herhaling hoofdstuk 4

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Wat gaan we doen vandaag?

-Samen oefenen met namen van atomen en stoffen en reactievergelijkingen kloppend maken.

EN

-Zelf aan de slag met reactievergelijkingen kloppend maken

Welke elementen ken jij met naam en bijbehorende formule?

Van welke stoffen ken jij de naam en bijbehorende formule?

Hoeveel verschillende atoomsoorten bevat
dit molecuul?

SO3

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Hoeveel moleculen zuurstof staan er vóór de reactie?

1. 0
2. 1
3. 2
4. 3

Welk getal is de coëfficiënt van
deze molecuulformule?

4 SO3

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Hoeveel atomen bevat
1 molecuul?

SO3

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Reacties opschrijven

Reactieschema: in woorden

methaan +  2 zuurstof --> 2 water + koolstofdioxide

Reactievergelijking: in formules

CH₄ (g) + 2 O₂(g) --> 2 H₂O (l) + CO_{2 (g)}

Kloppende reactievergelijking als elke atoomsoort voor de pijl even vaak voorkomt als na de pijl.

Kloppend maken

1. beschrijving

2. reactieschema in woorden

3. omzetten naar molecuulformules

4. kloppend maken

5. controle en vereenvoudigen

In een reactievergelijking geef je aan hoeveel moleculen van de beginstoffen reageren en hoeveel reactieproducten er ontstaan.

Coefficitent

Index

P4 + H2 -> PH3
Wanneer klopt bovenstaande reactie ?

1. P4 + 3H2 -> 2PH3
2. P4 + H2 -> PH3
3. P4 + 6H2 -> 4PH3
4. 2P4 + 4H2 -> 8PH3

Maak de reactie kloppend
CS2 +O2 -> CO2 + SO2

Maak de reactie kloppend.
C2H6 + O2 -> CO2 + H2O

Niet ontleedbare stoffen

• als de stoffen uit 1 atoom bestaan zoals de metalen en niet metalen 
• de 7 elementen die uit 2 dezelfde atomen bestaan

1. Neem de volgende reactievergelijkingen over en maak ze kloppend. 

2. Op de volgende slide moet je een foto maken ter bewijs.

Vind je het lastig kijk dan de uitleg filmpjes van opdracht 1 en 2.

De antwoorden krijg je op een later moment.

Noteer de getallen en de bijbehorende namen van het voorvoegsel. Bijvoorbeeld 1=mono

Molecuulformules en naamgeving

Regels voor systematische naamgeving:

1. Tweede atoomsoort eindigt op -ide (tabel 12 toont wat uitzonderingen).

2. Eerste atoomsoort behoudt de eigen naam.

3. Per atoomsoort geeft je de aantallen weer met een Grieks telwoord (mono bij eerste atoom hoeft niet!).

VB CO: monokoolstofmono-oxide = koolstofmono-oxide

Van naam naar formule

1. noteer de naam
2. zet daaronder de  symbolen
3. vertaal de Griekse telwoorden naar de index 
4. als er geen telwoord bij het eerste element staat dan betekent dat dat er 1 van is                        

Doelen

Je kunt van een naam een molecuulformule maken en andersom. 

Je weet wat een index en coëfficiënt is en dit toepassen bij het kloppend maken van reactievergelijkingen.

difosforpentaoxide

1.         P   O
2.         P2O5

Van formule naar naam

1. Noteer de formule
2. Noteer de namen van de elementen
3. Vertaal de indexen naar de Griekse telwoorden         (de telwoorden komen vóór de namen)
4. Is er van het eerste element maar 1 exemplaar dan laten we 'mono' weg

Wat is de molecuulformule van zwaveldioxide?

Is diwaterstofmonooxide giftig?

Wat is de formule van difosforpentaoxide?

Wat is de naam van H2S

distikstofmono-oxide

1.      N    O
2.      N2O1 
3.      Maar de 1 schrijven we nooit, dus N2O

Waar staat het Griekse telwoord penta voor?

1. 3
2. 4
3. 5
4. 6

Geef de molecuulformule van
deze stof

distikstofmonosulfide