Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Lineaire formules
Slide 1 - Diapositive
H01.Voorkennis - Terugblik
Vragen over het huiswerk?
Slide 2 - Diapositive
Gegeven: b = -12 - 4a Bereken b als a = -2
Hoe zat het ook al weer?
Slide 3 - Question ouverte
Gegeven: m = 4p - 8 Bereken m als p = -16.
Hoe zat het ook al weer?
Slide 4 - Question ouverte
H01.1 Hellingsgetal en startgetal
In deze les leer je:
Wat een hellingsgetal en startgetal is
Waar je het hellingsgetal en startgetal in een grafiek kunt aflezen
Waar je het hellingsgetal en startgetal kunt vinden in een formule
Waar je het hellingsgetal en startgetal in een tabel kunt vinden
Slide 5 - Diapositive
Wat is de toename in de tweede rij van de tabel?
Slide 6 - Question ouverte
H01.1 Hellingsgetal en startgetal
Als er per stap (van 1) steeds evenveel bij komt of afgaat heb je te maken met een lineair verband. De toename per stap (van 1) noem je het hellingsgetal (dit kan dus ook een negatief getal zijn).
Per stap komt er steeds 4 bij; hellingsgetal is +4
LET OP:
Per stap van 1 komt er steeds 2 bij; hellingsgetal is +2
Slide 7 - Diapositive
Wat is het hellingsgetal bij de tabel?
A
18
B
5
C
-5
D
-2,5
Slide 8 - Quiz
H01.1 Hellingsgetal en startgetal
Het startgetal vind je in een tabel van een lineair verband onder de 0. Wanneer deze niet in de tabel staat, moet je terugrekenen naar 0.
In de tabel staat onder de 0 het getal 8.
Startgetal is 8.
LET OP:
In de tabel vind je niet het getal 0 in de bovenste regel. Terugrekenen levert het getal 25. Startgetal is 25.
Slide 9 - Diapositive
Bepaal het startgetal en hellingsgetal
A
startgetal -7
hellingsgetal 2
B
startgetal -7
hellingsgetal -2
C
startgetal -2
hellingsgetal 7
D
startgetal 2
hellingsgetal -7
Slide 10 - Quiz
Bepaal het startgetal en hellingsgetal
A
startgetal -15
hellingsgetal 9
B
startgetal -15
hellingsgetal 3
C
startgetal -21
hellingsgetal 9
D
startgetal -21
hellingsgetal 3
Slide 11 - Quiz
H01.1 Hellingsgetal en startgetal
In een formule vind je het hellingsgetal 'vastzitten' aan de variabele, het 'losse' getal is het startgetal.
Een negatief hellingsgetal betekent een dalende lijn, een positief hellingsgetal is een stijgende lijn.
Slide 12 - Diapositive
H01.1 Hellingsgetal en startgetal
In een formule vind je het hellingsgetal 'vastzitten' aan de variabele, het 'losse' getal is het startgetal.
Een negatief hellingsgetal betekent een dalende lijn, een positief hellingsgetal is een stijgende lijn.
Er zijn ook lineaire formules met een hellingsgetal 0. De grafiek is dan een horizontale lijn.
Slide 13 - Diapositive
Bepaal het startgetal en hellingsgetal
m=−4k+7
A
startgetal 7
hellingsgetal 4
B
startgetal 7
hellingsgetal -4
C
startgetal 4
hellingsgetal 7
D
startgetal -4
hellingsgetal 7
Slide 14 - Quiz
Bepaal het startgetal en hellingsgetal
m=23−k
A
startgetal -1
hellingsgetal 23
B
startgetal 0
hellingsgetal 23
C
startgetal 23
hellingsgetal -1
D
startgetal -23
hellingsgetal 1
Slide 15 - Quiz
Gegeven is de formule h = 15f - 22. Bereken h als f = 9
Slide 16 - Question ouverte
Bepaal het startgetal en hellingsgetal van onderstaande formule:
p=23r
A
startgetal 0,
hellingsgetal 23
B
startgetal is er niet,
hellingsgetal 23
C
startgetal 23,
hellingsgetal 0
D
startgetal 23,
hellingsgetal is er niet
Slide 17 - Quiz
H01.1 Hellingsgetal en startgetal
Opdrachten uit het boek:
Maak de opdrachten 2 tot en met 7
Kijk na het maken de opdrachten na met een andere kleur.