Je kunt van een gewone zin altijd een vraagzin maken. Je moet dan het onderwerp achter de persoonsvorm zetten. Je begint de zin met de persoonsvorm. Achter de vraagzin zet je een vraagteken. ?Voorbeeld: Ik loop naar huis.-> Loop ik naar huis?
Kyra springt op de tafel. -> Springt Kyra op de tafel?