2G Mittwoch, den 5. Oktober 2022 K1:Aussprache

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Kapitel 1: Ich

Mittwoch, den 5. Oktober 2022

• Willkommen
• Ziele
• Hören: Zahlen
• Sprachmittel üben
  
• Blooket/Lernliste: Spinner
• Verb sein + Personalpronomen üben
• Hausaufgaben
• Zum Schluss

Ziele:

• Je kunt getallen herkennen tijdens een luisteroefening.
• Je kunt oefenen met de zinnen uit de Sprachmittel.
• Je kunt oefenen met de woorden uit de Lernliste.
• Je kunt het werkwoord sein toepassen.
• Je kent de persoonlijke vnw. in het Duits.

Hören:           Seite 15

Aufgabe 7 Zahlen lernen

Sprachmittel üben:

Waar woon je?
Vertalen in het Duits?

Waar kom je vandaan?
Vertalen in het Duits?

Hoe oud ben je?
Vertalen in het Duits?

Wat is je adres?
Vertalen in het Duits?

Hoe heet je?
Vertalen in het Duits?

Blooket / Lernliste: Spinner

Wörter üben.

Schreib die Antworten in dein Heft => Spinner

Verb sein + Personalpronomen üben:

Wat is de juiste vorm van het werkwoord sein?
ich ....

1. bin
2. bist
3. ist
4. sind

Wat is de juiste vorm van het werkwoord sein?
wir ...

1. bin
2. bist
3. sind
4. seid

Wat is de juiste vorm van het werkwoord sein?
es ...

1. bin
2. bist
3. ist
4. sind

Wat is de juiste vorm van het werkwoord sein?
ihr

1. bin
2. bist
3. sind
4. seid

Vertaal het persoonlijk voornaamwoord in het Duits:
zij (enkelvoud)

Vertaal het persoonlijk voornaamwoord in het Duits:
jullie

Vertaal het persoonlijk voornaamwoord in het Duits:
u

Vertaal het persoonlijk voornaamwoord in het Duits:
hij

Vertaal het persoonlijk voornaamwoord in het Duits:
zij (meervoud)

ik ben
Vertalen in het Duits.

zij is
Vertalen in het Duits.

wij zijn
Vertalen in het Duits.

Hans und Gretel sind krank (ziek).
... liegen im Bett. (... liggen in bed).
Vervang Hans en Gretel voor een persoonlijk vnw.

Woche 40 

• Leren Lernliste bladzijde 26 helemaal
• Leren Grammatik bladzijde 27: pers.vnw + werkwoord sein
  
• Leren Sprachmittel Seite 27 + Seite 22

Beantwoord de vragen:
1. Wat gaat al goed?
2. Hoe heb je geleerd?
3. Ben je tevreden over jouw manier van leren?

Zum Schluss:

Hoe leer je woordjes?