Slide 34 - Slide

INCRETEN
Hormonen

Slide 35 - Slide

EXCRETEN = AFVALSTOFFEN
  • Zweet

  • Koolzuurgas = kool(stof)dioxide

  • Urine 

Slide 36 - Slide