5/6Opbe opfrissing observeren

• Sociale wetenschappen
• Secundair onderwijs

Observeren - interpreteren - rapporteren 

Welk woord hoort niet thuis in de definitie van observeren

1. waarnemen
2. gericht
3. gedrag
4. objectief

Een ondervraging meevolgen achter spiegelglas

1. open, participerend
2. gesloten, participerend
3. open, niet-participerend
4. gesloten, niet-participerend

Welke observatie is meest objectief en meest nauwkeurig?

1. A belde 3 keer
2. A belde vaak

Welke observatie is meest objectief en meest nauwkeurig?

1. M zei: "ik durf mijn bed niet uit". Hij trilde
2. M durfde zijn bed niet uit. Hij trilde van angst

Welke observatie is meest objectief en meest nauwkeurig?

1. C is erg vergeetachtig
2. C kwam niet op de afspraak bij de kapper

Welke observatie is meest objectief en meest nauwkeurig?

1. Tijdens het eetmoment schreeuwde X.
2. Tijdens het eetmoment was X agressief.

Welke observatie is meest objectief en meest nauwkeurig?

1. D is vandaag moeilijk te motiveren
2. D zegt dat ze geen zin heeft om mee te doen aan de activiteit

Welke observatie is meest objectief en meest nauwkeurig?

1. G is somber
2. G staart voor zich uit en zegt niets

Welke observatie is meest objectief en meest nauwkeurig?

1. L loopt traag door de gang en gaat de kamer van Z binnen
2. L is gedesoriënteerd

Welke observatie is meest objectief en meest nauwkeurig?

1. Ze is klaar
2. Ze trekt haar pamper uit

A. Ze heeft een temperatuur van 39°
B. Ze heeft koorts

1. A en B zijn observaties
2. A en B zijn interpretaties
3. A is een observatie, B is een interpretatie
4. A is een interpretatie B is een observatie

B is kwaad

1. Observatie
2. Interpretatie
3. Mening

Volgens mij is B driftig

1. Observatie
2. Interpretatie
3. Mening

B trekt aan het haar van G

1. Observatie
2. Interpretatie
3. Mening

De eindevaluatie die ik krijg na afloop van mijn stage valt in de categorie van...

1. Waarnemen
2. Observeren
3. Interpreteren
4. Rapporteren

De kinderbegeleider noteert het verloop van de dag van kind Y in het kinddossier.

1. Waarnemen
2. Observeren
3. Interpreteren
4. Rapporteren

Observatiemethode

Identificatiegegevens

Onderzoeksvraag

Observatieplan

Je observatie kan gebeuren met of zonder het medeweten van de geobserveerde persoon. De observator kan deelnemen aan de activiteit of ervoor kiezen dit niet te doen.

Wie, wat, waar, wanneer, waarom, in vragende zin.

Kritisch nadenken om zo je observatie op een kwalitatieve manier te organiseren en uit te voeren.

Fysieke, mentale en familiale gegevens over een te observeren persoon.

Van observeren tot rapporteren

Doel = goede zorg verlenen/zorg afstemmen op zorgvrager.

observeren

interpreteren

registreren

rapporteren

Zorg aanpassen aan zorgvrager

waarnemen met een bepaald doel

De 'reden', de 'betekenis' achterhalen van wat je geobserveerd hebt.

informatie uit observaties (en interpretaties) juist neerschrijven

systematisch overdragen van geobserveerde gegevens naar anderen.

Ik begrijp de leerstof over observeren

😒🙁😐🙂😃

WELK ZIJN DE 11 GEZONDHEIDSPATRONEN VAN MARJORY GORDON?

1. Gezondheidsbeleving en -instandhouding

2. Voeding en stofwisseling

3. Uitscheiding

4. Activiteiten

5. Slaap en rust

6. Waarneming en cognitie

7. Seksualiteit en voortplanting

8. Zelfbeleving

9. Rol en relatie

10. Stressverwerking

11. Waarden en levensovertuiging

WELK ZIJN DE 11 GEZONDHEIDSPATRONEN VAN MARJORY GORDON?

1. Gezondheidsbeleving en -instandhouding

2. Voeding en stofwisseling

3. Uitscheiding

4. Activiteiten

5. Slaap en rust

6. Waarneming en cognitie

7. Seksualiteit en voortplanting

8. Zelfbeleving

9. Rol en relatie

10. Stressverwerking

11. Waarden en levensovertuiging

Gezondheidsbeleving en -instandhouding

Voeding en stofwisseling

Uitscheiding

Activiteiten

Slaap en rust

Cognitie en waarneming

Zelfbeleving

Rollen en relatie

Seksualiteit en voortplanting

Stressverwerking

Waarde en levensovertuiging