2B Leesvaardigheid - les 1 Leesvaardigheid

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

WELKOM BIJ HET VAK NEDERLANDS! 

Mevrouw Duinhouwer

Afspraken en verwachtingen

Als ik uitleg en instructie geef: 

- Teken:

 

- Laptop dicht 

- Ben je stil en luister je naar de uitleg

Als je een vraag hebt, steek je je vinger op (na de uitleg en instructie)

Als iemand aan het woord is, luister je naar elkaar 

Zelfstandig werken: 

- Als de zandloper op het digibord staat, werk je stil en zelfstandig 

Regels

Zorg dat je altijd je spullen bij je hebt (opgeladen laptop, boeken, schrift etc.)

Je komt op tijd

Bij binnenkomst van het klaslokaal doe je je telefoon in de opbergtas 

Tijdens de les niet naar de wc

Welke signaalwoorden ken jij?

Wat weet jij van signaalwoorden?
Noteer dit zo duidelijk mogelijk.

Signaalwoorden

Signaalwoorden hebben een functie, ze geven een signaal. 

Je kunt meestal zelf achterhalen welk signaal een signaalwoord geeft.

Een goede manier om dit te ontdekken, is een hele simpele zin maken met het woord, waarna je makkelijk kunt afleiden welke functie het signaalwoord heeft.

Voorbeeld:

We kwamen allebei te laat in de les van meneer Aziz. Omdat hij vond dat iedereen weleens te laat kan komen en dat hem dat zelf ook wel eens gebeurde, kregen we geen straf.

In dit stukje staat het woord omdat. Maar welke functie heeft het woord omdat? Welk signaal geeft het? Onderzoek dit door een eenvoudige zin te maken met omdat. Zo kun je dit achterhalen.

Ik pak een paraplu, omdat het regent.

Nu is het duidelijk, omdat geeft een reden aan: Hij vond dat iedereen weleens te laat kan komen is de reden dat we geen straf kregen.

De leesrace

Opdracht 1: Bespreken

Ga in je groepje bij elkaar zitten (max. 4 personen)

In een team ga je zoekend én grondig lezen (leesstrategieën).

Opdracht 2: Tekst lezen

Jullie krijgen de tekst. Bekijk en lees deze in vijf minuten.

Opdracht 3: Vragen beantwoorden

Jullie krijgen de vragen. Maak afspraken over wie wat doet. Schrijf de antwoorden op één antwoordblad. Je hebt tien minuten

Opdracht 4: Antwoordblad inleveren

Check of jullie namen boven het formulier staan, controleer of je alle vragen hebt beantwoord.

Leesrace

Opdracht 2: Tekst lezen

Jullie krijgen de tekst. Bekijk en lees deze in vijf minuten.

Leesrace

Opdracht 3: Vragen beantwoorden

Jullie krijgen de vragen. Maak afspraken over wie wat doet. Schrijf de antwoorden op één antwoordblad. Jullie hebben tien minuten.

Nieuw Nederlands

De Brug - bladzijde 236

Lees tekst 1 - klassikaal

Opdracht 1 maken

Huiswerk

.

Klaar? Huiswerk (volgende les moet dit af zijn)

Nieuw Nederlands  

De Brug - herhaling blz. 236 

Maak de oefeningen: 

Opdracht 2 en 3 (blz. 239 + 241) 

Hoofdzaken en bijzaken

De belangrijke informatie in een tekst noem je de hoofdzaken.
Wat niet zo belangrijk is zijn de bijzaken.

Hoofdzaken

Voorkeursplaatsen tekst:

Inleiding & slot

Voorkeursplaatsen alinea:

Kernzin

Hoofdzaken uit tekst halen

• Onderstreep/markeer tijdens het lezen hoofdzaken
  
  
• Let op voorkeursplaatsen (inleiding, slot, kernzinnen) en opvallend gedrukte woorden
  
  
• Van de hoofdzaken kun je een samenvatting maken of een schema

Hoofdzaken

Hoe en waar vind je de hoofdzaken?

• Vaak in de eerste, de tweede en/of de laatste zin van een alinea.
• Daartussen staan vaak voorbeelden, toelichtingen of een verdere uitleg, dat zijn bijzaken.
  Denk aan de hamburger... 
  
  

Stel jezelf de volgende vragen:

1. Heb ik deze zin nodig om de tekst/de alinea goed te begrijpen?
2. Wat zegt deze zin over het (deel)onderwerp?

Hoofdzaken (structuur)

Hoofdzaken (structuur)

Bijzaken (vulling)

Klas 48 uur zonder telefoon

Leerlingen van de onderbouw van het Lorentz Lyceum uit Arnhem hebben onlangs succesvol meegedaan aan een experiment waarbij ze gedurende twee dagen geen mobiel, games of sociale media mochten gebruiken. ‘De No Phone Challenge was flink afkicken’, zegt de mentor. De leerlingen vonden zelf dat ze veel socialer waren, zowel in de klas als thuis. De pauzes leken langer en werden leuker bevonden. ‘We gingen spellen doen en ik sprak mijn klasgenoten meer’, somt een leerling op. ‘We hadden ook meer tijd voor huiswerk.’

Welke zin is de belangrijkste in deze tekst? Waarom?

wat is de kernzin van iedere alinea?

Aan de slag

Ik fluister een zin aan de voorste leerlingen in de rijen. Die fluistert de zin door aan de buurman/-vrouw. De laatste leerling zegt de zin hardop.

Blijft er iets over van de zin? Wat blijft er over van de zin?

Opdracht 1 Grapjassen

Lees het artikel 'Grapjassen'. Wat zou van het artikel overblijven als je dat ook doorfluisterde?

Onderstreep dat. Als je dit te moeilijk vindt, probeer dan eerst te schrappen wat tijdens het doorfluisteren waarschijnlijk zou wegvallen.

Opdracht 2 Twitterbericht maken

Lees het artikel en maak er een twitterbericht van (maximaal 280 tekens)

Klaar?

Niet klaar?

Huiswerk volgende les

Zelfstandig of tweetallen

Huiswerk

!

.

Klaar? Huiswerk (volgende les moet dit af zijn)

Hoofd- en bijzaken en kernzinnen

Nieuw Nederlands bladzijde 12-13

Maak de oefeningen: 

p. 13 opdracht 1 en 2

p. 16 opdracht 5

Boekenlijst doorgeven!

Welk boek ga je lezen?