Oefenen voor het PW V3 Latijn

• Latijn
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Oefenen voor het PW 

Herhaling grammatica thema 1-5

Naamvallen 

Sleep alle functies en vertalingen naar de naamval waar ze bij horen.

nominativus

genitivus

dativus

accusativus

ablativus

Bijvoeglijke bepaling

Onderwerp

meewerkend voorwerp

lijdend voorwerp

bijwoordelijke bepaling

vertalen met 'van'

vertalen met 'aan/voor' 

vertalen met 'met/door/in'

In welke naamval staat het woord? Sleep naar het juiste vak. Er kunnen meer woorden in 1 vak komen, of juist helemaal geen!

nom.

gen.

dat.

acc.

abl.

servos

templorum

deus

patribus

feminam

Laat de woorden congrueren. 

spectatores

equis

carminibus

mandatum

ferocibus

longis

multi

difficile

Laat de woorden congrueren. 

nomen

noctes

militum

gladios

ingentes

pulchrum

audacium

obscurae

Werkwoorden

Sleep de vormen naar de juiste stam

a-stam

e-stam

i-stam

mk-stam

clamare

amittere

audire

invitare

accendere

regere

tenere

scire

gaudere

Sleep de uitspraken, vormen en vertalingen naar de juiste tijd.

Praesens

Imperfectum

perfectum

Plusquamperfectum

infinitivus op -re

Heeft een imperativus

infinitivus op -isse

ik riep/ik heb geroepen

ik roep

Heeft geen inf. (2 antwoorden!)

ik riep

ik had geroepen

Vocat

vocavit

vocabat

vocaverat

quaerebatis

1. praesens
2. imperfectum
3. perfectum
4. plusquamperfectum

pendent

1. praesens
2. imperfectum
3. perfectum
4. plusquamperfectum

vixerant

1. praesens
2. imperfectum
3. perfectum
4. plusquamperfectum

erat

1. praesens
2. imperfectum
3. perfectum
4. plusquamperfectum

eritis

1. futurum
2. futurum exactum
3. praesens
4. perfectum

terruerit

1. futurum
2. futurum exactum
3. perfectum
4. plusquamperfectum

auditis

1. futurum
2. futurum exactum
3. praesens
4. perfectum

scribis

1. futurum
2. futurum exactum
3. praesens
4. imperfectum

Vertaal: Parentes nocte non dormient, donec tandem filius domum venerit.

Vertaal: Cum dux signum dederit, pugna incipiet.

De  trappen van vergelijking

Welke letter(s) voeg je toe aan de stam om de comparativus te vormen?

1. ior
2. or
3. er
4. e

Welke letter(s) voeg je toe aan de stam 'fort' om de superlativus te vormen?

1. imus
2. errimus
3. issimus
4. illimus

Wat is de superlativus van 'miser'?

1. misimus
2. miserrimus
3. miserissimus
4. miserillimus

De AcI

Een infinitivus praesens in de ACI vertaal je ...

1. altijd als praesens
2. altijd als verleden tijd
3. als praesens of v.t.
4. gelijktijdig met PV

vertaal de ACI
Marcus dicit se venire

vertaal de ACI
Marcus et Iulius dicunt se venire

mater putat me venire

Einde

Veel succes met leren voor het PW!