3-4 Grafieken tekenen

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Hoe teken je een grafiek?

1. Maak een tabel. Meestal heb je deze al.
2. Zet de horizontale lijn neer. Deze lijn maak je met gelijkmatige stappen en hij mag maximaal 10 hokjes groot zijn. En nummer de as.
3. Zet de verticale lijn op papier. Ook voor deze lijn geldt maak gelijkmatige stappen en hij mag niet groter zijn dan 10 hokjes. Kijk dus ook of er een zaagtand nodig is. Nummer nu ook deze as.
4. Zet de betekenis van de assen erbij.
5. Zet de punten in de grafiek en verbind deze.

Maak een tabel. Meestal heb je deze al.

Zet de horizontale lijn neer. Deze lijn maak je met gelijkmatige stappen en hij mag maximaal 10 hokjes groot zijn. En nummer de as.

Zet de verticale lijn op papier. Ook voor deze lijn geldt maak gelijkmatige stappen en hij mag niet groter zijn dan 10 hokjes. Kijk ook of er een zaagtand nodig is. Nummer nu ook deze as.

Zet de betekenis van de assen erbij.

Zet de punten in de grafiek.

Verbind de punten.

Wanneer gebruik je een zaagtand?

1. als je de y-as niet wilt beginnen met 0
2. als je de x-as niet wilt beginnen met 0
3. als je in de eerste hokjes anders niets hebt staan
4. je gebruikt altijd een zaagtand

De bovenste rij van een tabel
staat op de .... in een grafiek

1. horizontale as
2. verticale as
3. geen as
4. één van beide assen

De onderste rij van een tabel
staat op de .... in een grafiek

1. horizontale as
2. verticale as
3. geen as
4. één van beide assen

Bedenk welke stapgrootte je bij 

de verticale as zou nemen?

Mijn stapgrootte op de
verticale as zou zijn ...