Hoofdstuk 11 - Op een verjaardag

Lees
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBeroepsopleiding

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Lees

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

verjaardag

Slide 3 - Carte mentale

Op een verjaardag
  • iemand feliciteren
  • vragen en vertellen over werk, studie en hobby's
  • reacties geven
  • reflexieve werkwoorden
  • uitspraak: sjwa

Slide 4 - Diapositive

Van welke muziek houdt Marit? 
Wie is de vriend van Marit? 
 Doet Kirsten nog iets naast haar studie?
Is Kirsten naar de Wandelbeurs in Amsterdam geweest?
Wie komen er op de verjaardag?. 
Komen alle gasten uit Nederland?. 
Waar praten ze over?
Dialoog Op een verjaardag
Dialoog Op een verjaardag pauzes

Slide 5 - Diapositive

Werk, studie en hobby's
Vragen over werk, studie en  hobby's
Wat doe je ?
Studeer je?
Werk je?
Heb je een baan?
Doe je ook nog iets naast je studie?
Is film je hobby?
Antwoorden over werk, studie en hobby's
Ik ben fietsenmaker.
Ik studeer logopedie.
Ik heb een baan.
Ik heb het druk.
Ik zwem graag.
Ik houd van wandelen.
Ik ben gek op Cubaanse muziek.
opdracht 4 en 5
timer
1:00

Slide 6 - Diapositive

ik heb het bij me
je/jij hebt het bij je
u hebt het bij u
hij heeft het bij zich
ze/zij heeft het bij zich
we/wij hebben het bij ons
jullie hebben het bij jullie
ze/zij hebben het bij zich
ik haast me
je/jij haast je
u haast zich/u
hij haast zich
ze/zij haast zich
we/wij haasten ons
jullie haasten jullie/je
ze/zij haasten zich
Reflexieve werkwoorden
haasten
ik was me
je/jij wast je
u wast zich/u
hij wast zich
ze/zij wast zich
we/wij wassen ons
jullie wassen jullie/je
ze/zij wassen zich
wassen
bij zich
Wij kennen elkaar.
Zien jullie elkaar nog?
Houden jullie van elkaar?
Zij zorgen voor elkaar
bij elkaar

Slide 7 - Diapositive

Haast jij je wel eens naar de bus?
Herinner jij je veel van toen je vier was?
Vergis jij je weleens in een naam?
Verveel jij je in het weekend?
Heb jij je aan iedereen in deze groep voorgesteld?
Schaam je je als mensen je niet begrijpen?
Verslaap jij je weleens?

Slide 8 - Diapositive

Wederkerende werkwoorden
wederkerende werkwoorden (reflexieve werkwoorden) zijn werkwoorden met zich in de infinitief.
- Ik was mijn baby - de infinitief is: wassen
- Ik was me 's ochtends onder de douche - de infinitief is: zich wassen

In zin één was 'ik' iemand anders, in de tweede zin was 'ik' mezelf.

-> sommige werkwoorden zijn altijd wederkerend, bijvoorbeeld: zich schamen en zich vergissen

Slide 9 - Diapositive

Verplicht wederkerende werkwoorden
  • zich bemoeien
  • zich ergeren
  • zich gedragen
  • zich uit de voeten maken
  • zich ontfermen
  • zich schamen
  • zich uitsloven
  • zich vergissen
  • zich verschuilen
  • zich verslapen
  • zich verslikken
  • zich verspreken
  • zich voornemen

Slide 10 - Diapositive

--- u --- niet goed?
Ik --- --- over het aantal fietsen in Nederland.
Na de vakantie --- we --- altijd weer helemaal fit.
Hij zegt dat hij --- regelmatig ---.
--- je --- je eerste vakantie zonder ouders?
na het eerste werkwoord
hoofdzin
positie reflexief pronomen
na het subject
Hoofdzin met inversie
na het subject
bijzin
zich voelen
zich herinneren
zich verbazen
zich voelen
zich verslapen
Ja/nee-vraag
Vraagwoord-vraag

Slide 11 - Diapositive

Hoeveel wederkerende werkwoorden hoor je in de volgende tekst?



Luister goed....

Slide 12 - Diapositive

Voorbeeldtekst
Vandaag heb ik me verslapen. Toen ik eindelijk wakker werd, moest ik me haasten om op tijd op mijn werk te komen. Ik heb me snel gewassen en aangekleed, maar ik vergat mijn lunch mee te nemen. Op het werk schaamde ik me omdat ik te laat was. Gelukkig kon ik me tijdens de lunchpauze even ontspannen. Aan het eind van de dag realiseerde ik me dat ik me te veel zorgen had gemaakt.

Slide 13 - Diapositive

Opdracht 2 (deel 1)
Maak in tweetallen een (dagboek)verhaaltje van 10 zinnen waarin je vier wederkerende werkwoorden gebruikt uit de lijst. 


timer
10:00

Slide 14 - Diapositive

Opdracht 2 (deel 2)
Ruil jullie verhaal met een ander tweetal. Check het verhaal op de volgende punten:
- Worden de wederkerende werkwoorden op de juiste manier gebruikt?
- Staan de wederkerende werkwoorden op de juiste plek?

Schrijf je feedback met een andere kleur pen op het papier. 

Slide 15 - Diapositive

Wat vind je van de tuin?

Slide 16 - Question ouverte

Wat vind je van het weer in Nederland?

Slide 17 - Question ouverte

Hoe vind je de service in het zwembad?

Slide 18 - Question ouverte

Hoe vind je de lessen Nederlands?

Slide 19 - Question ouverte

Leuke trui! 
Hoe is het met de kinderen?
Heb je het druk op je werk?
Wat waait het hard, hè? 
Lang niet gezien!

Slide 20 - Diapositive

zullen - voorstel
Zal ik / zullen we
Zullen we een tafeltje  voor twee reserveren?
Zal ik het raam even open doen?
Hoofdstuk 4

Slide 21 - Diapositive

zullen - belofte
Ik zal de bloemen in een vaas zetten.
We zullen haar de groeten doen.
opdracht 8 en 9
Ik zal / we zullen

Slide 22 - Diapositive

Dictoglos

Slide 23 - Diapositive

Luister naar het liedje en kijk naar het filmpje. 
Noem minimaal vijf dingen die raar zijn.

Slide 24 - Diapositive

vuur
zee
ballon
baksteen
lucht
gras
kat
hond

Slide 25 - Diapositive

associëren
vrienden



laatste woord?
timer
2:00
opdracht 10

Slide 26 - Diapositive

'Het feest is voorbij.'
De volgende keer bij mij?
Wat kun jij lekker koken!
Bedankt voor de gezellige avond.
We hebben heerlijk gegeten.
De avond ging te snel voorbij.
opdracht 11

Slide 27 - Diapositive

Zij zegt: 'Ik eet morgen thuis'.
Zij zegt dat ze morgen thuis eten.
Directe rede = quote / citaat
Indirecte rede -> dat...
mededeling

Slide 28 - Diapositive

Ze vraagt of je bij ons komt eten.
Ze vraagt wanneer je bij ons komt eten.
vraag
gesloten vraag -> of...
Kom je bij ons eten?
open vraag  
(wie, wat, waarom, wanneer enz.)
Wanneer kom je bij ons eten?
onzekerheid -> of...
Ik probeer, vraag, wil weten
of
Ik kijk even of het boek op voorraad is.

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

huiswerk
Blz. 192 
Verzamel zinnen die je gebruikt met een belofte

Coutinho.nl 
extra materiaal -> intensief luisteren -> tekst met pauzes
extra materiaal ->  extra opdracht 1 -> de imperfectum

Slide 33 - Diapositive