Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Voedselketen, voedselweb en piramides
Slide 1 - Diapositive
Voedselketen
Begint altijd met een plant
Pijl wijst naar het dier dat eet, of de plaats waarin het eten verdwijnt
Organisme wordt schakel genoemd
Slide 2 - Diapositive
van keten naar web
Meerdere voedselketens vormen samen een voedselweb
De basis van een voedselweb is altijd een plant, oftewel producent.
De eerste die de producent eet is consument van de 1e orde
Iedere pijl daarna gaat naar een hogere orde, bv consument 2e orde, 3e orde enz
Een consument kan in een voedselweb verschillende ordes tegelijk zijn, afhankelijk van de routes vanaf de producent naar de consument
Slide 3 - Diapositive
Voedselweb
Producenten: Alle planten maken/produceren voedsel door fotosynthese
P
Consument 1e orde: Dieren die de producenten opeten/consumeren
C1
Consument 2e orde: Dieren die de consumenten 1e orde opeten.
C2
Consument ? orde
Wat denk jij?
C?
Consument ? orde
Wat denk jij?
C?
Slide 4 - Diapositive
Voedselketen
In een voedselketen is elke soort de voedselbron voor een volgende soort. Een voedselketen begint met een plantensoort, daarna volgt er een pijl naar de tweede schakel: een planteneter. Van de planteneter kan er weer een pijl gaan naar de derde schakel: een vleeseter.
Maak de onderstaande voedselketen compleet door de afbeeldingen van de bosorchis, bladluis en lieveheersbeestje naar de juiste plek in de keten te slepen.
Producent
Consument van de eerste orde: planteneter
Consument van de tweede orde: vleeseter
Slide 5 - Question de remorquage
Omschrijf deze voedselketen: De plantjes worden gegeten door de sprinkhanen, reigers eten kikkers en de kikkers eten de sprinkhanen.
Slide 6 - Question ouverte
Piramides
per schakel van een keten wordt een laag van de piramide getekend
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Piramide van aantallen
met andere woorden: Geeft weer uit hoeveel organismen een schakel in de voedselketen bestaat.
Is niet altijd een piramidevorm
Slide 9 - Diapositive
2 Piramides van aantallen schematisch weergegeven
Slide 10 - Diapositive
2 voorbeelden
Slide 11 - Diapositive
Waar verwacht je een piramide van aantallen die GEEN piramide vorm heeft?
A
Bos
B
Weiland
Slide 12 - Quiz
Piramide van biomassa
Biomassa= het totale gewicht van alle energierijke stoffen in een organisme (koolhydraten / eiwitten / vetten)
Slide 13 - Diapositive
- hoeveel biomassa per
schakel...
- elke schakel is lichter...
Piramide van biomassa
Slide 14 - Diapositive
Elke schakel heeft energieverlies door:
- verbranding( bijvoorbeeld voor: warmhouden, voor beweging, etc.)
-uitscheiding (uitwerpselen)
- afgestorven onderdelen
Slide 15 - Diapositive
Piramide van biomassa
heeft altijd:
een piramidevorm
(Want per schakel gaat er energie verloren)
Slide 16 - Diapositive
piramide van biomassa
de groene balk geeft de piramide van biomassa weer.
Van iedere balk wordt door het volgende niveau een deel gebruikt voor verbranding en een deel gaat onverteerd weg.
Het groene deel blijft dan over als biomassa voor de piramide
Slide 17 - Diapositive
Waarom heeft piramide van biomassa altijd een piramide vorm
A
Er zijn meer predatoren
B
Er zijn altijd meer producenten
C
Er gaat per schakel energie verloren
Slide 18 - Quiz
Voedselpiramide van biomassa
A
Een piramide die laat zien hoeveel aantallen in een gebied leven
B
Een piramide die laat zien hoe stoffen wel of niet van de ene naar andere schakel gaan. Door bijvoorbeeld verbranding, uitscheiding en onverteerbare stoffen
C
Een piramide die laat zien hoe voedsel verdeeld wordt in een gebied
D
Een piramide die laat zien hoe energierijke stoffen van consument naar producent 1e en 2e orde gaan.