23 - W-H. les 1

Wonen en Huishouden

Katern 6: Voeding

Aan het eind van de les kun je: 

• Uitleggen wat gezonde voeding is
• Welke functie voeding heeft 
• Wat de Schijf van Vijf is en welke voedingsstoffen hierin zitten
• Hoe verschillende diëten werken
• Hoe je een menu kiest 
• Hoe je werkt met recepten.

Wat weet jij al over gezonde voeding en gastvrijheid?

Gastvrij en Klantvriendelijk

Als je eten en drinken aan clienten serveert, is het belangrijk dat je gastvtrij en  klantvriendelijk bent. 

Je hebt altijd een dienstverlende houding, wat betekend dit: 

• Je begroet de clienten/ouders/kinderen bij binnenkomst
• Je spreekt hen aan met 'meneer' of 'mevrouw' en 'u' inplaats van 'je'.

Je bent steeds gericht op hun wensen en probeert daar zo veel mogelijk aan tegemoet te komen 

Hoe zie je er representatief uit?

Representatief 

Het is heel belangrijk om er representatief uit te zien, dat wilt zeggen: 

• schoon bent en fris ruikt
• verzorgende nagels hebt
• een verzorgd kapsel hebt
• kleding schoon en heel 
• niet teveel make-up 
• geen kauwgom
• vriendelijk kijkt

Functie van Voeding

Voeding is belangrijk voor ons lichaam. 

Maar daarnaast voeding ook nog andere functies: 

• Sociale functie
• Geestelijke functie 
• Levensbeschouwende functie 

Sociale functie: 

Samen eten in gezelligheid. 

Met voeding kon je ook iets vieren. 

Geestelijke functie: 

Sommige mensen eten en drinken oom emotionele redenen. Bijv. bij verdriet, angst of pijn. 

Levensbeschouwelijke functie: 

Met voeding kun je iets van je godsdienst of levensovertuiging laten zien. 

Gezonde voeding 

Voedingscentrum -> Schijf van Vijf 

Kies elke dag genoeg uit elk vak, en kies steeds iets anders. 

Dan krijg je voldoende vitamines, mineralen, eiwitten, koolhydraten, vetten en vezelfs binnen. 

Opdracht: Menu Samenstellen

Stel in groepjes een menu samen voor een gezonde lunch. Doe dit voor een ouder iemand of een kind. 

Houd hierbij rekening met de 

Schijf van Vijf.

In voedingsmiddelen zitten voedingsstoffen.

Welke voedingstoffen zijn er?

Beschrijf kort de belangrijkste voedingsstoffen en hun functies. Laat de leerlingen voorbeelden bedenken van voedingsmiddelen waar deze voedingsstoffen in zitten.

Bijzondere Voeding / Diëten

Sommige clienten of kinderen hebben een dieet of andere bijzondere voedingswensen. 

Denk hierbij aan: 

• Diabetes belangrijke richtlijnen voor mensen met diabetes zijn:                                                            Eet minder vet, koolhydraten die langzaam in het bleod opgenomen worden, verdeel                     koolhydraten over de dag. 
• Energiebeperkt dieet
• Natriumbeperkt dieet 
• Allergieen 
• Sportvoeding 

Benoem kort de belangrijkste diëten en bijzondere voedingsbehoeften. Bespreek waarom mensen deze diëten volgen en wat de voordelen hiervan kunnen zijn.

Discussie: Diëten

Ga in gesprek met je klasgenoten over diëten. 

• Wat vinden jullie van diëten?
• Zijn ze gezond of juist niet?

Stimuleer een open discussie waarbij de leerlingen hun mening kunnen geven over diëten. Bespreek de voor- en nadelen van diëten en de mogelijke gevolgen voor de gezondheid.

Helpen met het maken van een menukeuze 

Veel instellingen hebben een keuzemenu. Je adviseert de client met het kiezen van een maaltijd, hierbij hou je rekening met wat de client lekker vind, gewoontes, wensen en eventueel een dieet. 

In de kinderopvang eten sommige kinderen ook warm tussen de middag, hierbij hou je ook rekening met de gewoontes, wensen en eventueel een dieet. 

Werken met Recepten / recepten omrekenen 

Een recept bestaat uit stappen, elke stap geeft aan wat je moet doen. 

Het is belangrijk dat je de stappen in de juiste volgorde uitvoert, je kunt de stappen niet door elkaar gooien. 

Vaak zijn recepten voor vier personen. Als je het recept voor meer of minder personen wilt klaarmaken, moet je het omrekenen. 

Laat de leerlingen voorbeelden bedenken van fouten die je kunt maken bij het volgen van een recept. Bespreek hoe je deze fouten kunt voorkomen en waarom nauwkeurigheid zo belangrijk is.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Afsluiting

• Wat vond je van de les?
• Wat heb je geleerd en wat vond je interessant?

Huiswerk

Lezen: Blz. 3 t/m 15

Maken: Opdr. 1 t/m 20

Stimuleer een open gesprek waarbij leerlingen kunnen aangeven wat ze hebben geleerd en wat ze nog willen leren. Bespreek eventuele vragen en onduidelijkheden.