ZG2A/2B dinsdag 16 maart paragraaf 8.4 (2e helft)

• Economie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 2

Welkom

Pak je boek en een pen.

Heel fijn dat je er weer bent

Vandaag

- lesdoelen van vorige week

- bespreken van vraag 4 en 5 bladzijde 116 en 117

- zelfstandig werken aan bladzijde 118 en 119

Lesdoelen vorige week

- Wat is internationale arbeidsverdeling?

- Fair Trade

Vraag 4 bladzijde 116

Het transport van chocoladerepen uit Ivoorkust naar Nederland kost 13% van de importprijs van € 0,50 per stuk. De invoerrechten van de Europese Unie zijn 27% van de importprijs.

Hoe duur zijn de repen uit Ivoorkust geworden als ze in Nederland zijn?

Antwoord vraag 4

13% + 27% = 40% duurder;

€ 0,50 : 100 × 40 = 0,20

0,50 + 0,20 = € 0,70 per stuk

Een percentage uitrekenen: 

Getal : 100 x percentage

Antwoord vraag 4

13% + 27% = 40% duurder;

€ 0,50 : 100 × 40 = 0,20

0,50 + 0,20 = € 0,70 per stuk

Een percentage uitrekenen: 

Getal : 100 x percentage

Dit heb je opgeschreven toch?

Vraag 5 bladzijde 117

De marktprijs voor cacaobonen in Ivoorkust is € 2,07 per kilogram. Als cacaoboeren voldoen aan de voorwaarden van het fairtradekeurmerk (afb. 31) krijgen ze een hogere prijs dan die marktprijs: € 2,27 per kilo.

a)  Een cacaoboer oogst 5.000 kilogram cacaobonen. Hoeveel meer brengt de oogst op met het fairtradekeurmerk?

Antwoord vraag 5a)

(€ 2,27 − € 2,07) × 5.000 = € 1.000

Uitleg bij het antwoord.

Hij kreeg eerst 2,07, maar nu 2,27. Het verschil is 0,20.

Dit verschil vermenigvuldig je met 5.000, omdat dit het aantal is wat hij heeft verkocht. 

Vraag 5b) bladzijde 117

Waarom betalen consumenten een hogere prijs voor producten met het fairtradekeurmerk (afb. 31)?

Antwoord op vraag 5b)

Omdat de boeren dan een beter bestaan hebben.

Zelfstandig aan het werk

Maken bladzijde 118 en 119, dit is huiswerk voor de volgende les.