Vwo 3 Nectar 9.2 deel 2 lever, nieren

Biologie
9.2: Goed geregeld
Deel 2: lever en nieren 
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Biologie
9.2: Goed geregeld
Deel 2: lever en nieren 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze periode (TW2)

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveelheid suiker in het bloed
Hormoon dat glucose omzet in glycogeen
Ziekte door problemen bij de productie van en/of reactie op insuline
Belangrijkste suiker in het bloed
Hormoon dat glycogeen omzet in glucose
glucosegehalte
insuline
diabetes
glucose
glucagon

Slide 3 - Question de remorquage

komt ten dele overeen met vraag 5 en vraag 8
Insuline
Glucagon
Glucose-gehalte stijgt
Glucose-gehalte daalt

Slide 4 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

glucose
glycogeen

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Glucose -> Glycogeen
Glycogeen -> Glucose
Insuline
Glucagon

Slide 6 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Gaan de volgende krantenkoppen over diabetes type 1 of type 2?
Diabetes type 1
Diabetes type 2
Nieuwe uitvinding voor kinderen met diabetes: bloedsuiker meten zonder prikken.
Kwartier bewegen per dag verlaagt risico op diabetes.
Meer mensen met diabetes door stijging van de gemiddelde leeftijd. 
Paar kilo afvallen zorgt al voor lager risico op diabetes.

Slide 7 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Paragraaf 9.2: Goed geregeld

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Paragraaf 9.2: Goed geregeld

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lichaamsprocessen

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

De lever
1. Opbouwen en omzetten
  • eiwitten opbouwen uit aminozuren
  • glucose omzetten in vet (cholesterol maken)
2. Afbreken
  • aminozuren -> ureum
  • giftige stoffen (alcohol, medicijnen)
3. Afvoeren
  • afvalstoffen via gal uitscheiden
4. Opslaan
  • glucose in de vorm van glycogeen
  • ijzer

Processen in de lever

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

De milt
Afbreken van rode bloedcellen
  • hemoglobine uit rode bloedcellen wordt omgezet in bilirubine
  • via het bloed naar de lever -> via gal wordt dit uitgescheiden


    Slide 14 - Diapositive

    Cet élément n'a pas d'instructions

    De nieren
    • filteren afvalstoffen uit het bloed
    • zuivering vindt plaats in nefronen
    • voorurine -> urine



      Slide 15 - Diapositive

      Cet élément n'a pas d'instructions

      Slide 16 - Vidéo

      Cet élément n'a pas d'instructions

      De nieren

      Slide 17 - Diapositive

      Cet élément n'a pas d'instructions

      De nieren

      Slide 18 - Diapositive

      Cet élément n'a pas d'instructions

      Wat gebeurt er in de lever?
      De lever....
      A
      breekt eiwit, alcohol en medicijnen af
      B
      slaat ijzer en glycogeen op
      C
      maakt gal en cholesterol
      D
      A, B en C zijn juist

      Slide 19 - Quiz

      Cet élément n'a pas d'instructions

      Zet de prikker op de lever. 
      Zet deze op de lever

      Slide 20 - Question de remorquage

      Cet élément n'a pas d'instructions


      Wat doen de nieren?
      A
      Afvalstoffen uit het bloed halen
      B
      Zuurstof aan het bloed toevoegen
      C
      Voedingstoffen aan het bloed toevoegen
      D
      Koolstofdioxide verwijderen

      Slide 21 - Quiz

      Cet élément n'a pas d'instructions

      De nierader loopt van de nier in de richting van de onderste holle ader
      A
      Juist
      B
      Onjuist

      Slide 22 - Quiz

      Cet élément n'a pas d'instructions

      De functie van de nieren is uitscheiding. Wat scheiden de nieren uit?
      A
      alleen overtollig water
      B
      overtollig water en afvalstoffen
      C
      overtollig water en schadelijke stoffen
      D
      alleen afvalstoffen

      Slide 23 - Quiz

      Cet élément n'a pas d'instructions

      Blaas
      Urineleider
      Nier
      Nierslagader
      Nierader

      Slide 24 - Question de remorquage

      Cet élément n'a pas d'instructions

      Nierschors
      Urineleider
      Nierslagader
      Nierbekken
      Nierader
      Niermerg

      Slide 25 - Question de remorquage

      Cet élément n'a pas d'instructions


      • Lezen paragraaf 9.3 (5 min!)
      • Maken 9.2: 1 t/m 13 (voor wo)
      • Maken 9.2: 14 t/m 25 (voor ma)

      Let op: alleen opdrachten B-route (dus niet de stervragen)


      Aan het werk

      Slide 26 - Diapositive

      Cet élément n'a pas d'instructions