2024-04-11 B1J Latijn

• Latijn
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Leerdoelen

• Ik weet of ik al goed voorbereid ben op de toets en wat ik nog (extra) goed moet leren.
  

Weektaak

• leren: W les 1
• leren: gr. 1.1 en 1.2 (HB 64 + 66)

Morgen: toets Latijn!

Pak ook je laptop!

NAAMWOORD

• nominativus (2x)
  
• feminam
• verbuigen
• rijtje servus?
  
• naamval
• servi
• getal
• naamw. deel: welke nv?
• servos
• accusativus (2x)

• feminas
• servum
• lijd. vw.: welke nv?
• feminae
• rijtje femina
• ond.: welke nv?
• servus
  

WERKWOORD

• 3e p. mv. van esse

• uitgang 3e p. ev.
• de infinitivus bij 'est'

• re
  

• est
• -nt
• vocat
• sunt
• 3e p. ev. van esse
• vocare
  
• uitgang 3e p. mv.
• vocant
•  esse
• uitgang infinitivus
• -t
  

I. [3 pt.]

Je moet op grond van de uitgang kunnen bepalen wat voor soort woord een Latijns woord is (werkwoord / znw / rest).

Is het volgende woord een werkwoord, een zelfstandig naamwoord of geen van beide (= rest)?
echidnam

1. werkwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. rest

Is het volgende woord een werkwoord, een zelfstandig naamwoord of geen van beide (= rest)?
hinnire

1. werkwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. rest

Is het volgende woord een werkwoord, een zelfstandig naamwoord of geen van beide (= rest)?
fabri

1. werkwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. rest

Is het volgende woord een werkwoord, een zelfstandig naamwoord of geen van beide (= rest)?
autem

1. werkwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. rest

Is het volgende woord een werkwoord, een zelfstandig naamwoord of geen van beide (= rest)?
scribunt

1. werkwoord
2. zelfstandig naamwoord
3. rest

I. [4 pt.]

Je moet een paar theorievragen over de grammatica beantwoorden.

Noteer twee functies van de accusativus.

Noteer de uitgang van de infinitivus in het Latijn.

Noteer naamval en getal van
oculi

III. [4] 

Noteer het hele rijtje van....

Je moet de verbuiging van twee Latijnse woorden noteren.

Noteer het hele rijtje van
gladius (zwaard)

Noteer het hele rijtje van
regina (koningin)

IV. [6] 

Wie ziet wie?
amicus = vriend / amica = vriendin
Je krijgt drie zinnetjes te vertalen.

Vertaal:
Amicae amicum vident.

amicus = vriend

amica = vriendin

Vertaal:
Amici amicam vident.

amicus = vriend

amica = vriendin

Vertaal:
Amicas amicus videt.

amicus = vriend

amica = vriendin

V.    [4] 

Lees onderstaande tekst en beantwoord de vragen eronder. Je hoeft deze tekst NIET te vertalen!

Je krijgt inhoudelijke en grammaticale vragen over een gedeelte van Tekst 1 (Flumen).
Bijvoorbeeld:
•    Noteer naamval (nom/acc) en getal (ev/mv) van ….
•    Noteer de naam van de persoon die wordt aangeduid met …. in regel …

VI.    [13] 

Vertaal het volgende tekstje in correct Nederlands.
Je krijgt een Latijns tekstje te vertalen. De basiswoorden (vetgedrukt) van les 1 worden bekend verondersteld. Andere woorden worden opgegeven.

Vertaal:

Deae ad montem veniunt, ubi Paris oves pascit.

[dea = godin; mons, montes = berg; Paris = Paris; ovis, oves = schaap; pascere = hoeden]

Vertaal:

Forma dearum pastorem delectat.

[forma = schoonheid; dearum = van de godinnen; pastor, pastores = herder; delectare = in de smaak vallen bij

Vertaal:


Mercurius pastorem deam pulcherrimam optare cogit.

pastor, pastores = herder; dea = godin; pulcherrimam = mooiste; optare = kiezen; cogere = dwingen

VII. [6] 

Cultuur
Je krijgt een aantal vragen over de cultuurpagina’s (blz 20-21-22).

Hoe heette het grote plein in Rome?

Woordjes.

De woordjes worden niet los overhoord, maar je moet ze natuurlijk wel kennen, anders kun je geen tekst vertalen.

Noteer de betekenis van
1. puer (mv.?) 2. flumen (mv.?) 3. arbor (mv?)

Noteer de betekenis van
1. iacēre 2. iubēre 3. timēre

Noteer de betekenis van
1. ibi 2. ideo 3. ubi

Noteer de betekenis van
1. ponere 2. tollere 3. portare

Noteer de betekenis van
1. ad (+?)(2) 2. in (+?) 3. inter (+?)(2)

Noteer de betekenis van
1. venire 2. vidēre 3. vocare

Noteer de betekenis van
1. tamen 2. et (2) 3. locus

Noteer de betekenis van
1. audire 2. necare 3. recusare