3.3 energierijke stoffen

Startopdracht:
Huiswerk opdrachten nakijken: 3.1 en 3.2

Klaar? Lezen tekst 3.3

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Startopdracht:
Huiswerk opdrachten nakijken: 3.1 en 3.2

Klaar? Lezen tekst 3.3

Slide 1 - Diapositive

3.3 energierijke stoffen

Slide 2 - Diapositive

Wat weet je nog van 3.1?
- Je kunt beschrijven welke biotische en abiotische factoren invloed op organismen hebben.
- Je kunt beschrijven wat een ecosysteem is.

- Je kunt met voorbeelden uitleggen hoe planten zijn aangepast aan hun ecosysteem.

- Je kunt met voorbeelden uitleggen hoe dieren zijn aangepast aan een koude of hete omgeving.
- Je kunt uitleggen hoe het gebit van dieren is aangepast aan hun voedsel.
- Je kunt uitleggen hoe de snavels van vogels zijn aangepast aan hun voedsel en hoe de poten van vogels zijn aangepast aan hun leefwijze.

Slide 3 - Diapositive

Wat weet je nog van 3.2?
Je kunt de organen van planten benoemen en hun functie beschrijven.

Je kunt de weefsels in een blad benoemen en hun bouw en werking beschrijven.

Je kunt beschrijven hoe een plant stoffen opneemt.

Slide 4 - Diapositive

Herhalen
 practicum huidmondje
Tekening maken

Waarom huidmondjes belangrijk voor een plant?

Slide 5 - Diapositive

Gaswisseling
  • Gassen gaan in en uit het blad via de huidmondjes, dit heet gaswisseling.

  • Overdag gaat zuurstof uit het blad en koolstofdioxide naar binnen (via de huidmondjes).

  • 's nachts gaat koolstofdioxide uit het blad en zuurstof naar binnen (via de huidmondjes).

Slide 6 - Diapositive

Leerdoelen 3.3
  • je kunt beschrijven hoe een plant de energierijke stof glucose maakt door fotosynthese
  • je kunt beschrijven hoe een plant energie vrijmaakt uit glucose door verbranding
  • je kunt uitleggen welke gassen er overdag en 's nachts een blad en en uitgaan
  • je kunt beschrijven waarvoor planten glucose gebruiken
  • je kunt de delen van een plant noemen die mensen als voedsel gebruiken
  • je kunt 3 soorten korrels beschrijven die in plantencellen voorkomen

Slide 7 - Diapositive

3.3 energierijke stoffen les 1
  • je kunt beschrijven hoe een plant de energierijke stof glucose maakt door fotosynthese
  • je kunt beschrijven hoe een plant energie vrijmaakt uit glucose door verbranding
  • je kunt uitleggen welke gassen er overdag en 's nachts een blad en en uitgaan
  • je kunt beschrijven waarvoor planten glucose gebruiken

Slide 8 - Diapositive

Fotosynthese
  • Fotosynthese is het proces waarbij de plant glucose maakt.

  • Nodig: Zonlicht, water en koolstofdioxide.
  • Maakt: Glucose en zuurstof.

  • Glucose bevat energie en is dus een energierijke stof.

Slide 9 - Diapositive

 practicum huidmondje
Tekening maken

Waarom huidmondjes belangrijk voor een plant?

Slide 10 - Diapositive

Voorbeeld van een tekening

Slide 11 - Diapositive

Wat is c? Waar vervoert het stoffen naartoe?
A
houtvat, omhoog
B
bastvat, omhoog
C
houtvat, naar beneden
D
bastvat, naar beneden

Slide 12 - Quiz

Gaswisseling

Slide 13 - Diapositive

Verbranding
  • Verbranding is het proces waarbij energie wordt vrijgemaakt uit glucose.
  • Cellen breken glucose af met behulp van zuurstof (energie komt vrij).
  • Er onstaan 2 afvalstoffen: Koolstofdioxide en water.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Par3.3 energierijke stoffen les 2
  • je kunt beschrijven waarvoor planten glucose gebruiken
  • je kunt de delen van een plant noemen die mensen als voedsel gebruiken
  • je kunt 3 soorten korrels beschrijven die in plantencellen voorkomen

Slide 18 - Diapositive

Voedingsstoffen
Alle glucose die een plant maakt bij fotosynthese wordt ergens voor gebruikt:
Glucose wordt omgezet in de volgende dingen:
  • Eiwitten en cellulose zijn bouwstoffen.
  • Vitaminen zijn beschermende stoffen.
  • Zetmeel, suiker en vetten worden gebruikt als reservevoedsel

Slide 19 - Diapositive

maken vraag 18

Slide 20 - Diapositive

Opslaan van glucose
Glucose wordt het liefst onder de grond bewaard in Bollen en Knollen

Bol: bestaat uit rokken
Knol: Bestaat uit een geheel 

Slide 21 - Diapositive

  • Wortel groente
  • Stengel groente
  • Blad groente 
  • Bloem groente
Wij eten weer de organen van een plant!

Slide 22 - Diapositive

Welk deel eet je?
Zaden, stengels, bladeren, knollen, bollen, bloemen of vruchten 

We eten het allemaal 

Slide 23 - Diapositive

Verschillende soorten korrels

Slide 24 - Diapositive

Aan het werk 
3.3 Maken opdr  t/m 25 + Nakijken   

Volgende les t/m 11

Slide 25 - Diapositive

Welke stof ontstaat of welke stoffen ontstaan bij de fotosynthese?
A
Bij de fotosynthese ontstaat alleen glucose.
B
Bij de fotosynthese ontstaan glucose en koolstofdioxide.
C
Bij de fotosynthese ontstaan glucose en zuurstof.
D
Bij de fotosynthese ontstaan water, koolstofdioxide en glucose.

Slide 26 - Quiz

huidmondjes zorgen voor
A
gaswisseling
B
verdamping
C
mooie bladeren
D
gaswisseling en verdamping

Slide 27 - Quiz

Als een tomaat rijp wordt, welke verandering vindt dan plaats?
A
Zetmeelkorrels worden kleurstofkorrels
B
Bladgroenkorrels worden zetmeelkorrels
C
Kleurstofkorrels worden bladgroenkorrels
D
Bladgroenkorrels worden kleurstofkorrels

Slide 28 - Quiz