H6.6 en 6.8 remstoffen en spijsverteringsenzymen

1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

de vorige dia is een reactie tussen enzym en substraat.
Maak een reactie van het enzym nuclease met zijn substraat.

Slide 2 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Remstoffen
Enzymactiviteit is op twee manieren te stoppen mbv remstoffen:
  1. niet concurrerende remming
  2. concurrerende remming

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Niet concurrerende remming
  • Stof gaat op een andere plaats zitten op het enzym, waardoor de actieve plaats van vorm verandert en het substraat er niet meer op past => Niet-competitieve inhibitie
  • Onomkeerbaar/irreversibel
  • Voorbeelden: zware metalen, DDT

Slide 5 - Diapositive

een voorbeeld van zware metalen zijn: kwik (ouderwetse thermometers) en lood (veel gebruikte materiaal vroeger)

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

concurrerende remming
  • omkeerbaar/ reversibel
  • Een stof die op het substraat lijkt en bezet (tijdelijk) de actieve plaats van het enzym => Competitieve inhibitie 
  • voorbeelden:
Caffeine
Paracatamol
antibiotica

Slide 7 - Diapositive

caffeine blokkeert het enzym adenosinedeaminase , die adenosine afbreekt. Komt voor in rode bloedcellen. Bij teveel adenosine worden de bloedvaten wijder.
opdracht H6.8
  • Ga naar Biologiepagina.nl -> havo 5 -> oefenen -> Oefening spijsverteringsenzymen
  • Maak voor jezelf de oefening.
  • Ben je klaar controleer je het.
  • Deze oefening gaat over paragraaf 6.8 blz.118

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak de oefening op https://biologiepagina.nl/Oefeningen/veteiwitkoolhydraat/vek.htm
maak een foto van het resultaat of typ je antwoorden in

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1. Welke bewering klopt?


A
P is de minimumtemperatuur voor dit enzym
B
Q is de optimumtemperatuur voor dit enzym
C
R is de maximumtemperatuur voor dit enzym

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke bewering klopt?
De stijging van de activiteit tussen P en Q komt doordat ...

A
er meer enzymen bijkomen
B
er per enzymmolecuul meer stof wordt omgezet
C
er meer substraat bijkomt

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke bewering klopt over de enzymactiviteit en de enzymconcentratie bij temperaturen P, Q en R?
A
bij alle drie de temperaturen is de enzymconcentratie gelijk
B
tussen P en Q neemt de activiteit toe omdat de concentratie van het enzym toeneemt
C
tussen Q en R neemt de activiteit af, omdat de concentratie van het enzym afneemt

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een eiwitoplossing wordt geleidelijk verwarmd van 0 graden naar 70ºC.
In de oplossing bevindt zich pepsine, dat de eiwitten in de oplossing afbreekt tot polypeptiden.
Welke lijn geeft het polypeptidegehalte goed weer?

A
lijn 1
B
lijn 2
C
lijn 3
D
lijn 4

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij A en B wordt evenveel enzymactiviteit gemeten (dus substraat omgezet). Dat betekent...
Verklaar je antwoord (ik vraag willekeurig aan iemand)
A
dat er bij A meer enzymmoleculen actief zijn dan bij B
B
... dat er bij A en B evenveel enzymmoleculen actief zijn
C
dat er bij A minder enzymmoleculen actief zijn dan bij B

Slide 17 - Quiz

, bij A zijn er enzymen intact en de pH is lager dan het optimum, dus ze werken niet op hun best. Bij B zijn er net zo veel enzymen intact en de pH is wat hoger dan de optimale pH, dus ook hier werken ze niet op hun best. Denatureren door een afwijkende pH komt zeker voor, maar alleen bij grote afwijkingen van het optimum. Eiwit denatureert bijvoorbeeld in sterk zuur, maar ook in een sterke soda-oplossing.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

TOETS BIOLOGIE
  • Online op 25-01-2020 om 10:00 - 11:30
  •  Voor alle eerstejaars
  • Toets via mail
  • gebruik maken van het boek biologie voor het MLO
  • inleveren via een Inleveropdracht in MSTeams
  • GEEN herkansing!!!

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions