Taalbeschouwing

Wk 5&6 HB 1 Mens & taal (p. 10-13) 
Taalbeschouwing P3
Wat is taalbeschouwing?

'Taal is een rijk instrument die wij als mensen tot onze beschikking hebben waarmee de wereld om ons heen kunnen beschrijven, maar ook onze eigen gevoelens, gedachten en iedere denkbare fantasie.'

‘Taalbeschouwing is reflectie over het gebruik van taal.’

‘Taalbeschouwing is het nadenken over vorm en betekenis van taal’


1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Wk 5&6 HB 1 Mens & taal (p. 10-13) 
Taalbeschouwing P3
Wat is taalbeschouwing?

'Taal is een rijk instrument die wij als mensen tot onze beschikking hebben waarmee de wereld om ons heen kunnen beschrijven, maar ook onze eigen gevoelens, gedachten en iedere denkbare fantasie.'

‘Taalbeschouwing is reflectie over het gebruik van taal.’

‘Taalbeschouwing is het nadenken over vorm en betekenis van taal’


Slide 1 - Diapositive

Wat versta jij onder taalbeschouwing?

Slide 2 - Carte mentale

Doel en opzet van taalbeschouwing
Doel van het onderwerp taalbeschouwing is meerledig, wat ga je leren?
- Je wordt je bewust van de mogelijkheden en de functie van taal.
- Je leert spelen met taal en ontdekt dat taal ook een leuke kant heeft.
- Je leert wat jouw idiolect is.
- Je leert en ervaart dat taal leeft.
- Je krijgt een beeld van wat de vervolgstudie Nederlands te bieden heeft.

Opzet van de periode is als volgt:
- Je maakt kennis met het begrip taalbeschouwing = algemene introductie.
- Enkele fenomenen worden eruit gelicht = 1 onderwerp per week zoals taalvariatie, taalverandering, etymologie, framing, sociolect en idiolect.
- Je kiest één onderwerp dat jou aanspreekt en doet daarover een onderzoekje dat qua tijd binnen de lessen uitgevoerd kan worden. Dit doe je in week 12 en 13  (1 à 1,5 week) voor de toetsweek
- Je maakt een toets in de toetsweek over de theorie én de uitkomst van jouw onderzoek.


Slide 3 - Diapositive

Wk 5-6 Taalvariatie
Etnische taalvariatie -> mensen met een migratieachtergrond, Nederlands is niet hun moedertaal, maar tweedetaal (moeite met lidwoorden: de huis, de meisje)
Sociale taalvariatie -> sociolect (Gooise 'r)
Situationele taalvariatie -> formeel <-> informeel - spreektaal <-> schrijftaal, chattaal <-> standaardtaal 
Geografische taalvariatie -> dialecten

Slide 4 - Diapositive

Pak je werkboek en een pen
Na deze les...
- ken je het verschil tussen taalgevoel, taalwerkelijkheid en taalnorm
- kun je een bijzonder taalfenomeen onderzoeken a.d.h.v. de 3 T's
- ken je het verschil tussen prescriptief en descriptief
- heb je ervaren dat taal per gebruiker kan variëren

Nog even terug:
- Wat is taalvariatie?


Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Slide 7 - Diapositive

Taalvariatie: De drie T's


Maak notities in je schrift

- Taalgevoel: wat vind ik zelf van deze vorm?
- Taalwerkelijkheid: wat doen andere sprekers?
- Taalnorm: wat zijn de regels?

Slide 8 - Diapositive

Maak een korte zin met het woord 'haten' of 'haat'

Slide 9 - Question ouverte

Welke zin is volgens jouw taalgevoel fout?
Ik haat toetsweken
Ik heb haat aan toetsweken
Ik heb haat op toetsweken

Slide 10 - Sondage

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Maak met je groepje een keuze uit onderstaande taalvarianten en onderzoek het m.b.v. de drie T's (taalgevoel, taalwerkelijkheid, taalnorm) 
1. Ik zit hier voor saus.
2. Gaan we vanmiddag een koffietje doen?
3. Wil jij je rooster even nachecken?
4. Wat een skere gast is dat!
5. Eigen voorstel?

Bespreek met elkaar en zet je/jullie bevindingen op papier.
  • Taalgevoel: Vul op het papier allemaal jullie individuele taalgevoel in (wijkt het af, vind je het normaal taalgebruik?)
  • Taalwerkelijkheid: Zoek op je favoriete social media platform (TikTok, Snapchat, Insta) of je het daarop tegenkomt. Kijk ook op Internet of het in (kranten-)artikelen voorkomt.
  • Taalnorm: zoek het woord/de uitdrukking op in een woordenboek (Dikke van Dale), maar ook op Woordenboek van Populair Taalgebruik - Ensie
  • Bespreek in hoeverre deze taalvarianten overeenkomen met de 'standaard' taalnorm die jullie op school leren.
  • Na 10 minuten vertelt jouw groepje aan de klas in één minuut wat het resultaat is van jullie onderzoek.
timer
10:00

Slide 22 - Diapositive

Geef antwoord op de volgende vragen:
1. Wat heb je geleerd van jullie onderzoek: over de invloed van sociale media op taalvarianten en hoe verhoudt dat zich tot jouw taalgevoel en de taalnorm?
2. Wat vond je lastig te begrijpen of waar wil je nog meer uitleg over?

Slide 23 - Question ouverte

En wat zegt ChatGPT?

Slide 24 - Diapositive

Wk 7&9 HB 9 Framing (p.42-45)
Taal doet ertoe. Hoe je iets noemt heeft namelijk invloed op de publieke meningsvorming. Taal is daarmee een wapen in de politieke strijd. Als politici een vraagstuk benoemen, denken ze daar in het algemeen over na. De manier waarop ze hun taal kleuren noemen we framing.

Slide 25 - Diapositive

Framing: Seintjes en signalen 

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Wat is volgens jou 'framing'?

Slide 30 - Question ouverte

Opdracht voor de volgende les Nederlands

Les 2: Meenemen een nieuwsbericht of artikel OP PAPIER dat volgens jou flink gekleurd is door framing

Les 3: Leesclub -> je hebt de helft van je boek gelezen 
                                 -> neem twee vragen/opmerkingen mee om met je leesclub te bespreken

Slide 31 - Diapositive

Wk 10 - HB 7 Sociale taalverschillen (p.34-37)
Sociolect en idiolect
Je leert wat een sociolect is
Je leert wat een idiolect is
Je leert wat een etnolect is

Slide 32 - Diapositive

Welke synoniemen ken je voor het woord stelen?

Slide 33 - Carte mentale

Slide 34 - Vidéo

Vertaal de tekst naar ABN

Slide 35 - Diapositive

Van straattaal naar ABN

Slide 36 - Diapositive

Afko's

Slide 37 - Diapositive

Wk 12-13 Onderzoek
Onderzoekje naar één onderwerp. Maak een keuze uit de volgende mogelijkheden:

 

Etymologie -> Kies een woord en zoek de geschiedenis uit.
Taalvariatie -> Onderzoek een bijzonder taalfenomeen a.d.h.v. de drie T's
Sociolect/idiolect -> Ontdek je eigen talige visitekaartje
- Havo par. 7 opdr. 13 (p.21)
- Vwo par. 7 opdr. 10 (p.21) of par. 3 opdr. 18 (p.41)
Framing
- Schrijf twee frames (keuze uit issue framing, risky choice framing en framing
in vragen.
Of -> Voorspel hoe onze taal over dertig jaar is.
Of -> Kom zelf met een voorstel


Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive