Faalangst

Miniles faalangst
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
MentorlesMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Miniles faalangst

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al van faalangst?

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten faalangst

Slide 4 - Diapositive

Reacties op faalangst: 
- actieve faalangst
- passieve faalangst
Positieve en negatieve faalangst

Positieve faalangst: non-stop leren voor een toets, nooit tevreden zijn met het behaalde resultaat. 

Negatieve faalangst: 3 vormen.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Faalangst in de praktijk
  • Cognitief: Je hebt goed geleerd voor de toets, maar dit komt er niet uit tijdens de toets (1 of meer vakken). 
  • Sociaal: Je durft niks te zeggen, want je wilt niet voor schut staan.
  • Motorisch:  Je durft iets niet te doen, want je denkt dat je het niet kan (gym). 

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De angst werkt belemmerend
De angst werkt belemmerend

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De buikademhaling
Kan je jezelf rustig maken? Dat kan! 

Oefenen! 

hoog ademhalen = stress (gevaar)
buikademhaling = andere signalen naar je hersenen (meer zuurstof)

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Spierontspanningsoefening
Kan je jezelf rustig maken? Dat kan!



Spanning slaat zich op in je spieren.
Bedenk je achteraf; was je wel écht zo ontspannen als je vooraf dacht (voor de oefening)?

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Omdenken

Helpende gedachten i.p.v. belemmerende gedachten

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
Je hebt een klasgenoot 'Sarah', zij heeft last van faalangst. Ze moet binnenkort een toets maken, maar geeft aan dat ze dit eigenlijk niet wil. Ze vertelt dat ze te nerveus is en ze denkt dat ze het niet kan.

Hoe kan je Sarah helpen? 
Denktijd: +/- 3 min. in twee-/ drietallen
timer
3:00

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions