Les 2.3.5 Diarree

Triage DA2 BOL
Les 2.3.5. 2023-2024

Diarree
Patiënt die zelf de klachten afzwakt
Midiproeve 


1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
TriageMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Triage DA2 BOL
Les 2.3.5. 2023-2024

Diarree
Patiënt die zelf de klachten afzwakt
Midiproeve 


Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen?
- Terugblik vorige week  
- Diarree
- Patiënt die zelf de klachten afzwakt
- Midiproeves

- Oefenen
- Huiswerk

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Johan geeft aan dat zijn ontlasting de kleur van teer heeft en heel plakkerig is en sterk ruikt. Hij ervaart geen andere klachten. Welke urgentie zet je in?
A
U1
B
U2
C
U3
D
U4

Slide 3 - Quiz

U3 - Melaena

Wanneer iemand er ook vegetatieve verschijnselen bij vertoont wordt dit een U2

Wijst vaak op een bloeding hoog in het spijsverteringsstelstel (slokdarm, maag of dunne darm)

Binnen hoeveel uur moet een pasgeboren baby ontlasting hebben?
Hoe noemen we deze eerst ontlasting?

Slide 4 - Question ouverte

De eerste ontlasting van een pasgeborene dient binnen 48 uur geloosd te worden. De eerste ontlasting wordt meconium genoemd.
Meneer Kaagman belt. Hij heeft last van obstipatie.
Uit het triagegesprek blijkt dat zijn stoelgang duidelijk anders is dan normaal. Normaal gesproken heeft hij elke dag ontlasting, maar sinds afgelopen maand nog maximaal 2 keer per week. Meneer Kaagman heeft geen buikpijn en heeft niet overgegeven.
Welke actie zet je in?
A
Afspraak binnen enkele uren
B
Afspraak binnen 24 uur
C
Advies + vangnet
D
Afspraak binnen 1 uur

Slide 5 - Quiz

Omdat meneer Kaagman geen last heeft van braken en/of buikpijn, is het urgentieniveau U5 van toepassing. Je geeft daarom het zelfzorgadvies dat op Thuisarts.nl bij de klacht ‘verstopping’ beschreven wordt. De belangrijkste adviezen zijn: veel vezelrijk voedsel eten, veel drinken en veel bewegen. Daarnaast geef je het contactadvies dat in de TriageWijzer bij U5 wordt beschreven: contact opnemen bij braken of hevige buikpijn.
Meneer De Vries belt; hij heeft last van verstopping. Hij heeft al een week geen ontlasting gehad, terwijl hij normaal gesproken om de dag ontlasting heeft. Daarbij moet meneer De Vries in de afgelopen week al vijf keer overgegeven. Welke actie zet jij in?
A
Ik verwijs meneer De Vries door naar de informatie over ‘verstopping’ op www.thuisarts.nl en vraag hem opnieuw contact op te nemen als hij weer moet overgeven of hevige buikpijn heeft.
B
Ik zorg ervoor dat meneer De Vries binnen enkele uren door de arts beoordeeld wordt.
C
Ik plan een spoedvisite van de arts in, zodat meneer De Vries binnen een uur beoordeeld wordt.
D
Ik zorg ervoor dat meneer De Vries binnen 24 uur door de arts beoordeeld wordt.

Slide 6 - Quiz

Meneer De Vries heeft naast obstipatie last van braken. Het urgentieniveau U3 is daarom van toepassing. Meneer De Vries moet binnen enkele uren door een arts beoordeeld worden. Misschien heeft hij een darmafsluiting (invaginatie), waardoor de doorstroom van voedsel geblokkeerd wordt.  
Een patiënt met een stollingsstoornis in combinatie met rectaal bloedverlies moet dringend gezien worden.
A
Niet waar
B
Waar

Slide 7 - Quiz

Een patiënt met een stollingsstoornis in combinatie met rectaal bloedverlies moet dringend (U3) gezien worden door een arts. Bij rectaal bloedverlies kan de stolling van het bloed verstoord zijn. Kijk in het dossier van de patiënt of hij/zij een stollingsziekte heeft of antistollingsmedicatie gebruikt. Stel deze vragen ook altijd aan de patiënt zelf.
Riona (28) belt naar de huisartsenpraktijk. Ze had een scherpe, stekende pijn bij het poepen en zag helderrood bloed op het toiletpapier bij het afvegen. Ze heeft nu geen hevige pijn, maar haar anus voelt branderig en het jeukt licht. Riona heeft vaker last van obstipatie. Ze heeft geen andere klachten.
Je laat Riona sowieso komen op de praktijk op basis van bovenstaande klachten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Riona hoeft niet langs te komen op de huisartsenpraktijk. Haar klachten komen niet overeen met de triagecriteria voor spoed of dringend uit de TriageWijzer. Haar klachten wijzen op aambeien. Geef haar advies over de aambeien en verwijs haar eventueel naar Thuisarts.nl
Diarree
- Voorbereid?
- Vragen?

Slide 9 - Diapositive

Noteer vragen op het bord - zijn deze aan het eind van de LessonUp voldoende beantwoord? 

Diarree - kaart/ABCD/WHAM
- Wanneer spreken we van diarree?
- Zou je vanuit deze ingangsklacht nog kunnen switchen naar een andere ingangsklacht?

- Welke ABCD vraag zet je in?
- Welke WHAM vragen stel je? 

Slide 10 - Diapositive

Buikloop of veelvuldig brijachtige of waterdunne ontlasting. 
Diarree is een voor de persoon ongebruikelijk defecatiepatroon. Ontlasting in een hogere frequentie; een grotere hoeveelheid; meer water bevattend. Het aantal defecaties in absolute zin is niet van groot belang

Als buikpijn op de voorgrond staat, overweeg ingangsklacht ‘Buikpijn kind/volwassene’.

D: alertheid checken 

WHAM?
Sinds wanneer, hoe vaak, hoe dun, normale patroon, beloop, VG/Med, welke actie al ingezet 
Diarree - oorzaken
Welke veel voorkomende oorzaken van diarree ken je?

Wat is het gevaar bij diarree? - hoe herken je dit?


Slide 11 - Diapositive

Heel vaak infectieus, meestal door virussen of bacteriën, soms parasieten. Andere oorzaken zijn diverticulitis, colitis, IBS (prikkelbaredarmsyndroom), overloopdiarree bij obstipatie, bijwerkingen medicatie, hormonale afwijkingen en maligniteiten.

Gevaar is dehydratie
Baby’s drogen door geringe reserves snel uit, maar ook ernstig zieken en ouderen zijn vooral bij warm weer at risk. Tekenen die op vochttekort wijzen, zijn: droge slijmvliezen van de mond. Huilen zonder tranen (baby). Geen of donkere urine/ langer dan een halve dag geen natte luier (baby). Snellere hartslag dan normaal. Sufheid (vooral, maar niet alleen bij baby’s). Afgenomen huidturgor (beoordeling vereist ervaring).
Een moeder belt met de huisartspraktijk omdat haar dochtertje van 9 maanden heftige diarree heeft. Bedenk eens 3 vragen die je gaat stellen om te achterhalen of er mogelijk sprake is van dehydratie

Slide 12 - Question ouverte

Baby’s kunnen snel uitdrogen. Bij een vermoeden van dehydratie is sprake van U3 en is een beoordeling binnen enkele uren nodig. Tekenen zijn droge slijmvliezen, huilen zonder tranen, langer dan 12 uur geen natte luier op plas, sufheid en een snelle pols.

Wanneer voor het laatst een natte luier? Is ze suf? Huilt ze nog met tranen?
We bekijken de vragen op de kaart - schrijf mee

Slide 13 - Diapositive

Doe de kaart van Diarree op de beamer en loop stap voor stap de vragen/criteria door 

Hoe stel je de vraag? 
Waarom stel je deze?

(zie lesopzet voor uitwerking) 
Diarree en medicatie
Diarree kan veroorzaakt worden door medicatie (bijvoorbeeld antibiotica) 
Maar het hebben van diarree kan ook gevolgen hebben voor de opname/werking van medicatie. (o.a. anticonceptiepil)

Belangrijk dus om te checken én rekening mee te houden

Slide 14 - Diapositive

Diarree is een bijwerking van veel medicamenten zoals antibiotica. Diarree beïnvloedt de opname van medicijnen, dehydratie beïnvloedt de uitscheiding. Met medicijnen waarbij de bloedspiegels tussen smalle marges bewegen (lithium, digoxine, anti-epileptica,) kunnen problemen ontstaan. Bij diarree loopt de betrouwbaarheid van de pil gevaar: er is extra bescherming nodig.
Adviezen bij diarree
Welke adviezen geef je bij diarree?
Wat zeg je over:
- Drinken
- Eten
- Buikkrampen
- Besmettelijkheid


Slide 15 - Diapositive

Drinken bij diarree en overgeven:
Bij diarree en overgeven is het belangrijk dat u extra vaak drinkt (totaal 2 tot 3 liter per dag).
Hoe meer diarree of overgeven, hoe meer u moet drinken om niet uit te drogen. Drink bijvoorbeeld elke keer een glas water, thee of bouillon nadat u diarree had.
Drink kleine beetjes tegelijk als u overgeeft.
Bijvoorbeeld elke 5 tot 10 minuten 1 of 2 slokken. Zo houdt u toch wat vocht binnen.
Als u zich wat beter voelt, kunt u langzaam weer wat meer in 1 keer gaan drinken.
Als u ook koorts heeft, is drinken nog belangrijker.
Drink geen zoete dranken als de diarree langer dan 1 week duurt of steeds terugkomt.
Dus geen appelsap, melk, energie-dranken, frisdranken en light-dranken (zoals cola light).
Soms kunnen de darmen tijdelijk minder goed tegen deze drank als u diarree heeft (gehad).

Eten bij diarree en overgeven:
Een paar dagen niet of minder eten is niet erg.
U hoeft uzelf niet te dwingen om te eten. Als u weer trek heeft, kunt u weer eten waar u zin in heeft.
Begin met kleine beetjes. Als u kunt eten, voelt u zich meestal meteen wat beter.
Helemaal niet eten of een speciaal dieet is niet nodig.

Bij buikkrampen:
Bij buikkrampen kunt u het beste kleine beetjes eten en drinken.
Als er iets in uw maag komt, merken uw darmen dat ook. Soms krijgt u dan weer een golf van diarree. Dat betekent niet dat u iets verkeerds gegeten heeft. Uw maag en darmen zijn nog gevoelig. Ook als u in 1 keer veel drinkt, kunt u meteen naar de wc moeten.

Voorkom dat u anderen besmet
Was uw handen met water en zeep.
Droog daarna de handen goed af met een schone handdoek of papieren doekjes. Gooi de doekjes meteen weg.
Was en droog uw handen elke keer als u naar de wc bent geweest. En voordat u eten of drinken klaarmaakt.
Was gebruikte glazen, borden en bestek goed af.
Leg uit aan de mensen om u heen dat ze dezelfde adviezen moeten volgen. Vooral goed handen wassen en afdrogen na de wc en voor het eten of koken.
De kans dat ze besmet worden is dan kleiner.
Medicatie bij diarree
- ORS - hoe zat dat ook al weer?
- Diarree 'stopmiddel' 
Naam?
Wel of niet adviseren? 
Waarom wel/niet? 
Bijwerkingen/contra-indicaties?

Slide 16 - Diapositive

Bij heftige diarree kunt u ORS gebruiken zodat u niet uitdroogt. ORS is een drankje met speciale suikers (glucose) en zouten die het lichaam nodig heeft om vocht op te nemen en vast te houden.
Neem ORS als u meer kans heeft op uitdroging of al uitgedroogd bent. Bijvoorbeeld:
als u minstens 6 keer per dag poep heeft zo dun als water
als u meer dan 4 keer per dag moet overgeven
als u door overgeven of koorts extra veel vocht verliest, en u te weinig drinkt of veel dorst houdt
als u ouder bent dan 70 jaar
U kunt ORS zonder recept kopen bij de apotheek of drogist. Het is een drankje of een poeder waarmee u zelf het drankje maakt. Lees eerst de bijsluiter.
Haal voor kinderen kinder-ORS.
Meng ORS met water, niet met eten of ander drinken. Daarnaast mag u eten en drinken waar u zin in heeft. Maar geen frisdrank of energiedrank.

Stopmiddel - bijvoorbeeld Loperamide
Zonder recept verkrijgbaar
Helpt niet tegen de oorzaak - dus niet zomaar adviseren
Wel bijvoorbeeld bij reis of in situatie waarin iemand lange tijd niet naar het toilet kan.
Bijwerking: verstopping
Niet langer dan 2 dagen gebruiken

Gebruik het niet:
als u koorts heeft
als u bloed bij uw diarree heeft
als u zwanger bent of borstvoeding geeft
bij kinderen jonger dan 8 jaar

Hoe gaat het verder?

- Binnen hoeveel tijd gaat diarree meestal over?

- Wat wordt je contactadvies/vangnet?

Slide 17 - Diapositive

Diarree gaat meestal vanzelf over binnen 4 tot 7 dagen.
Na 10 dagen is het weg bij 9 van de 10 mensen.
Duurt de diarree langer? Dan is de kans groter dat het door een parasiet komt.

Spoed: bel direct de huisarts of huisartsenpost als u bij diarree of overgeven ook 1 of meer van deze klachten heeft:
U gaat zich suf voelen.
U bent in de war.
U heeft het gevoel dat u gaat flauwvallen.

Bel dezelfde dag met de huisarts of huisartsenpost bij diarree of overgeven in deze situaties:
U heeft langer dan 3 dagen minstens 6 keer per dag poep zo dun als water.
U blijft steeds overgeven
U drinkt niet of weinig.
U heeft erg veel dorst.
U heeft 1 dag niet meer geplast.
U heeft de hele tijd buikpijn.
Er zit bloed of slijm bij uw poep.
De diarree is na een week niet minder geworden.
U heeft 1 of meer van deze ziektes:
suikerziekte (diabetes)
een nierziekte
hartfalen
U bent 70 jaar of ouder en u heeft 1 of meer van deze situaties:
U heeft 1 dag of langer diarree.
U heeft koorts.
U heeft langer dan 8 uur niet geplast.
U gebruikt medicijnen bij depressie of angst (SSRI zoals citalopram , fluoxetine , paroxetine , sertraline )
U gebruikt 1 of meer van deze medicijnen:
plaspillen of medicijnen tegen hoge bloeddruk
medicijnen bij suikerziekte, zoals metformine of een SGLT2-remmer ( dapagliflozine , empagliflozine , canagliflozine )
pijnstillers zoals ibuprofen , naproxen of diclofenac (NSAID).
Mevrouw Lammers (52 jaar) heeft sinds gisteren last van diarree. De ontlasting is heel waterig en ze moet veel vaker dan normaal naar de wc. Ze heeft gisterenochtend één keer overgegeven. Mevrouw Lammers heeft geen andere klachten. Welke vervolgactie zet je in?

Slide 18 - Question ouverte

Als diarree korter duurt dan drie dagen en als er geen andere symptomen zijn, is er geen sprake van spoed: U5. Je geeft adviezen mee en laat mevrouw Lammers weten wanneer ze opnieuw contact op moet nemen.
Mevrouw Lammers belt twee dagen later terug naar haar huisarts. Ze heeft nog steeds dezelfde diarreeklachten.
Verander je je beleid?

Slide 19 - Question ouverte

Bij waterige diarree die langer dan drie dagen aanhoudt is sprake vanU4. Je laat de patiënt binnen 24 uur beoordelen door een arts. Er kan namelijk een risico op uitdrogen ontstaan. Het kan ook zijn dat er iets anders aan de hand is dan een virale infectie. Er is in dat geval meer onderzoek nodig.
Een patiënt die zelf de klacht afzwakt 
'Het valt allemaal wel mee hoor...'
'Mijn vrouw/man/moeder stond er op dat ik zou bellen, zelf vind ik het onzin' 

Ervaring?
Wat is belangrijk?
Hoe pak je dit aan?

Slide 20 - Diapositive

Klassikaal gesprek:

Heeft iemand hier ervaring mee?
Komt dit vaak voor denk je?

Belangrijk:
Ga niet klakkeloos mee met de patiënt maar luister OBJECTIEF naar de klachten en vraag hier goed op door (neem niet gelijk genoegen met een vaak nonchalant antwoord) 

Stel wel gewoon al je vragen

Bevestig dat het toch goed is dat hij/zij belt en dat de HA daar voor is

Hou zelf de regie in het gesprek

Wanneer je er op uit komt dat het misschien toch niet zo meevalt - duidelijk met goede inhoudelijke argumenten uitleggen waarom het toch belangrijk is dat de patiënt gezien wordt. 
Midiproeves
Afname midiproeves

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk
- Medilect maken: Diarree
- Voorbereiden onderwerp: Diabetes 
- Inlezen, moeilijke begrippen opzoeken, vragen noteren
- Casus schrijven

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions