Hoofdstuk 2 Europa verovert de wereld

Hoofdstuk 2 Europa verovert de wereld
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 2 Europa verovert de wereld

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Een moderne samenleving
Het dagelijks leven in de 19e eeuw veranderde door de industrialisatie.
1. massaproductie
2. sneller verplaatsen
3. comfort 
4. communicatie
5. minder sterfte

Slide 3 - Diapositive

Liefde voor volk en vaderland

In de 19e eeuw groeide het nationalisme in heel Europa. Kunstenaars, schrijvers en regeringen versterkten het nationalisme onder de bevolking.

Slide 4 - Diapositive

Gevolgen nationalisme
1. Gevoelens van superioriteit, gevolg hiervan?
2. Roep om eigen land, gevolg hiervan?

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Van handelspost naar wereldrijk
Manier waarop landen de koloniën gebruikten veranderde. 
Modern imperialisme

Verdeel-en-heerspolitiek gebruikt om de gebieden onder controle te houden.

Slide 8 - Diapositive

Nederlands-Indië
Nederland bezat al sinds de 17e eeuw een kolonie; Nederlands-Indië. 
Vanaf 1800 breidde Nederland dit gebied uit.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Oorzaken modern imperialisme
  • Behoefte aan veel grondstoffen vanwege de industrialisatie.
  • Behoefte aan afzetgebieden.
  • Gemak op het gebied van veroveringen. (Vervoer, communicatie)
  • Nationalisme

Maar wat heeft dit te maken met racisme?

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Het bestuur in de koloniën
Gebieden die veroverd waren door Europese landen kregen vaak een indirect bestuur. De leiders van de gebieden hielden hun macht en hielpen de Europese landen bij het bestuur.

Voor het bepalen van grenzen tussen koloniën hielden Europese landen geen rekening met de volkeren die er woonden.
Let op! Kaart is gemaakt in 1959. Etniciteit is niet objectief, maar deze kaart laat goed het verschil tussen grenzen en groepen zien.

Slide 13 - Diapositive

Veranderingen in de economie
Europeanen wilden meer geld verdienen met hun koloniën:
  • Er werden bedrijven opgericht die de grondstoffen moesten winnen.
  • Boeren moesten de producten verbouwen die veel winst opleverden in Europa.
  • Europeanen kochten niet van lokale ambachtslieden, maar van Europese fabrieken.

Slide 14 - Diapositive

Cultuurstelsel
1830-1870
Boeren verplicht 20% van  hun grond voor bepaalde gewassen.
Winst direct naar Nederlandse regering.

Gevolgen: 
Hongersnood voor de Indonesische bevolking
Kritiek vanuit de Nederlandse bevolking

Slide 15 - Diapositive

Sociale en culturele gevolgen
Sociale gevolgen: grote ongelijkheid tussen witte en donkere mensen. 
Witte mannen kregen kinderen met inheemse vrouwen.

Culturele gevolgen: bekering tot christendom. 
"Opvoeden" van de bevolking.
Scholing voor jongeren, maar geen kansen op werk.

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Waarom slavernij?

  • In de Bijbel zou staan dat zwarte mensen knechten waren.
  • Afrikanen en Aziaten waren minder beschaafd (minderwaardig) en konden niet met vrijheid omgaan.
  • Enige manier om koloniën winstgevend te maken.

Slide 18 - Diapositive

Abolitionisme
Vanaf 1780 meer verzet tegen de slavernij. De beweging die streeft naar de afschaffing van slavernij heet het abolitionisme.
Slavernij was verkeerd; 
  • ging in tegen het idee dat alle mensen vrij en gelijk waren.
  • veel christenen vonden dat slavernij tegen het christendom inging.

Slide 19 - Diapositive

Afschaffing slavernij
1807 verbood het Britse parlement slavenhandel; er mochten geen nieuwe slaven worden aangevoerd. Het aantal slaven nam echter niet af, illegale slavenhandel.
1833 in Britse koloniën wordt slavernij afgeschaft.
1 juli 1863 schaft Nederland de slavernij af.

Dit wordt nog elk jaar gevierd als Keti Koti.

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Na de afschaffing van de slavernij
Slaveneigenaren kregen een vergoeding voor het verlies van hun 'bezit'.
De slaven moesten nog tien jaar werken op de plantages om te voorkomen dat er te weinig arbeiders waren. 

Na 1870 werden arbeiders uit Brits-Indië en Java gehaald. Zij werkten als contractarbeiders; ze kregen een laag loon en na 5 jaar recht op terugreis of een stukje grond.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

2.5 Je inleven
Je gaat een aantal bronnen bekijken en bepalen of iets een feit of een mening is.
Meningen verschillen, dit heeft te maken met je persoonlijkheid, je eigen geschiedenis, je normen en waarden. Dit heet standplaatsgebondenheid.

Slide 24 - Diapositive

2.6 Onderzoek met bronnen

Maak de opdrachten in je boek.

Slide 25 - Diapositive

Afsluiting
Oefenen voor de toets

Slide 26 - Diapositive