Herhalen Hfst 5 Stofwisseling

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Stofwisseling: grote inspanning!

Wat leer je vandaag?

Herhalen Hfst. 5 (Havo 4)

Wat is stofwisseling?

Welke soorten stofwisseling vinden er in mijn lichaam plaats?

Verschil tussen organische en anorganische stoffen.

Stofwisseling

Stofwisseling is een levensverschijnsel.

Het vermogen van een organisme om stoffen om te zetten.

Bijv: glucose --> zetmeel/glycogeen

water + CO2 --> glucose + zuurstof

aminozuren --> eiwitten

Vormen van stofwisseling

Er zijn twee vormen van stofwisseling:

• dissimilatie (afbraak)
• assimilatie (opbouw)

Voor stofwisseling zijn wel 'stoffen' nodig, die komen uit je voeding.

Voedingsstoffen

Alle dingen die wij eten, zijn voedingsmiddelen. 

In die voedingsmiddelen, zitten verschillende voedingsstoffen.

Voorbeeld: De aardappel bevat verschillende voedingsstoffen.

Functies van Voedingsstoffen

Functies voedingsstoffen:

• bouwstoffen
• brandstoffen
• reservestoffen
• beschermende stoffen
  

Voedingsstoffen

Er zijn 6 verschillende soorten voedingsstoffen:

1. Koolhydraten
2. Eiwitten
3. Vetten
4. Water
5. Mineralen
6. Vitaminen

Voedingsstoffen

Er zijn 6 verschillende soorten voedingsstoffen:

1. Koolhydraten          Bouwstof, brandstof, reservestof
2. Eiwitten                     Bouwstof, brandstof
3. Vetten                        Bouwstof, brandstof, reservestof
4. Water                          Bouwstof
5. Mineralen                 Bouwstof, beschermende stof
6. Vitaminen                 Bouwstof, beschermende stof

Je kennis gaat nu getest worden! 

Ben je er klaar voor...

Maken van glucose uit CO2 en water door planten.

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Glucose is een

1. anorganische stof
2. organische stof

Vrijkomen van melkzuur in spieren.

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Melkzuur is een

1. anorganische stof
2. organische stof

Bij dit proces is energie nodig.

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Er zijn anorganische stoffen betrokken bij...

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Wordt gebruikt voor groei, vervanging en herstel.

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Alcohol wordt door gist gevormd via

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Alcohol is

1. een anorganische stof
2. een organische stof
3. lekker
4. niet lekker

Verschil tussen aerobe en anaerobe dissimilatie. Welke is juist?

1. Aeroob is met zuurstof Anaeroob is zonder
2. Aeroob is zonder zuurstof Anaeroob is met
3. Aeroob is met glucose Anaeroob is zonder
4. Aeroob is zonder glucose Anaeroob is met

Wat ontbreekt er in de volgende reactievergelijking:
glucose + ... > CO2 + water

1. energie
2. ATP
3. ADP
4. zuurstof

Eiwitten worden bij dissimilatie gesplitst in ...

Stofwisseling

Bij inspanning haal je energie uit je voedsel (dissimilatie).

Je verbrandt dan organische stoffen. 

Planten doen ook aan fotosynthese (assimilatie).

Zij maken uit anorganische stoffen  organische stoffen, zij dissimileren deze organische stoffen voor energie.

Dissimilatie

Het afbreken van stoffen is dissimilatie. 

Dissimilatie is om:

• energie (ATP!) vrij te maken of 
• voor nieuwe bouwstoffen

Aerobe dissimilatie vindt plaats in de mitochondriën. 

Assimilatie

Assimilatie is het maken van organische stoffen.

Bij fotosynthese wordt glucose gemaakt: koolstofassimilatie.

Glucose is een groot molecuul, met C, O en H atomen.

Assimilatie

Heterotrofe organismen doen ook aan assimilatie, namelijk...

• eiwitsynthese
• vorming glycogeen
• vorming vetten

Omzetten van voedingsstoffen naar lichaamseigen stoffen is assimilatie.

Oefenen

Bij Hfst. 5 "Samengevat" zie je een aantal opdrachten (blz. 181)

Wij maken nu A, B en C.

Klaar? 

Maak examentraining opdr. 3 t/m 5

Bespreken van de opgaven.

Je kennis gaat nu getest worden! 

Ben je er klaar voor...

Maken van glucose uit CO2 en water door planten.

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Glucose is een

1. anorganische stof
2. organische stof

Vrijkomen van melkzuur in spieren.

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Melkzuur is een

1. anorganische stof
2. organische stof

Bij dit proces is energie nodig.

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Er zijn anorganische stoffen bij betrokken.

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Wordt gebruikt voor groei, vervanging en herstel.

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Alcohol wordt door gist gevormd via

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Alcohol is

1. een anorganische stof
2. een organische stof
3. lekker
4. niet lekker

Verschil tussen aerobe en anaerobe dissimilatie. Welke is juist?

1. Aeroob is met zuurstof Anaeroob is zonder
2. Aeroob is zonder zuurstof Anaeroob is met
3. Aeroob is met glucose Anaeroob is zonder
4. Aeroob is zonder glucose Anaeroob is met

Wat ontbreekt er in de volgende reactievergelijking:
glucose + ... > CO2 + water

1. energie
2. ATP
3. ADP
4. zuurstof

Eiwitten worden bij dissimilatie gesplitst in ...

Vragen/onderwerpen?